ECLI:NL:RBROT:2018:1359

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 februari 2018
Publicatiedatum
22 februari 2018
Zaaknummer
10/700462-16
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Gevangenisstraf van 15 jaar voor vrijheidsberoving, ernstige mishandeling, (poging tot) verkrachting, feitelijke aanranding van de eerbaarheid en afpersing van drie slachtoffers

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 23 februari 2018 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van ernstige misdrijven, waaronder vrijheidsberoving, mishandeling, verkrachting, feitelijke aanranding van de eerbaarheid en afpersing. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met medeverdachten gedurende een periode van drie weken de slachtoffers heeft gemarteld, bedreigd en gedwongen tot het ondergaan van onmenselijke handelingen. De slachtoffers, waaronder [slachtoffer G], [slachtoffer W] en [slachtoffer M], waren kwetsbaar en hebben ernstige psychische en fysieke schade opgelopen door de daden van de verdachte en zijn medeverdachten. De rechtbank heeft de geldigheid van de dagvaarding beoordeeld en de verweren van de verdediging verworpen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de tenlastelegging voldoende duidelijk was en dat de verklaringen van de slachtoffers betrouwbaar waren, ondersteund door andere bewijsmiddelen. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de ten laste gelegde feiten en hem veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 jaar, met aftrek van voorarrest. Daarnaast zijn er schadevergoedingsmaatregelen opgelegd aan de benadeelde partijen, die recht hebben op compensatie voor de geleden schade.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 3
Parketnummer: 10/700462-16
Datum uitspraak: 23 februari 2018
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres] ,
ten tijde van het onderzoek op de terechtzitting preventief gedetineerd
in de PI Krimpen aan den IJssel te Krimpen aan den IJssel,
raadsman mr. R.I. van Haneghem, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzittingen van 18 november 2016, 8 februari 2017, 21 april 2017, 6 juli 2017, 25 september 2017, 13 december 2017, en van 22, 23, 24 en 25 januari 2018. Het onderzoek is gesloten op 23 februari 2018.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding, zoals deze op de terechtzitting overeenkomstig de vorderingen van de officier van justitie is gewijzigd.
De tekst van de gewijzigde tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officieren van justitie mr. M. van den Berg en mr. M. Luijpen (hierna: de officier van justitie) hebben gevorderd:
- vrijspraak van het onder 9 primair ten laste gelegde;
  • bewezenverklaring van het onder 1, 2, 3, 4, 5 primair, 6, 7, 8, 9 subsidiair, 10 en 11 ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 16 jaren met aftrek van voorarrest;
  • oplegging van schadevergoedingsmaatregelen ten behoeve van de slachtoffers
[slachtoffer G] , [slachtoffer W] en [slachtoffer M] .

4.Inleiding

Het onderzoek dat geleid heeft tot de dagvaarding van de verdachte staat bekend als Manezee. Uit dat onderzoek zijn meerdere zaaksdossiers voortgekomen.
Aan deze verdachte worden in de dagvaarding strafbare feiten verweten, die zijn ontleend aan de zaaksdossiers Sommelsdijk, Oude Tonge en Battenoord.

5.Geldigheid dagvaarding

Standpunt verdediging
Aangevoerd is dat de tenlastelegging van feit 1 nietig is, omdat deze in strijd is met artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering (Sv). De tenlastelegging voldoet niet aan de eisen wat betreft plaats en tijd. Bovendien ontbreekt een specifieke aanduiding van welke handeling wanneer, waar, door wie en met welk opzet is begaan. De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat dit essentieel is. De ten laste gelegde vrijheidsberoving beslaat een zeer ruime periode. Hierdoor is het niet mogelijk voor de verdachte om vast te stellen wat de verdachte nu precies wordt verweten, aldus de raadsman.
Beoordeling
De tenlastelegging moet, in het kader van de beoordeling van de geldigheid, niet geheel op zichzelf maar in samenhang met het onderliggende dossier gelezen worden. Dit geldt voor de ten laste gelegde periode en voor de omschreven feitelijke handelingen.
De dagvaarding bevat een gedetailleerde omschrijving van de handelingen die de verdachte - alleen of samen en in vereniging met anderen - zou hebben gepleegd. Daarbij is vermeld in welke periode die handelingen gepleegd zouden zijn. Aldus maakt de dagvaarding, zeker wanneer die wordt gelezen in samenhang met het dossier, voldoende duidelijk waartegen de verdachte zich moet verdedigen.
Dat een aantal handelingen in meerdere feiten terugkeren, maakt dit niet anders.
Ook overigens voldoet de dagvaarding aan de eisen, gesteld in het eerste lid van artikel 261 Sv.
Conclusie
De dagvaarding is geldig.

