In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 17 mei 2018 uitspraak gedaan in een verzoek van een werknemer, aangeduid als [verzoekster], tot het benoemen van een deskundige voor onderzoek naar de kwaliteit van zorg binnen de organisatie van de werkgever, Stichting Huisartsenposten Rijnmond, aangeduid als HAP Rijnmond. Het verzoek werd ingediend in het kader van een arbeidsdispuut, waarbij de werknemer vreesde voor een eenzijdige beëindiging van haar arbeidsovereenkomst. De mondelinge behandeling vond plaats op 19 april 2018, gelijktijdig met een ontbindingsverzoek van de werkgever. De kantonrechter heeft vastgesteld dat het verzoek van de werknemer niet ter zake dienend was en onvoldoende concreet. De rechter oordeelde dat het vaststellen van beleid en het nemen van besluiten tot de verantwoordelijkheid van het bestuur van HAP Rijnmond behoort, en dat de werknemer geen rechtens te respecteren belang had bij het deskundigenonderzoek. De kantonrechter wees het verzoek af en veroordeelde de werknemer in de proceskosten, die zijn begroot op € 200,00 aan salaris voor de gemachtigde. De uitspraak benadrukt het belang van een voldoende concreet verzoek in procedures tot deskundigenonderzoek en de rol van de werkgever in het waarborgen van de kwaliteit van zorg.