Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 en 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een taakstraf, bestaande uit een werkstraf voor de duur van 80 uur, subsidiair 40 dagen vervangende jeugddetentie.
4.Waardering van het bewijs
,tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een (honden)riem, toebehorende aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader, zulks nadat hij, verdachte, en zijn mededader zich de toegang tot de plaats van het misdrijf hebben verschaft en dat weg te nemen goed onder hun bereik hadden gebracht door middel van braak en inklimming;
,tezamen en in vereniging met een ander, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in een woning/pand gelegen aan de [adres delict] weg te nemen een breekijzer en een schep en een (voor)hamer en een (bouw)lamp en een koffer (inhoudende een haakse slijper) toebehorende aan een ander dan aan verdachte, waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijf hebben verschaft en de weg te nemen goederen onder hun bereik
hebbengebracht door middel van braak en inklimming te weten door het via een bouwsteiger en een (brand)gat in/bij het dak betreden van het pand/de woning en het forceren van één of meer deuren in het pand/de woning, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
werkstrafvoor de duur van
80 (tachtig) uur,waarbij de Raad voor de Kinderbescherming dient te bepalen uit welke werkzaamheden de werkstraf dient te bestaan;
74 (vierenzeventig) uurte verrichten werkstraf resteert;