6.Bewijsoverwegingen

Betrouwbaarheid verklaringen aangever [slachtoffer G] (hierna: [slachtoffer G] )
De verdediging heeft betoogd dat de verklaringen van [slachtoffer G] niet betrouwbaar zijn. Als de verklaring van [slachtoffer G] het enige bewijsmiddel vormt voor een ten laste gelegde handeling, is dit daarom onvoldoende. De verdediging heeft er in dat kader op gewezen dat [slachtoffer G] zelf ook verdachte is in het dossier Oude Tonge. Daardoor kan het zijn dat hij - wanneer hij als aangever/slachtoffer verklaringen aflegt - wat hem zelf is overkomen ernstiger voorstelt. Daarnaast kan [slachtoffer G] uit wraak hebben gelogen over de aard en omvang van wat hem is aangedaan. Tot slot heeft de verdediging aangevoerd dat [slachtoffer G] kan hebben gelogen om te verhullen dat hij mogelijk homoseksueel is.
De rechtbank constateert dat de verklaringen van [slachtoffer G] in het algemeen consistent zijn en dat deze op talrijke, vaak essentiële punten worden ondersteund door andere bewijsmiddelen. In de eerste plaats wijst de rechtbank op het omvangrijke letsel dat bij [slachtoffer G] is geconstateerd. De handelingen waarover [slachtoffer G] heeft verklaard zijn verder gedeeltelijk door [medeverdachte A] gefilmd en er zijn foto’s van gemaakt. In het dossier bevinden zich ook diverse telefoon-, chat- en Whatsappgesprekken (afkomstig uit de telefoon van de verdachte) die de verklaringen van [slachtoffer G] ten aanzien van specifieke handelingen ondersteunen.
Ook de verklaringen van de verdachte en van de medeverdachten ondersteunen op diverse punten de verklaringen van [slachtoffer G] . Het dossier bevat verder meerdere getuigenverklaringen zoals de verklaringen van [getuige 1] en [getuige 2] , die de verklaringen van [slachtoffer G] in belangrijke mate ondersteunen. Tot slot wijst de rechtbank erop dat [slachtoffer G] bij het afleggen van zijn verklaring in het zaaksdossier Oude Tonge ook zichzelf heeft belast. Dit laatste maakt het juist minder aannemelijk dat [slachtoffer G] (deels) heeft gelogen over wat hem zelf is overkomen.
Het geheel overziend is de rechtbank van oordeel dat de verklaringen van [slachtoffer G] betrouwbaar zijn en kunnen worden gebruikt voor het bewijs. Voor zover specifieke verweren daartoe aanleiding geven, zal in een nadere bewijsoverweging bij het betreffende feit nog worden ingegaan op de inhoud van de verklaringen van [slachtoffer G] .
Feit 1 (Wederrechtelijke vrijheidsberoving)
De verdediging heeft - kort samengevat - betoogd dat de verdachte vrijgesproken moet worden van vrijheidsberoving. De opzet van de uitvoeringshandelingen die in de tenlastelegging zijn opgesomd, was daar niet op gericht, ook niet in voorwaardelijke zin. Een handeling kan volgens de raadsman maar één bepaald doel hebben. In dit geval was het doel van de (mis)handelingen bestraffing en het toebrengen van pijn en vernedering. Dat de verdachte en [medeverdachte E] geregeld in de woning van [slachtoffer G] verbleven, levert onvoldoende dwang op om te kunnen spreken van vrijheidsberoving. Het stond [slachtoffer G] immers vrij om te gaan.
Beoordeling
[slachtoffer G] heeft bij de rechter-commissaris verklaard dat de verdachte en [medeverdachte E] meestal in zijn woning waren vanaf 14:00 uur tot 01:00 á 02:00 uur de volgende dag. Hij durfde niet weg te gaan, omdat de verdachten meerdere keren hebben gedreigd dat zij dan zijn ouders en overige familie zouden vermoorden. Verder heeft [slachtoffer G] in zijn aangifte verklaard dat hij zijn ouders samen met de verdachte naar Schiphol heeft gebracht en dat de verdachte is meegegaan om te voorkomen dat [slachtoffer G] zijn ouders zou waarschuwen. Ook blijkt uit de bewijsmiddelen dat de verdachte en [medeverdachte E] [slachtoffer G] gedurende langere tijd hebben mishandeld, gemarteld en vernederd.
Door dit alles hebben de verdachten een zodanig dreigende situatie voor [slachtoffer G] gecreëerd, dat hij niet in staat was om zich daaraan te onttrekken en weg te gaan. Sterker nog: juist door die angst stelde [slachtoffer G] zich steeds weer bloot aan de mishandelingen, verkrachtingen en vernederingen. In dat verband is ook tekenend dat [slachtoffer G] en [getuige 1] spreken van ‘puppytraining’. Het ging er kennelijk om de wil van [slachtoffer G] te breken. [slachtoffer G] , die minder begaafd is, was een kwetsbaar slachtoffer en de verdachten wisten dat.
De rechtbank is dan ook van oordeel dat de verdachte, samen met een ander, [slachtoffer G] in de ten laste gelegde periode van zijn vrijheid heeft beroofd. Dat de opzet van de (mis)handelingen ook was gericht op bestraffing, vernedering en het toebrengen van pijn, staat daaraan niet in de weg. Anders dan de raadsman meent is heel goed denkbaar dat een persoon met zijn handelen meerderen doelen voor ogen heeft.
Feit 2 (mishandeling met voorbedachten rade)
Hoewel in het dossier aanwijzingen zouden kunnen worden gevonden voor een vooropgezet plan, ziet de rechtbank onvoldoende bewijs dat de verdachte voorafgaand aan iedere mishandeling steeds tijd voor beraad en gelegenheid voor bezinning heeft gehad.
Het lijkt er op dat de verdachte en zijn mededaders binnen het kader van de ‘puppytraining’ nogal improviserend te werk zijn gegaan. De verklaringen van de verdachte en medeverdachten hebben niet duidelijk kunnen maken wat er precies in de verdachte is omgegaan.
De rechtbank is van oordeel dat het bewijs ontbreekt dat de verdachte met voorbedachte raad heeft gehandeld. De rechtbank zal de verdachte daarom vrijspreken van dit deel van de tenlastelegging.
Feit 3 (verkrachting)
De verdediging heeft betwist dat het anaal inbrengen van een fles en een honkbalknuppel kan worden aangemerkt als ‘seksueel binnendringen’ als bedoeld in artikel 242 van het Wetboek van Strafrecht (Sr). Het was de bedoeling van de verdachte om het slachtoffer pijn te doen; er was geen seksueel motief. Uit de verklaring van [slachtoffer G] blijkt ook dat hij ervan uitging dat het inbrengen van de fles en de honkbalknuppel tot doel had hem pijn te doen en te vernederen, zonder seksuele bijbedoeling.
Beoordeling
Er is voldoende wettig en overtuigend bewijs dat [slachtoffer G] meermalen is gedwongen om op een grote fles te gaan zitten en de opening van die fles in zijn anus te brengen. Bovendien is hij meermalen anaal gepenetreerd met een honkbalknuppel.
Er zijn in het dossier meer dan voldoende aanwijzingen dat zowel het slachtoffer als de verdachten ervan uitgingen dat het inbrengen van de fles een (deels) seksuele lading had.
Het slachtoffer verklaart dat hij met zijn anus op een fles moest gaan zitten; de fles moest naar binnen. “Eerst zonder glijmiddel en dat lukte niet. Toen vroeg ik of ik glijmiddel mocht gebruiken. Toen ging die fles wel naar binnen”. Het gebruik van glijmiddel wijst al in de richting van seksuele activiteiten. Dat het slachtoffer uitging van een seksueel motief blijkt overduidelijk uit wat hij daarna verklaart: “Toen moest ik netjes op en neer gaan. Net als met seks.”
De uitlatingen van [medeverdachte A] , die zijn te horen in het filmpje dat hij heeft gemaakt, maken duidelijk dat ook [medeverdachte A] en de andere aanwezige verdachten de seksuele lading voor ogen hadden. [medeverdachte A] zegt: “Kom op [slachtoffer G] ! 1,2,3,4. Lekker fles in je poeperd! 1,2,3,4. 1,2,3,4.”, "Trek ook effe aan je pik dan gelijk." en “Zo, dat zal wel lekker zijn he?” Een andere stem, die van de verdachte of van [medeverdachte E] moet zijn, zegt: "Lekker he [slachtoffer G] ?" en “Laat effe horen dat je het lekker vindt, het is toch lekker?"
Over de honkbalknuppel verklaart het slachtoffer: “Deze hebben ze ingespoten met glijmiddel dat daar stond en vervolgens hebben ze dat ding in mijn reet geduwd. Toen hebben ze lopen pompen met dat ding.”
Het gebruik van glijmiddel en het “pompen” wijzen op een seksuele bedoeling. Anders gezegd: dat met de honkbalknuppel heen en weer gaande bewegingen werden gemaakt, roept het beeld op van een seksuele handeling. Bovendien blijkt uit het filmpje van [medeverdachte A] dat in ieder geval de keer waarbij [medeverdachte A] aanwezig was, het inbrengen van de honkbalknuppel plaats vond direct na het laten inbrengen van de fles. Het seksuele motief, dat gelet op het bovenstaande overduidelijk aanwezig was bij het laten inbrengen van de fles, strekt zich daarom ook uit over de penetratie met de honkbalknuppel.
