Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 primair, 2 en 3 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte ten aanzien van de feiten 1 primair en 3 tot een taakstraf voor de duur van 200 uren, subsidiair 100 dagen vervangende hechtenis, alsmede tot een ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van 16 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar;
- veroordeling van de verdachte ten aanzien van feit 2 tot een geldboete van € 300,--;
- toewijzing van de vorderingen van de benadeelde partijen en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straffen
Algemene overweging
8.Vorderingen benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregelen
[naam benadeelde 1]en
[naam benadeelde 2]ter zake van het onder 1 (primair) ten laste gelegde feit. De benadeelde partijen hebben ter terechtzitting hun vordering beperkt en vorderen elk een vergoeding van € 850,-- aan immateriële schade.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
- 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 45, 57, 62 en 302 van het Wetboek van Strafrecht;
- 5, 8, 176, 177 en 179 van de Wegenverkeerswet 1994.
10.Bijlagen
11.Beslissing
de bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de tijd van
12 (twaalf) maanden;
proeftijd, die hierbij wordt gesteld op
2 (twee) jaar, na te melden voorwaarde overtreedt;
taakstrafvoor de duur van
200 (tweehonderd) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
198 (honderdachtennegentig) urente verrichten taakstraf resteert;
99 (negenennegentig) dagen;
[naam benadeelde 1], te betalen een bedrag van
€ 850,--(
zegge: achthonderdvijftig euro) en aan de benadeelde partij
[naam benadeelde 2], te betalen een bedrag van
€ 850,-- (zegge: achthonderdvijftig euro), beide bedragen bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 17 december 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 1]te betalen € 850,-- (hoofdsom, zegge: achthonderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 december 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 850,-- vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 17 (zeventien) dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 2]te betalen € 850,-- (hoofdsom, zegge: achthonderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 december 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 850,-- vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 17 (zeventien) dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
(met hoge snelheid)tegen de voor hem rijdende en afremmende (herkenbare) politieauto (met blauwe lampen en het stopbord aan), waar die [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] op dat moment in reden, is aangereden terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
(met hoge snelheid)tegen de voor hem rijdende en afremmende (herkenbare) politieauto (met blauwe lampen en het stopbord aan), waar die [naam slachtoffer 1] en/of [naam slachtoffer 2] op dat moment in reden, aan te rijden;