Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 en 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 180 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 141 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren;
- veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 200 uren, bij niet naar behoren verrichten te vervangen door 100 dagen hechtenis;
- oplegging van een schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van [slachtoffer M]
4.Inleiding
5.Bewijsoverwegingen
6.Bewezenverklaring
meermalen, althans eenmaal, (telkens)
of omstreeksde periode van 4 juni 2016 tot en met 5 juni 2016
een ander ofanderen,
althans alleen,
(een)ander
(en
)wederrechtelijk te bevoordelen
/ofbedreiging met geweld [slachtoffer M] heeft gedwongen tot de
een zak met 20 xtc-pillen en/ofeen computer met toebehoren,
in
in
/ofwelke bedreiging met geweld bestond
(en
)uit het
(telkens)
tegen/op een bank
/of
/of"Ik ga je tong uitsnijden, je
/of
/of
/of
/of
/of
/ofbenen en
/ofhoofd en
/of
/ofof hij thuis nog
/of
op/tegen het gezicht slaan en
/of
/oftong en
/ofde polsen zetten en
/of
7.Strafbaarheid feiten
8.Strafbaarheid verdachte
9.Motivering straf
10.Vordering benadeelde partij / schadevergoedingsmaatregel
11.Toepasselijke wettelijke voorschriften
12.Bijlagen
13.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 180 (honderdtachtig) dagen;
141 (honderdeenenveertig) dagenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de proeftijd, die hierbij wordt gesteld op 2 jaren, na te melden voorwaarde overtreedt;
taakstraf voor de duur van 120 (honderdtwintig) uren, waarbij Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
60 (zestig) dagen;
€ 500,- (zegge: vijfhonderd euro), voor vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 5 juni 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer M] te betalen
€ 500,-(hoofdsom,
zegge: vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 juni 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 500,- vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
10 (tien) dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op.