Gelet op het bovenstaande gaat de rechtbank er van uit dat zowel het (laten) inbrengen van de fles als de penetratie met de honkbalknuppel in ieder geval ook was ingegeven door seksuele motieven. Het ging hierbij dus om seksueel binnendringen. Dat het ook de bedoeling was om het slachtoffer te vernederen en pijn te doen, doet daar niets aan af.
Feit 4 (poging tot doodslag, dan wel poging tot zware mishandeling)
De rechtbank ziet onvoldoende bewijs dat de verdachte en zijn medeverdachten de (voorwaardelijke) opzet hebben gehad om [slachtoffer G] van het leven te beroven. Niet is komen vast te staan dat [slachtoffer G] , toen hij op de grond lag, tegen het hoofd is geschopt. Het letsel van [slachtoffer G] wijst bijvoorbeeld niet in die richting.
Wel is er voldoende bewijs dat de verdachte, samen met anderen, met geschoeide voet het slachtoffer meermalen hard tegen het lichaam en in de zij heeft geschopt. Ook is bewezen dat het slachtoffer tegen het lichaam is geslagen, onder meer met een honkbalknuppel. Ook gezien het daardoor veroorzaakte letsel – een gebroken rib en veel en grote blauwe plekken – is dit geweld zonder meer aan te merken als een poging tot zware mishandeling. Het onder 4 ten laste gelegde feit is in zoverre wettig en overtuigend bewezen.
Feit 5 (afpersing, dan wel poging tot afpersing)
Volgens de raadsman is er onvoldoende bewijs voor de onder 5 ten laste gelegde afpersing. Aangever [slachtoffer G] heeft het telefoonabonnement immers vrijwillig afgesloten. Uit de camerabeelden blijkt niet dat de verdachte en [medeverdachte E] zich hebben bemoeid met het gesprek tussen [slachtoffer G] en de verkoper.
Beoordeling
[slachtoffer G] verklaart dat hij het abonnement bepaald niet vrijwillig heeft afgesloten, maar dat hij werd gedwongen door de verdachte en [medeverdachte E] . Hij wilde niet, maar was doodsbang omdat de verdachten hem eerder op die dag al meerdere malen op zijn benen hadden geslagen met een honkbalknuppel en een boor.
De verklaring van [slachtoffer G] wordt ondersteund door de getuigenverklaring van de verkoper in de telefoonwinkel. De verdachte, [medeverdachte E] en slachtoffer [slachtoffer G] maakten op hem een nerveuze indruk. Het wekte bij de getuige ook argwaan dat de verdachte en [medeverdachte E] voornamelijk het woord voerden en dat [slachtoffer G] vrijwel direct instemde met alles wat de andere twee personen voor hem antwoordden.
In de beschrijving van de camerabeelden van de winkel wordt vermeld, dat [slachtoffer G] in gesprek is met de verkoper en tijdens dit gesprek zijn hoofd meerdere malen naar [verdachte] en [medeverdachte E] toekeert en hen vragend aankijkt. Dit wekt de indruk dat [slachtoffer G] bevestiging zoekt bij de verdachte en [medeverdachte E] . [medeverdachte E] en de verdachte zijn vrijwel bij de gehele transactie rond het afsluiten van het abonnement aanwezig.
Mede gelet op het bovengenoemde steunbewijs acht de rechtbank niet aannemelijk dat [slachtoffer G] vrijwillig een duur telefoonabonnement heeft afgesloten. Niet alleen omdat [slachtoffer G] dat niet kon betalen, maar ook omdat dit abonnement is afgesloten in een periode dat de verdachten [slachtoffer G] in hun macht hadden door het uitoefenen van buitensporig geweld.
De rechtbank vindt dan ook wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte en [medeverdachte E] tezamen [slachtoffer G] hebben afgeperst.
Feit 6 (gedwongen seks)
De verdediging bestrijdt dat [slachtoffer G] is gedwongen om seks te hebben met een man. Alleen de verklaring van [slachtoffer G] biedt steun voor deze beschuldiging, en dat is te weinig.
Beoordeling
De rechtbank ziet ruim voldoende steunbewijs voor de stelling van [slachtoffer G] dat hij is gedwongen tot seks met [betrokkene R] , een hem onbekende man. In de telefoon van de verdachte zijn telefoongesprekken opgeslagen tussen hem en [medeverdachte C] , waarin hij zegt dat hij [slachtoffer G]
(de rechtbank begrijpt: [slachtoffer G] )maar op kinky had gezet als homootje, dat hij zo extra centjes gaat regelen voor [medeverdachte C] en dat hij het hier met [medeverdachte E] (
de rechtbank begrijpt: [medeverdachte E] )al over heeft gehad.
Een Whatsapp-conversatie tussen de verdachte en [medeverdachte C] van 22 juli 2016 bevat de volgende teksten: “F bij die ouwe langs”, “Miss wil die ook pielepap van [naam] ”, “Betaald die er voor”, “Hij gaat op kinky”, “is ie al geactiveerd dan”, “Gaat wel gebeuren”, “Vraag wel of ie nog leeft” en “Ja alleen als die hem echt zwaar wil vernederen en anaal verrot maakt” “en omhoog krijgt”. De rechtbank gaat er van uit dat deze conversatie gaat over het plan om [slachtoffer G] seks te laten hebben met [betrokkene R] .
Dat tegenover [slachtoffer G] alleen maar is gedreigd met het plaatsen van een advertentie, waarin hij als (homo-)prostitué werd aangeboden, is niet aannemelijk. Gebleken is namelijk dat deze advertentie inderdaad aangeboden is bij Kinky.nl. De moderator van die website heeft te kennen gegeven dat de advertentie uiteindelijk niet is geplaatst om de enkele reden dat niet gereageerd werd op het verzoek om verificatie door degene die de advertentie op de website wilde plaatsen.
Gelet op het bovenstaande kan worden bewezen dat [slachtoffer G] is gedwongen om seks te hebben met [betrokkene R] . De advertentie op Kinky.nl en de (Whatsapp)gesprekken daarover wijzen er bovendien op dat de gedwongen seks met [betrokkene R] een eerste stap was in het plan om [slachtoffer G] als prostitué uit te buiten.
Feit 7 poging tot zware mishandeling)
De raadsman heeft aangevoerd dat het bewijs ontbreekt dat de verdachte de (voorwaardelijke) opzet heeft gehad om [slachtoffer W] zwaar lichamelijk letsel toe te brengen.
Ook [slachtoffer W] is meermalen met geschoeide voet tegen het lichaam getrapt, terwijl hij op de grond lag. Door dit te doen hebben de verdachte en zijn medeverdachten willens en wetens de aanmerkelijke kans aanvaard dat het slachtoffer zwaar lichamelijk letsel zou oplopen. Het onder 7 ten laste gelegde feit is dan ook wettig en overtuigend bewezen.
Feit 9 (verkrachting, dan wel poging tot verkrachting)
Met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat de onder 9 primair ten laste gelegde verkrachting van [slachtoffer W] niet wettig en overtuigend is bewezen, zodat de verdachte daarvan zonder nadere motivering zal worden vrijgesproken.
De subsidiair ten laste gelegde poging om bij het slachtoffer een deodorantbus anaal in te brengen, had volgens de verdediging geen seksueel motief; het ging er ook hier om het slachtoffer pijn te doen en te vernederen.
Beoordeling
Uit het dossier blijkt dat om de deodorantbus een condoom werd gedaan, voordat werd geprobeerd om het slachtoffer te penetreren. Een condoom is een voorwerp dat in het algemeen geassocieerd wordt met seks. Nadat het de verdachte niet was gelukt om de deodorantbus in de anus van het slachtoffer te brengen, vroeg [medeverdachte E] volgens het slachtoffer: "Hoe vind je dat nou dat jij voelt wat jij hebt aangericht bij die meiden?" Het slachtoffer verklaart verder: “5 à 10 minuten daarna moest ik mij van [naam] uitkleden, want ze wouden mij ook laten voelen zoals bij die meiden ook zouden voelen als ik hen zou verkrachten, zeg maar.”
Uit het dossier blijkt, dat de verdachten meenden dat [slachtoffer W] ontucht had gepleegd met minderjarige meisjes. Onder die omstandigheden kan het niet anders dan dat zij een verband legden tussen de (vermeende) seksuele handelingen die het slachtoffer zou hebben gepleegd en de mislukte penetratie met een deodorantbus.
Gelet op het bovenstaande gaat de rechtbank ervan uit dat de poging om [slachtoffer W] anaal te penetreren met een deodorantbus, in ieder geval voor een deel was ingegeven door seksuele motieven. Het ging hierbij dus om een poging tot seksueel binnendringen. Dat het ook de bedoeling was om het slachtoffer te vernederen en pijn te doen, doet daar niets aan af.

