2.3In artikel 25h, vijfde lid, Mw is bepaald dat hoofdstuk 4B Mw niet van toepassing is op economische activiteiten die plaatsvinden in het algemeen belang.
3. In verweerders gemeente exploiteert eiseres twee parkeergarages (Q-Park Tolburg en Q-Park Arena) en heeft zij daarnaast namens de Nederlandse Spoorwegen drie P&R locaties in exploitatie (Parallelweg, Mayweg en Magistratenlaan). Verweerder exploiteert de transferia Pettelaarpark, De Vliert en Vlijmenseweg-Willemspoort en een aantal gemeentelijke parkeergarages (Wolvenhoek, St-Jan, Paleiskwartier, Sint Josephstraat, Stationsplein) in de binnenstad.
4. Bij het Vaststellingsbesluit heeft verweerder (onder meer) het bieden van parkeergelegenheid op transferia aangewezen als een economische activiteit die plaatsvindt in het algemeen belang. Aan dit besluit heeft verweerder het volgende ten grondslag gelegd:
“Er wordt tegen betaling parkeergelegenheid geboden aan de rand van de stad. Het tarief is inclusief vervoer per bus naar de binnenstad. Er is sprake is van een economische activiteit, die in concurrentie wordt verricht. Immers, deze activiteit heeft effect op de keuze van de parkeerder, van welke parkeerfaciliteit deze gebruik wil maken t.b.v. het bezoek aan de binnenstad.
De activiteit wordt vanaf 2015 aangeboden tegen een tarief dat is afgeleid van de integrale kostprijs. De Raad heeft echter besloten, dat het tarief niet hoger mag stijgen dan het prijspeil van 2016. Daarmee bestaat de kans dat het tarief lager is dan dat het zou moeten zijn vanuit de berekening integrale kostprijs. Dat is nodig om de keuze van de automobilist te beïnvloeden. (beleidskeuze is lang parkeren naar transferia en kort parkeren in de parkeergarages).
Er is sprake van een algemeen belang dat is omschreven in de koersnota. Daarin is als beleid geformuleerd dat ten aanzien van parkeren wordt ingezet op een autoluwe binnenstad ten gunste van een aanzienlijke “uitbouw” van transferia en het uitbreiden en gratis maken van bewaakte stallingen. De historische binnenstad biedt onvoldoende mogelijkheden om het parkeeraanbod aan te kunnen. De binnenstad zou hierdoor compleet onbereikbaar worden.
Gekozen is daarom voor het alternatief transferia omdat uitbreiding van parkeergelegenheid in het centrum niet realiseerbaar is.
Conclusie
De keuze om een transferium te exploiteren dient het algemeen belang, zoals omschreven in de koersnota. De prijsstelling voor het parkeren is anno 2015 kostprijs gerelateerd. Op termijn is er sprake van een door de Raad vastgesteld maximum tarief. Er is vanuit algemeen belang noodzaak om het tarief laag te houden om de keuze van parkeerplaatsen te stimuleren. Dit levert economisch voordeel op (bereikbaarheid binnenstad) waarvan ook de private parkeerplaatsondernemer profiteert.”