7.Bewezenverklaring

In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3, 4, 5 primair, 6, 7, 8, 9 subsidiair, 10 en 11 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
1. zaak Sommelsdijk)
hij
op een of meer tijdstip(pen) gelegenin
of omstreeksde periode van
116juli
2016 tot en met 06 augustus 2016 te Sommelsdijk, gemeente Goeree-Overflakkee,
en
/of's-Gravenhage en
/ofHalsteren, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, meermalen,
opzettelijk [slachtoffer G] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en
/of
beroofd gehouden,
immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) met dat opzet
(telkens)
- verbleven in de directe nabijheid van die [slachtoffer G] in zijn
/eenwoning in Sommelsdijk en
hem aldus belet om de woning te verlaten en
/ofbewaakt en
/ofin de gaten gehouden en
/of
- die [slachtoffer G] tijdens
één of meerautorit
(ten
), rijdend tussen (onder meer)
Sommelsdijk en
/ofMelissant en Schiphol
(voortdurend
) (bewapend)vergezeld
en
/of (aldus
)die [slachtoffer G] belet alarm te slaan en
/of
- met
een of meer (airsoft
)wapen
(s
)op het lichaam van die [slachtoffer G] geschoten
en
/of
- die [slachtoffer G]
(meermalen
)gewurgd door zijn keel dicht te knijpen en
/of
- die [slachtoffer G] vastgehouden en
/ofopgetild en
(vervolgens
)met zijn hoofd onder water
geduwd en gehouden en
/of
- water gegoten en/of gespoten over en
/ofgeürineerd op het hoofd van die
(op
de grond liggende
)[slachtoffer G] terwijl deze een
(natte
)doek op het gezicht had,
en
/of
- het
(hoofd
)haar van die [slachtoffer G]
(gedeeltelijk
)weggebrand en
/of
- gedreigd om met een kniptang
een teen van die [slachtoffer G] af te knippenen
/ofmeteen mes
(een)(de
)o
(o)r
(en
)en
/of (een
)(de)pink
(en)en
/ofde penis
en/of (een)(de) te(e)n(en)van die [slachtoffer G]
af te knippen/af te snijden, en
/of
- die [slachtoffer G] met een
(honkbal
)knuppel en/of een boor
, althans een hard voorwerp,
geslagen op benen, armen, voeten, knieën, ribben, rug, penis en teelbal
(len)en
/of
- die [slachtoffer G] gedwongen voedsel te eten waar afwasmiddel op was gedaan en
/of
- die [slachtoffer G] gedwongen dierlijke ontlasting (van een kat) te eten en
/of
- die [slachtoffer G] gedwongen menselijke ontlasting (van medeverdachte [verdachte] te
eten en
/of
- bij die [slachtoffer G] een honkbalknuppel in zijn anus geduwd waarna die [slachtoffer G]
gedwongen werd aan deze knuppel te likken en
/of
- die [slachtoffer G] opdracht gegeven
(telkens
)na zijn werk gedoucht/gewassen en in
zijn
(opgeruimde
)woning op verdachte en zijn medeverdachte
(n
)te wachten
en
/ofhen binnen te laten en
/of
- die [slachtoffer G] (meermalen) opdracht gegeven met verdachte en/of zijn
medeverdachte(n) mee te gaan en/of voor hen werkzaamheden te verrichten en
/of
- die [slachtoffer G]
(meermalen
)(langdurig) mishandeld indien hij door verdachte en/of zijn medeverdachte(n) gegeven opdrachten niet (goed) uitvoerde en
/of
- die [slachtoffer G] dreigend de woorden toegevoegd: "Als jij met dit verhaal naar de
politie gaat maken wij jou en je vader af en brengen je moeder naar het
buitenland om daar als hoer te werken" en
/of"Als jij zelfmoord pleegt maken
wij je ouders, broers en andere familieleden om" en
/of"Ik heb thuis een
vuurwapen" en/of "Als jij de politie waarschuwt zullen wij je vermoorden en je
ouders mee nemen naar een schuur en daar in stukken hakken", althans woorden
van gelijke dreigende aard of strekking,
als gevolg waarvan die [slachtoffer G]
(dusdanig bang is geworden dat hij
):
- geen weerstand kon/durfde te bieden aan (de opdrachten van) de verdachte en/of
zijn medeverdachte(n) en
/of
- ( telkens) belet is te gaan waar hij wilde en
/ofgedwongen werd om op door verdachte
(n
)bepaalde tijdstippen aanwezig te zijn op door verdachte
(n
)bepaalde plaatsen en
/of
- geen hulp in durfde te roepen;
2. ( zaak Sommelsdijk)
hij
op een of meer tijdstip(pen) gelegenin
of omstreeksde periode van
116juli
2016 tot en met 06 augustus 2016
te Sommelsdijk, gemeente Goeree-Overflakkee, en/of 's-Gravenhage en/of Halsteren, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen,
althans alleen,
met voorbedachten rade
meermalen,
althans eenmaal, (telkens
)
[slachtoffer G] heeft mishandeld door
- met
een of meer (airsoft
)wapen
(s
)op het lichaam van die [slachtoffer G] te schieten
en
/of
- die [slachtoffer G] te wurgen door zijn keel dicht te knijpen en
/of
- het hoofd van die [slachtoffer G] onder water te duwen en te houden en
/of
- water te gieten op en
/ofte spuiten over en
/ofte urineren op het hoofd van
die
(op de grond liggende
)[slachtoffer G] terwijl deze een
(natte
)doek op het gezicht
had en
/of
- het
(hoofd
)haar van die [slachtoffer G]
(gedeeltelijk
)weg te branden en
/of;
- met een kniptang
en/of een mes (in)een teen van die [slachtoffer G] te verwonden
en/of te snijdenen
/of
- die [slachtoffer G] met een
(honkbal
)knuppel en/of een boor te slaan op benen, armen,
voeten, knieën, ribben, rug, penis en teelbal
(len)en
/of
- bij die [slachtoffer G] een
(honkbal
)knuppel in zijn anus te duwen waarna die [slachtoffer G]
gedwongen werd aan deze knuppel te likken en
/of
- die [slachtoffer G] in de zij en
/oftegen de borst
en/of tegen het lichaam, armen en
benen te schoppen en/of te slaan en
/of
- die [slachtoffer G] te dwingen voedsel te eten waar afwasmiddel op was gedaan en
/of
- die [slachtoffer G] te dwingen dierlijke ontlasting (van een kat) te eten en
/of
- die [slachtoffer G] te dwingen menselijke ontlasting (van [verdachte] ) te eten;
3. ( zaak Sommelsdijk)
hij
op een of meer tijdstip(pen) gelegenin
of omstreeksde periode van
116juli
2016 tot en met 03 augustus 2016
te Sommelsdijk, gemeente Goeree-Overflakkee,
tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen,
meermalen,
althans eenmaal, (telkens
)
door geweld
en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en)en
/ofdoor bedreiging met
geweld
en/of bedreiging met (een) andere feitelijkhe(i)d(en)iemand, te weten
[slachtoffer G] , heeft gedwongen tot het ondergaan en
/ofhet uitvoeren van
handelingen die
bestonden uit ofmede bestonden uit het seksueel binnendringen
van het lichaam,
namelijk het brengen/duwen/houden van een fles en
/ofeen
(honkbal
)knuppel in
de anus van die [slachtoffer G] en
/ofhet vervolgens dwingen van die [slachtoffer G] om aan die
knuppel te likken;
het geweld
en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en)en
/ofde bedreiging met
geweld
en/of de bedreiging met (een) andere feitelijkhe(i)d(en) heeft/hebben
bestaan uit het
-
(meermalen
)schoppen en slaan (met de vuist en
/ofeen knuppel en
/ofeen
boor
, althans een hard voorwerp) tegen de armen, benen en romp, althans
het lichaam van die [slachtoffer G] en
/of
-
(meermalen
)onder water duwen van het hoofd van die [slachtoffer G] (waardoor die
[slachtoffer G] in ademnood kwam) en
/of
-
(meermalen
)dreigen om de ouders van die [slachtoffer G] te vermoorden
en/of te
ontvoerenindien die [slachtoffer G] niet zou doen wat hem opgedragen werd en
/of
naar de politie zou gaan en/of hulp inroepen en
/of
- dwingen van die [slachtoffer G] om met ontbloot onderlichaam te gaan zitten op een
fles en
/of
-
(vervolgens
)schoppen/trappen van die [slachtoffer G] , (mede) tengevolge waarvan die
fles (verder) in zijn anus is binnen gedrongen en
/of
- ( met kracht)
slaan en/ofduwen en
/ofheen en weer bewegen van die
(honkbal
)knuppel in de anus van die [slachtoffer G] waarna die [slachtoffer G]
gedwongen werd aan deze knuppel te likken;
4. ( zaak Sommelsdijk)
hij
op een of meer tijdstip(pen) gelegenin
of omstreeksde periode van
116juli
2016 tot en met 06 augustus 2016
te Sommelsdijk, gemeente Goeree-Overflakkee, en/of 's-Gravenhage en/of Halsteren, althans in Nederland,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met een ander of anderen,
althans alleen,
meermalen,
althans eenmaal, (telkens
)
opzettelijk een persoon genaamd [slachtoffer G]
van het leven te beroven,
althanszwaar lichamelijk letsel toe brengen,
met dat opzet
- die op de grond liggende [slachtoffer G] meermalen, met kracht, met geschoeide voet
heeft geschopt en/of getrapt tegen
het hoofd en/ofhet lichaam en
/ofin de zij
en
/of
- met een honkbalknuppel en
/ofeen boor
, althans (een) daarop gelijkend(e)
hard(e) voorwerp(en)heeft geslagen tegen de penis en
/ofde ballen
en/of het
hoofd, althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer G]
en/of
- het hoofd van die [slachtoffer G] gedurende enige tijd onder water heeft gehouden

en/of

- de hals/keel van die [slachtoffer G] heeft dichtgeknepen/dichtgehouden,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
5. ( zaak Sommelsdijk) (primair)
hij op
of omstreeks06 augustus 2016
te Sommelsdijk, en/of Middelharnis, gemeente Goeree-Overflakkee,
althans in
Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander
of anderen,
althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of
(een
)ander
(en)wederrechtelijk te bevoordelen
door geweld en
/ofbedreiging met geweld [slachtoffer G] heeft gedwongen
- tot het aangaan van een schuld, te weten het afsluiten van een
of meer
telefoonabonnement
(en)bij een
of meertelecomprovider
(s) en/of
- tot de afgifte van een of meer telefoon(s), geheel of ten dele toebehorende
aan [slachtoffer G] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
medeverdachte(n), te weten een Samsung Galaxy S7 Edge,
welk geweld en
/ofwelke bedreiging met geweld bestond
(en
)uit het
meermalen,
althans eenmaal(nadat verdachte en/of zijn mededader(s) die [slachtoffer G] gedurende
meerdere achtereenvolgende dagen in vereniging mishandeld hadden)
-
(telkens
)(met kracht) met een knuppel en
/ofeen boor slaan op de benen
en/of het lichaam van die [slachtoffer G] en
/of
- die [slachtoffer G] dreigend toevoegen dat [slachtoffer G] naar een telecomwinkel moest gaan
en een abonnement moest afsluiten en
/ofdat [slachtoffer G] niemand mocht laten merken
dat het abonnement onder dwang werd afgesloten, althans telkens woorden van
gelijke aard en/of strekking;
6. ( zaak Sommelsdijk)
hij
op een of meer tijdstip(pen) gelegenin of omstreeks de periode van
116juli
2016 tot en met 6 augustus 2016
te 's-Gravenhage en/ofte Sommelsdijk,
gemeente Goeree-Overflakkee,althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander
of anderen,
althans alleen,
door geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/ofdoor bedreiging met
geweld en/of bedreiging met
(een
)andere feitelijkhe
(i
)d
(en)iemand, te weten
[slachtoffer G] , heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die bestonden
uit
of mede bestonden uithet seksueel binnendringen van het lichaam, namelijk
het
meermalen, althans eenmaal, (telkens)brengen/houden van de penis van
[betrokkene R] in de anus
en/of de mondvan die [slachtoffer G]
en/of het aftrekken van
die [betrokkene R];
het geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/ofde bedreiging met
geweld en/of de bedreiging met
(een
)andere feitelijkhe
(i
)d
(en) heeft/hebben
bestaan uit het
(nadat verdachte en
/ofzijn mededader(s) die [slachtoffer G] gedurende meerdere
achtereenvolgende dagen in vereniging mishandeld hadden en
/of (meermalen
)
toegevoegd hadden dat zijn ouders vermoord zouden worden als verdachte iets
zou zeggen of naar de politie zou gaan)
- ( dreigend) toevoegen door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) aan die
[slachtoffer G] dat deze kon kiezen tussen het hebben van seks met genoemde [betrokkene R] of het
duwen/brengen van een honkbalknuppel in de anus van die [slachtoffer G] en
/of
- instrueren van die [slachtoffer G] over wat hij tegen die [betrokkene R] zou moeten zeggen
zodat die [betrokkene R] geen achterdocht zou krijgen en/of zou vermoeden dat de
handelingen tegen de zin van [slachtoffer G] waren
en/of
- dreigen dat verdachte, en/of zijn mededader(s) (een) advertentie(s) met een
(naakt)foto (op internet) zouden plaatsen waarin die [slachtoffer G] werd aangeboden
voor seks tegen betaling;
7. ( zaak Oude Tonge)
hij in
of omstreeksde periode van 25 juni 2016 tot en met 26 juni 2016
te Oude-Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen,opzettelijkeen persoon
genaamd [slachtoffer W] zwaar lichamelijk letsel toe te brengen,
met dat opzet
die op de grond liggende
[slachtoffer W]meermalen
, althans eenmaal, (telkens)tegen/op
het hoofd en/ofhet lichaam heeft geschopt en/of getrapt,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
8. ( zaak Oude Tonge)
hij in
of omstreeksde periode van 25 juni 2016 tot en met 26 juni 2016
te Oude Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee,
tezamen en in vereniging met
een of meeranderen
, althans alleen
[slachtoffer W] meermalen
, althans eenmaal (telkens)heeft mishandeld door
- hem
op/tegen het lichaam te schoppen en/of te trappen en
/ofte slaan
en/of
te stompenen
/of
- hem op/tegen het lichaam te taseren en
/of
-
(een pluk
)haren uit het hoofd te trekken
/te rukken;
9. ( zaak Oude Tonge) (subsidiair)
hij in
of omstreeksde periode van 25 juni 2016 tot en met 26 juni 2016
te Oude Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee,
tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen,
ter uitvoering van het door hem en
/of (een)ander
(en
)voorgenomen misdrijf om
door geweld en
/of (een
)andere feitelijkhe
(i
)d
(en) en/of door bedreiging met
geweld en/of bedreiging met (een) andere feitelijkhe(i)d(en)iemand, te weten
[slachtoffer W] , te dwingen tot het ondergaan van handelingen die bestonden uit
of
mede bestonden uithet seksueel binnendringen van het lichaam,
te weten door het duwen en/of brengen en/of houden van een deodorantbus in de
anus van die
[slachtoffer W],
- heeft geschopt/getrapt tegen het lichaam
en/of in het gezichtvan die
[slachtoffer W]
(terwijl die op de grond lag) en
/of
- die
[slachtoffer W]heeft getaserd en
/of
-
(een pluk
)haren uit het hoofd van die
[slachtoffer W]heeft getrokken en
/of
-
(met gebalde vuist
) in het gezicht en/oftegen het hoofd
en/of het lichaam
van die
[slachtoffer W]heeft geslagen en
/of
- die
[slachtoffer W]opdracht heeft gegeven te kruipen naar de badkamer en
/of
(vervolgens
)de kleding uit te doen en op handen en voeten te gaan zitten,
terwijl de uitvoering van dit voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
10. ( zaak Battenoord)
hij
meermalen, althans eenmaal, (telkens)
in
of omstreeksde periode van 4 juni 2016 tot en met 5 juni 2016
te Oude Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee,
tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen,opzettelijk
[slachtoffer M] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en
/ofberoofd
gehouden,
immers heeft hij verdachte en
/ofzijn mededader(s) (meermalen) die
[slachtoffer M] in een woning, gelegen aan de [adres] ,
-
tegen/op een bank geduwd en
/of
- de woorden "Je mag niet meer weg en je kunt maar beter meewerken, want
anders gaan er dingen gebeuren" en
/of"Ik ga je tong uitsnijden, je
familie uitmoorden en ik heb een plek waar ze je nooit meer vinden" en
/of
"ik heb een grote homo neger als vriend, waar ik je aan ga verkopen",
althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking toegevoegd
en
/of
- vastgepakt en
/of
- vastgebonden met tape en
/of
- op de grond neergegooid en
/of
- getrapt tegen diens ribben en
/ofbenen en
/ofhoofd en
/of
- gevraagd of hij mensen kende waar geld te halen viel en
/ofof hij thuis nog
spullen van waarde had, althans woorden van gelijke aard en/of strekking
en
/of
- met een kunststof holster
op/tegen/in het gezicht geslagen en
/of
- een mes tegen de hals/keel en
/ofde tong en
/ofde polsen gezet en
/of
- met een waterpomptang in de vingers geknepen;
11.
(zaak Battenoord)
hij
meermalen, althans eenmaal, (telkens)
in
of omstreeksde periode van 4 juni 2016 tot en met 5 juni 2016
te Oude-Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee,
tezamen en in vereniging met
een ander ofanderen,
althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of
(een)ander
(en
)wederrechtelijk te bevoordelen
door geweld en
/ofbedreiging met geweld [slachtoffer M] heeft gedwongen tot de
afgifte van een zak met xtc-pillen en
/ofeen computer met toebehoren,
in elk
geval van enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan die [slachtoffer M] ,
in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welk geweld en
/ofwelke bedreiging met geweld bestond
(en
)uit het
(telkens)
die [slachtoffer M]
- in een woning, gelegen aan de [adres] ,
tegen/op een bank
duwen en
/of
- de woorden toevoegen: "Je mag niet meer weg en je kunt maar beter meewerken,
want anders gaan er dingen gebeuren" en
/of"Ik ga je tong uitsnijden, je
familie uitmoorden en ik heb een plek waar ze je nooit meer vinden" en
/of
"ik heb een grote homo neger als vriend, waar ik je aan ga verkopen",
althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking toegevoegd
en
/of
- vastgepakt en
/of
- vastgebonden met tape en
/of
- op de grond neergegooid en
/of
- getrapt tegen diens ribben en
/ofbenen en
/ofhoofd en
/of
- gevraagd of hij mensen kende waar geld te halen viel en
/ofof hij thuis nog
spullen van waarde had, althans woorden van gelijke aard en/of strekking
en
/of
- met een kunststof holster
op/tegen/in het gezicht geslagen en
/of
- een mes tegen de hals/keel en
/ofde tong en
/ofde polsen gezet en
/of
- met een waterpomptang in de vingers geknepen.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet ook daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de bewezenverklaarde tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.

8.Strafbaarheid feiten

Feit 3
Onder feit 3 wordt bewezen verklaard dat de verdachte samen met anderen [slachtoffer G] heeft gedwongen tot het uitvoeren van handelingen die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, namelijk het brengen / duwen / houden van een fles in de anus van het slachtoffer. De vraag – die ook door de verdediging is opgeworpen - is, of dit wel de ten laste gelegde ‘verkrachting’ oplevert.
Artikel 242 Sr stelt strafbaar het dwingen tot het ondergaan van handelingen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam. In het onderhavige geval hebben de verdachten niet de fles in de anus van het slachtoffer gebracht, maar hebben zij het slachtoffer gedwongen om dat zelf te doen. Het arrest van de Hoge Raad van 11 oktober 2005 (ECLI:NL:HR:2005:AT2972; NJ 2006, 614) heeft betrekking op een vergelijkbare situatie. De verdachte in die zaak had zijn slachtoffers gedwongen om respectievelijk een pollepel en het heft van een mes in hun eigen anus te brengen. De Hoge Raad zet in dit arrest uiteen dat bij de Wet van 9 oktober 1991,
Stb.1991, 519, het bereik van artikel [()] 242 Sr is verruimd ten opzichte van de voordien geldende tekst. De Hoge Raad overweegt vervolgens:
“Blijkens de wetsgeschiedenis is met de wijziging van art. 242 [Sr] beoogd ook verkrachting van mannen onder het bereik van die bepaling te brengen, terwijl zij voorts ten doel had ook andere wijzen van seksueel binnendringen van het lichaam van het slachtoffer als verkrachting strafbaar te stellen.
Niet blijkt dat de wetgever de reikwijdte van die bepaling ook in die zin heeft willen verruimen dat daaronder — anders dan onder art. 242 (oud) Sr — ook seksuele handelingen zouden vallen die zijn gepleegd door een ander dan degene die de dwang heeft uitgeoefend.
Uit de wetsgeschiedenis, die onder meer inhoudt dat het onderscheid tussen verkrachting en feitelijke aanranding van de eerbaarheid uitdrukkelijk is gehandhaafd, moet worden afgeleid dat de wetgever in zoverre de bestaande systematiek van titel XIV van Boek II van het Wetboek van Strafrecht niet heeft willen verlaten. Dat betekent dat ook na bedoelde wetswijziging het dwingen van een ander tot het plegen of dulden van ontuchtige handelingen, ook als zij mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, feitelijke aanranding van de eerbaarheid oplevert, strafbaar gesteld bij art. 246 Sr. Daarvan is ook sprake als het slachtoffer wordt gedwongen aan zichzelf dergelijke handelingen te verrichten.”
De Hoge Raad komt vervolgens tot de conclusie dat de bewezen gedragingen niet konden worden gekwalificeerd als ‘verkrachting’.
Gelet op dit arrest van de Hoge Raad komt de rechtbank tot het oordeel dat ook in de onderhavige zaak het dwingen van het slachtoffer tot ‘zelfpenetratie’ met een fles niet de ten laste gelegde verkrachting oplevert.
Feit 6
Onder 6 is bewezen verklaard – kort gezegd – dat [slachtoffer G] door de verdachte en zijn medeverdachte is gedwongen om te ondergaan dat [betrokkene R] zijn penis in de anus van het slachtoffer bracht.
Ook wat dit feit betreft is het de vraag of hetgeen is bewezen, kan worden aangemerkt als ‘verkrachting’. De rechtbank moet die vraag – onder verwijzing naar het eerder aangehaalde arrest van de Hoge Raad van 11 oktober 2005 (ECLI:NL:HR:2005:AT2972; NJ 2006, 614) ontkennend beantwoorden. De rechtbank citeert nogmaals de Hoge Raad:
“Niet blijkt dat de wetgever de reikwijdte van die bepaling ook in die zin heeft willen verruimen dat daaronder (…) ook seksuele handelingen zouden vallen die zijn gepleegd door een ander dan degene die de dwang heeft uitgeoefend.”
In de onderhavige zaak doet zich nu juist die situatie voor: het slachtoffer is door de verdachten gedwongen om seksuele handelingen (waaronder anale penetratie) te ondergaan, die zijn gepleegd door [betrokkene R] . [betrokkene R] was ook volgens het slachtoffer niet degene die dwang heeft uitgeoefend. Het slachtoffer verklaart daar immers over: “Ik moest seks hebben met die man van [medeverdachte E] en [verdachte] . Zij wilden mij helpen om uit te komen voor het feit dat ik homo zou zijn. Die man wist dat echter niet en mocht daar ook niets van af weten.” In antwoord op de vraag of [betrokkene R] overheersend was, verklaart het slachtoffer: “Hij was heel rustig en vertrouwelijk.” In antwoord op de vraag: ”Had je het gevoel dat je ook in je waarden werd gelaten?” verklaart het slachtoffer: “Door hem
(de rechtbank begrijpt: door [betrokkene R] )wel. Geen dingen doen die ik niet wilde. Bij [medeverdachte E] en [verdachte] was dat heel anders”. [1]
Gelet op het bovenstaande kan ook dit feit niet worden gekwalificeerd als ‘verkrachting’.
Kwalificatie als feitelijke aanranding van de eerbaarheid (art. 246 Sr)
De rechtbank ziet zich - in het licht van het bovengenoemde arrest van de Hoge Raad - voor de vraag gesteld of de gedwongen seksuele handelingen met een fles, bedoeld in feit 3, en de gedwongen seks met een man, bedoeld in feit 6, kunnen worden gekwalificeerd als feitelijke aanranding van de eerbaarheid, strafbaar gesteld in artikel 246 Sr.
Deze bepaling luidt als volgt:
“Hij die door geweld of een andere feitelijkheid of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid iemand dwingt tot het plegen of dulden van ontuchtige handelingen, wordt, als schuldig aan feitelijke aanranding van de eerbaarheid, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste acht jaren of geldboete van de vijfde categorie.”
Noch de tekst, noch de strekking van artikel 246 Sr staat er aan in de weg dat de gedwongen seksuele handelingen met een fles, bedoeld in feit 3, en de gedwongen seks met een man, bedoeld in feit 6, worden gekwalificeerd als feitelijke aanranding van de eerbaarheid.
De rechtbank verwijst hierbij naar het eerder aangehaalde arrest van de Hoge Raad van 11 oktober 2005.
De bewezenverklaring bevat de bestanddelen die nodig zijn voor kwalificatie als feitelijke aanranding van de eerbaarheid. Het begrip “ontuchtige handelingen” uit artikel 246 Sr omvat ook seksueel binnendringen.
Het beschermde belang van de artikelen 242 Sr en 246 Sr komt ook overeen: bescherming van de seksuele integriteit. In zoverre maakt het ook weinig verschil of iemand (al dan niet met een voorwerp) seksueel wordt gepenetreerd (art. 242 Sr), dan wel wordt gedwongen om zichzelf te penetreren of een seksueel binnendringen door een derde te ondergaan (art. 246 Sr).
Het verschil in strafbedreiging tussen artikel 242 Sr en artikel 246 Sr kan tot uitdrukking komen in de strafmaat.
Gelet op het voorgaande zal de rechtbank feit 3 deels en feit 6 geheel kwalificeren als feitelijke aanranding van de eerbaarheid.
Conclusie
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
Deze feiten zijn dus strafbaar en leveren op:
1.
medeplegen van opzettelijk iemand wederrechtelijk van de vrijheid beroven en beroofd houden;
2.
medeplegen van mishandeling, meermalen gepleegd;
3.
medeplegen van verkrachting, meermalen gepleegd en medeplegen van feitelijke aanranding van de eerbaarheid, meermalen gepleegd;
4.
medeplegen van poging tot zware mishandeling, meermalen gepleegd;

5.(primair)

afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;

6.

medeplegen van feitelijke aanranding van de eerbaarheid;

7.
medeplegen van poging tot zware mishandeling;
8.
medeplegen van mishandeling, meermalen gepleegd;

9.(subsidiair)

medeplegen van poging tot verkrachting;

10.
medeplegen van opzettelijk iemand wederrechtelijk van de vrijheid beroven en beroofd houden;
11.
afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.

9.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

10.Motivering straf

Ernst van de feiten
Er is één woord dat het handelen van de verdachte en zijn mededaders passend omschrijft: marteling.
[slachtoffer G] is binnen een periode van drie weken van zijn vrijheid beroofd en stelselmatig bedreigd, bont en blauw geschopt en (met en zonder honkbalknuppel) geslagen. Tevens is hij meermalen verkracht met een honkbalknuppel, meermalen gedwongen om zichzelf anaal te penetreren met een grote fles, gedwongen tot seks met een man, gedwongen om poep te eten, beschoten met airsoftwapens, meermalen met zijn hoofd in een gootsteenbak vol vies water gehouden, blootgesteld aan verwurgingen en
waterboardingen afgeperst. Hij was door alle mishandelingen, verkrachtingen en vernederingen zo bang dat hij niet kon en durfde ontsnappen aan dit brute geweld. Daar kwam nog bij dat niet alleen hij werd bedreigd, maar dat de verdachten ook dreigden zijn ouders iets aan te doen als hij hulp zou zoeken of zou proberen te ontsnappen. Gedurende twee van de drie weken waren zijn ouders op vakantie. Kennelijk zagen de verdachten toen hun kans schoon om de heftigheid en de frequentie van de martelingen op te voeren.
Ook [slachtoffer W] en [slachtoffer M] zijn – ieder gedurende een kortere periode – ernstig mishandeld, vernederd en bedreigd.
[slachtoffer W] is onder meer bedreigd met een airsoftwapen en met woorden, geschopt, geslagen en met een stroomstootwapen bewerkt, zijn haren zijn uitgetrokken en er is geprobeerd hem te verkrachten met een deodorantbus.
[slachtoffer M] is onder meer met tape vastgebonden en gekneveld, van zijn vrijheid beroofd, geschopt en geslagen, bedreigd met woorden en met een mes, in zijn vingers geknepen met een waterpomptang en afgeperst.
Alle drie de slachtoffers zijn kwetsbaar. Zij hebben psychische problemen en / of zij zijn verstandelijk minder begaafd. Die kwetsbaarheid heeft de verdachten kennelijk niet weerhouden van hun gruweldaden. Integendeel: het lijkt er op dat de verdachten juist gebruik hebben gemaakt van die kwetsbaarheid. Tegenover [slachtoffer G] en zijn ouders deden zij het voorkomen dat zij hem wilden helpen om steviger te worden. [slachtoffer W] is onder druk gezet om een valse aangifte te doen die zijn letsel zou kunnen verklaren; de verdachten deden zich tegenover de ouders van [slachtoffer W] voor als zijn vrienden.
De gevolgen voor de slachtoffers zijn enorm, zo blijkt uit het dossier, uit de slachtofferverklaringen en uit de toelichting bij de vorderingen die de slachtoffers als benadeelde partijen hebben ingediend. Stuk voor stuk hebben zij – naast lichamelijk letsel en materiële schade – grote trauma’s opgelopen. Daarvoor zullen zij naar het zich laat aanzien nog lang behandeld moeten worden, met de onzekerheid of volledig herstel mogelijk is.
Motief
Over het motief voor dit buitensporige geweld is ter zitting en op grond van het dossier een beeld ontstaan dat vooral vragen oproept. Wat heeft de verdachten gebracht tot gedragingen waarvan één van de betrokkenen zegt: “Zo ga je niet eens met een dier om dus laat staan met mensen”? Dit is nog moeilijker voorstelbaar omdat het één en ander zich afspeelde in een kring van vrienden en goede kennissen. [slachtoffer G] verklaart bijvoorbeeld dat hij voorheen bevriend was met de verdachte en [medeverdachte E] ; beiden bevestigen dat.
Bij [slachtoffer G] en [slachtoffer W] speelde volgens de verdachten mee dat beiden “pedo’s” zouden zijn, die ontucht zouden hebben gepleegd of kinderporno in hun bezit zouden hebben. De verdachte en [medeverdachte E] hebben verklaard dat zij [slachtoffer G] hebben mishandeld omdat hij zou hebben gelogen.
Beide slachtoffers werden met geweld gedwongen tot een ‘bekentenis’. Of er verder bewijs voor was, deed kennelijk niet ter zake. [slachtoffer G] is ooit door de rechtbank vrijgesproken van ontucht. De foto’s die op de telefoon van [slachtoffer W] stonden en die volgens de verdachten kinderpornografisch zouden zijn, waren dat volgens politiedeskundigen niet.
Wat hier verder ook van zij: het is natuurlijk volstrekt onaanvaardbaar dat de verdachten voor eigen rechter gingen spelen.
[slachtoffer G] verklaart dat de verdachte en [medeverdachte E] hem voorspiegelden dat ze hem wilden helpen om goed voor zichzelf te zorgen, om sterker te worden. Ze zouden “een echte vent” van hem maken. In dit verband is in de verschillende verklaringen ook het woord “puppytraining” gevallen. Het slachtoffer verklaart daar treffend over: “Ik had het mij anders voorgesteld. Ik wist wel dat ze je geestelijk af zouden breken. Maar niet dat ze mij letterlijk verrot zouden slaan. Ik dacht dat het meer met woorden zou gaan”.
Dat ook de verdachten het begrip ‘puppytraining’ kenden en gebruikten, blijkt bijvoorbeeld uit een WhatsApp-conversatie die de verdachte en [medeverdachte C] voerden in de periode waarin [slachtoffer G] werd gemarteld. De verdachte zegt daarin: “Zit weer op puppytraining”. De medeverdachte [getuige 1] verklaart hierover: “ [medeverdachte E] en [verdachte] gaven [slachtoffer G] gewoon puppytraining. Luisterde [slachtoffer G] niet naar [medeverdachte E] of [verdachte] of sprak [slachtoffer G] hen tegen of deed hij iets wat hen niet aanstond dan werd hij door hen gestraft. Net zoals dit bij hondentraining gebeurt bij honden als zij niet luisteren naar hun baasje.”
Bij [slachtoffer G] en [slachtoffer M] was er kennelijk ook een financieel aspect. [slachtoffer G] is gedwongen om een duur telefoonabonnement af te sluiten, met als doel dat hij de bijbehorende telefoon aan de verdachte en [medeverdachte E] zou afgeven. [slachtoffer M] is gedwongen om een zak met xtc-pillen en een computer af te geven.
Een rode draad in het hele dossier is het genoegen dat de verdachten ontleenden aan de mishandelingen, verkrachtingen en vernederingen. Meerdere slachtoffers en medeverdachten spreken in dit verband van sadisme. Dat is inderdaad een woord dat de lading dekt. Het ging kennelijk vooral om het uitoefenen van macht. Dit beeld wordt bijvoorbeeld ook bevestigd door een telefoongesprek tussen de verdachte en [medeverdachte C] , opgeslagen op de telefoon van de verdachte, waarin hij zegt: “Dat is toch gers… Dat is toch maximaal… Wat wij allemaal met die jongen hebben uitgevreten”. Ook dit gesprek werd gevoerd in de periode waarin [slachtoffer G] werd gemarteld; het gaat kennelijk over [slachtoffer G] . Het maakt duidelijk dat de verdachte zelfs trots was op wat hij en de medeverdachten [slachtoffer G] aandeden. Ook de filmpjes die [medeverdachte A] maakte van de mishandelingen en vernederingen van [slachtoffer G] en [slachtoffer W] en de verkrachting van [slachtoffer G] , passen in dit patroon. [medeverdachte A] deelt het filmpje van [slachtoffer G] via WhatsApp met een ander, met de begeleidende tekst “Dit doen we met pedo’s”.
Verder valt op dat bijna alle verdachten in deze zaak stellen dat zij zich door de anderen hebben laten meeslepen of zelfs dat hun angst voor medeverdachten of anderen hen heeft gebracht tot deelname aan de gruwelijkheden. In het dossier is geen enkele aanwijzing te vinden dat één van de verdachten onder dwang heeft gehandeld. Het plezier dat vooral de verdachte, [medeverdachte E] , [medeverdachte A] en [medeverdachte D] volgens slachtoffers en anderen in de mishandelingen hadden, wijst in een heel andere richting. Het lijkt er op, dat de verdachten elkaar hebben opgehitst in een dynamiek die trekken heeft van een groepspsychose.
Doordat geen van de slachtoffers hulp durfde te zoeken, bleef voor de buitenwereld verborgen wat er met hen gebeurde. Dit was er één van de oorzaken van dat de verdachten zich kennelijk onaantastbaar waanden en – in wisselende samenstellingen - in betrekkelijk korte tijd drie slachtoffers hebben kunnen maken.
Rolverdeling
In de drie zaaksdossiers vormen de verdachte en [medeverdachte E] de constante factor. Zij waren bij de martelingen van alle drie de slachtoffers aanwezig en speelden daarbij een actieve, zo niet bepalende rol. Door sommige slachtoffers, medeverdachten en getuigen wordt [medeverdachte E] aangemerkt als de leider en de verdachte als degene die opdrachten uitvoerde.
Dit beeld miskent dat de verdachte ook op eigen initiatief handelingen verrichtte. Zo antwoordt [medeverdachte A] op de vraag wie in zijn ogen de belangrijkste dader was, de verdachte of [medeverdachte E] : “Die [verdachte] het meest maar eigenlijk alle 2.” [slachtoffer G] verklaart onder meer: “ [medeverdachte E] deed over het algemeen niet zoveel.
Hij was meer van de techniek. Merendeels was hij wel bij de verwurgingen en verdrinkingen. [medeverdachte E] genoot ervan, die vond het geweldig. Je zag de grijns op zijn gezicht.” Op de vraag “Hoe leerde [medeverdachte E] de techniek aan [verdachte] ?” antwoordde [slachtoffer G] : “Dan deed hij het voor en moest [verdachte] het nadoen en ik moest dan zeggen of [verdachte] het goed deed”. Bij de rechter-commissaris verklaart [slachtoffer G] : “Alles werd besproken. [verdachte] kwam met ideeën en [medeverdachte E] keurde het goed en dat gebeurde dan.” Op de vraag “Wie heeft het meest gedaan?” antwoordt [slachtoffer W] : “ [naam]
(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte D] ), [verdachte] , die meid
(de rechtbank begrijpt: [medeverdachte C] )en [medeverdachte E] .”
Over de interactie tussen de verdachte en [medeverdachte E] is tijdens het onderzoek in het Pieter Baan Centrum (hierna: PBC) maar weinig informatie verkregen. Beiden weigerden om in bijzijn van één van de deskundigen met elkaar te praten. Het viel wel op dat zij gedurende hun verblijf in het PBC met enige regelmaat contact hadden en dan enige tijd zonder zichtbare problemen met elkaar spraken en zelfs zaten te kaarten. De rechtbank ziet hierin geen aanwijzingen dat deze verdachten zo bang voor elkaar waren, dat één van hen zich gedwongen heeft gevoeld om mee te doen aan de bewezen feiten.
Al met al komt de rechtbank tot de slotsom dat de verdachte en [medeverdachte E] in de drie zaaksdossiers een misschien verschillende, maar wel even grote rol hebben gespeeld.
Persoonlijke omstandigheden
De verdachte is in 2013 veroordeeld tot een taakstraf voor huiselijk geweld gericht tegen zijn vader.
In de beginfase van de voorlopige hechtenis heeft de verdachte met de reclassering gesproken in het kader van de vroeghulp. Hij heeft beperkt meegewerkt aan het onderzoek door psycholoog Lemmens. Volgens deze deskundige komt de verdachte uit het onderzoek naar voren als een persoon met sociaal-angstige, vermijdende en afhankelijke trekken en mogelijk een posttraumatische stressstoornis, maar ook met antisociaal gedrag,
thrill-seekingen drugsverslaving. De verdachte ontkent de ten laste gelegde feiten grotendeels en laat zich over het gedeelte dat hij wel bekent, zeer vaag en bagatelliserend uit. Vanwege de beperkte medewerking heeft de psycholoog onvoldoende zicht gekregen op de aard van de eventuele psychische stoornissen/gebreken en de relatie daarvan met de ten laste gelegde feiten. Een diagnose kon niet worden gesteld. De psycholoog heeft daarom geadviseerd de verdachte te doen opnemen in het Pieter Baan Centrum ter observatie en nadere diagnostiek. De psychiater Ronhaar, aan wiens onderzoek de verdachte niet heeft meegewerkt, heeft hetzelfde geadviseerd.
De verdachte is vervolgens opgenomen in het Pieter Baan Centrum, maar ook daar heeft hij geweigerd mee te werken aan het onderzoek. Het is daardoor niet mogelijk gebleken de vraag te beantwoorden of de verdachte ten tijde van het ten laste gelegde leed aan een gebrekkige ontwikkeling of een ziekelijke stoornis van de geestvermogens.
Er zijn geen aanknopingspunten voor het aannemen van een stoornis, anders dan de aard en ernst van de feiten. Gelet op het voorgaande moet de verdachte volledig toerekeningsvatbaar worden beschouwd.
Strafmaat
De officier van justitie heeft een gevangenisstraf van 16 jaar geëist.
De veelheid aan gruwelijke feiten die de verdachte samen met anderen heeft gepleegd, rechtvaardigt zonder meer een lange gevangenisstraf. Als de rechtbank de straffen optelt die voor dergelijke feiten plegen te worden opgelegd, dan is de geëiste straf alleszins begrijpelijk.
De rechtbank moet er rekening mee houden dat sprake is van samenloop: een aantal handelingen is meermalen (bij verschillende feiten) ten laste gelegd.
Daar staat tegenover dat de verdachte betrokken was bij ongekende wreedheden jegens maar liefst drie slachtoffers. Telkens had hij de keus om er wel of niet aan mee te doen, en telkens heeft hij de verkeerde keuze gemaakt. Bij de eerste twee slachtoffers bleef het nog beperkt tot één nacht waarin één slachtoffer gruwelijk werd mishandeld, bij het derde slachtoffer gingen de verdachte en zijn mededaders helemaal ‘los’ en duurden de martelingen en vrijheidsberovingen maar liefst drie weken. Dit getuigt van een haast onvoorstelbare gewetenloosheid.
Eerder is overwogen dat een aantal handelingen waarvan [slachtoffer G] het slachtoffer werd, wel kunnen worden bewezen, maar dat zij niet de verkrachtingen opleveren die ten laste zijn gelegd. Het gaat om de handelingen die [slachtoffer G] met de fles moest verrichten, ten laste gelegd in feit 3, en om de gedwongen seks met een man, ten laste gelegd als feit 6. Die feiten kunnen wel worden gekwalificeerd als feitelijke aanranding van de eerbaarheid, een feit met een lagere strafbedreiging. Ook heeft de rechtbank het strafverzwarende bestanddeel voorbedachte raad in feit 2 niet bewezen geacht.
Het gevolg hiervan is, dat een iets lagere straf wordt opgelegd dan is geëist.
Conclusie
De rechtbank legt een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op van 15 jaar met aftrek van voorarrest. Alleen die straf doet recht aan wat de verdachte (samen met zijn mededaders) de slachtoffers heeft aangedaan.

11.Vorderingen benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregelen

Als benadeelde partijen hebben zich in het geding gevoegd de slachtoffers [slachtoffer G] , [slachtoffer W] en [slachtoffer M] , ter zake van de aan de verdachte ten laste gelegde feiten. De benadeelde partijen vorderen ieder voor zich een vergoeding aan materiële schade en een vergoeding aan immateriële schade.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft ten aanzien van [slachtoffer G] geconcludeerd tot integrale toewijzing van de vordering tot vergoeding van de materiële schade en tot toewijzing van de vordering tot vergoeding van de immateriële schade tot een bedrag van € 26.000,-, met hoofdelijke veroordeling van de verdachte en de [medeverdachte E] .
Ten aanzien van [slachtoffer W] heeft de officier van justitie geconcludeerd tot integrale toewijzing van de vordering tot vergoeding van de materiële en immateriële schade. Ten aanzien van de verdachte leidt dit er gelet op zijn rol toe dat jegens hem een bedrag van
€ 7.742,- moet worden toegewezen.
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot integrale toewijzing van de vordering van [slachtoffer M] tot vergoeding van de immateriële schade en tot toewijzing van de vordering tot vergoeding van de materiële schade tot een bedrag van € 46,04.
Met betrekking tot de schadepost ‘camera’ dient de benadeelde partij niet ontvankelijk te worden verklaard, nu er geen rechtstreeks verband bestaat met de betreffende bewezen verklaarde feiten.
Standpunt verdediging
De raadsman heeft primair bepleit de benadeelde partijen niet ontvankelijk te verklaren, omdat behandeling van hun vorderingen, in het bijzonder ten aanzien van de immateriële schadevergoeding, een onevenredige belasting van het strafproces zou opleveren.
Met betrekking tot vergoeding van de materiële schade heeft de raadsman bepleit de door [slachtoffer W] opgevoerde schadeposten ‘geld’ en ‘telefoon’ en de door [slachtoffer M] opgevoerde schadepost ‘camera’ af te wijzen.
Beoordeling
Vordering [slachtoffer G]
Nu is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij door de onder 1, 2, 3, 4, 5 primair en 6 bewezen verklaarde strafbare feiten rechtstreeks materiële schade is toegebracht en de vordering tot een bedrag van € 1.556,40 genoegzaam is onderbouwd, zal dit deel van de vordering worden toegewezen.
Het deel van de vordering van de benadeelde partij dat betrekking heeft op de schadepost ‘telefoon’ is naar het oordeel van de rechtbank niet aan te merken als rechtstreekse schade door een van de bewezen verklaarde feiten. De benadeelde partij zal in zoverre niet-ontvankelijk worden verklaard. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Vast is komen te staan dat aan de benadeelde partij door de onder 1, 2, 3, 4, 5 primair en 6 bewezen verklaarde strafbare feiten rechtstreeks immateriële schade is toegebracht. Die schade zal naar maatstaven van billijkheid worden vastgesteld op € 26.000,-, zodat de vordering tot dit bedrag zal worden toegewezen, met niet-ontvankelijkverklaring van hetgeen aan hoofdsom meer is gevorderd. Ook dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Nu de verdachte de strafbare feiten, ter zake waarvan schadevergoeding zal worden toegekend samen met zijn mededader ( [medeverdachte E] ) heeft gepleegd, zijn zij daarvoor ieder hoofdelijk aansprakelijk. Indien en voor zover de mededader de benadeelde partij betaalt is de verdachte in zoverre jegens de benadeelde partij van deze betalingsverplichting bevrijd.
De benadeelde partij heeft gevorderd het te vergoeden bedrag te vermeerderen met wettelijke rente. De rechtbank bepaalt dat het te vergoeden schadebedrag vermeerderd wordt met wettelijke rente vanaf 6 augustus 2016.
Nu de vordering van de benadeelde partij in overwegende mate zal worden toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten door de benadeelde partij gemaakt tot op heden begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Vordering [slachtoffer W]
Nu is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij door de onder 7, 8 en 9 subsidiair bewezen verklaarde strafbare feiten rechtstreeks materiële schade is toegebracht en de vordering tot een bedrag van € 661,35 genoegzaam is onderbouwd, zal dit deel van de vordering worden toegewezen.
Het deel van de vordering van de benadeelde partij dat betrekking heeft op de schadeposten ‘zilveren ketting’, ‘zilveren oorpiercing’, ‘geld’ en ‘telefoon’ is naar het oordeel van de rechtbank niet aan te merken als rechtstreekse schade door een van de bewezen verklaarde feiten. De benadeelde partij zal in zoverre niet-ontvankelijk worden verklaard. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Vast is komen te staan dat aan de benadeelde partij door de onder 7, 8 en 9 subsidiair bewezen verklaarde strafbare feiten rechtstreeks immateriële schade is toegebracht. Die schade zal naar maatstaven van billijkheid worden vastgesteld op € 9.000, zodat de vordering tot dit bedrag zal worden toegewezen, met niet-ontvankelijkverklaring van hetgeen aan hoofdsom meer is gevorderd. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Nu de verdachte de strafbare feiten, ter zake waarvan schadevergoeding zal worden toegekend samen met zijn mededaders [medeverdachte E] en [medeverdachte D] heeft gepleegd, zijn zij daarvoor ieder hoofdelijk aansprakelijk. Indien en voor zover een van deze mededaders de benadeelde partij betaalt is de verdachte in zoverre jegens de benadeelde partij van deze betalingsverplichting bevrijd.
De benadeelde partij heeft gevorderd het te vergoeden bedrag te vermeerderen met wettelijke rente. De rechtbank bepaalt dat het te vergoeden schadebedrag vermeerderd wordt met wettelijke rente vanaf 26 juni 2016.
Nu de vordering van de benadeelde partij in overwegende mate zal worden toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten door de benadeelde partij gemaakt tot op heden begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Vordering [slachtoffer M]
Nu is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij door de onder 10 en 11 bewezen verklaarde strafbare feiten rechtstreeks materiële schade is toegebracht en de vordering tot een bedrag van € 46,04 genoegzaam is onderbouwd, zal dit deel van de vordering worden toegewezen.
Het deel van de vordering van de benadeelde partij dat betrekking heeft op de schadepost ‘camera’ is naar het oordeel van de rechtbank niet aan te merken als rechtstreekse schade door een van de bewezen verklaarde feiten. De benadeelde partij zal in zoverre niet-ontvankelijk worden verklaard. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Vast is komen te staan dat aan de benadeelde partij door de onder 10 en 11 bewezen verklaarde strafbare feiten rechtstreeks immateriële schade is toegebracht. Die schade zal naar maatstaven van billijkheid worden vastgesteld op € 3.000,- zodat de vordering tot dit bedrag zal worden toegewezen. De benadeelde partij zal voor het overige niet-ontvankelijk worden verklaard. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Nu de verdachte de strafbare feiten, ter zake waarvan schadevergoeding zal worden toegekend samen met zijn mededaders [medeverdachte E] en [medeverdachte D] heeft gepleegd, zijn zij daarvoor ieder hoofdelijk aansprakelijk. Indien en voor zover een van deze mededaders de benadeelde partij betaalt is de verdachte in zoverre jegens de benadeelde partij van deze betalingsverplichting bevrijd.
De benadeelde partij heeft gevorderd het te vergoeden bedrag te vermeerderen met wettelijke rente. De rechtbank bepaalt dat het te vergoeden schadebedrag vermeerderd wordt met wettelijke rente vanaf 5 juni 2016.
Nu de vordering van de benadeelde partij in overwegende mate zal worden toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten door de benadeelde partij gemaakt tot op heden begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Conclusie
De vorderingen worden toegewezen tot de volgende bedragen:
- [slachtoffer G] € 27.556,40
- [slachtoffer W] € 9.661,35
- [slachtoffer M] € 3.046,04.
Deze bedragen worden telkens vermeerderd met de wettelijke rente.
Tevens wordt telkens de schadevergoedingsmaatregel, bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht, opgelegd.

12.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 36f, 45, 47, 55, 57, 63, 242, 246, 282, 300, 302 en 317 van het Wetboek van Strafrecht.

13.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

14.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte het onder 9 primair ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1, 2, 3, 4, 5 primair, 6, 7, 8, 9 subsidiair, 10 en 11 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte ook daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 15 (vijftien) jaren;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
feiten 1, 2, 3, 4 en 5 primair en 6:
veroordeelt de verdachte hoofdelijk met diens mededader [medeverdachte E] , des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij [slachtoffer G] te betalen een bedrag van
€ 27.556,40 (zegge: zevenentwintigduizend vijfhonderd zesenvijftig euro en veertig cent), bestaande uit € 1.556,40 aan vergoeding van materiële schade en € 26.000,- aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 6 augustus 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt de verdachte in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering, en bepaalt dat dit deel van de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer G] te betalen
€ 27.556,40 (zegge: zevenentwintigduizend vijfhonderd zesenvijftig euro en veertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 augustus 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening;
Beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 27.556,40 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
172 (honderdtweeënzeventig) dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
verstaat dat betaling aan de benadeelde partij, waaronder begrepen betaling door zijn mededader [medeverdachte E] , tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij en omgekeerd;
feiten 7, 8 en 9 subsidiair:
veroordeelt de verdachte hoofdelijk met diens mededaders [medeverdachte E] en [medeverdachte D] , des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij [slachtoffer W] te betalen een bedrag van
€ 9.661,35 (zegge: negenduizend zeshonderd eenenzestig en vijfendertig cent), bestaande uit € 661,35 aan vergoeding van materiële schade en € 9.000,- aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 26 juni 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering en bepaalt dat dit deel van de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht;
veroordeelt de verdachte in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer W] te betalen
€ 9.661,35 (zegge: negenduizend zeshonderd eenenzestig en vijfendertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 26 juni 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening;
beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van €
€ 9.661,35vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
83 (drieëntachtig) dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
verstaat dat betaling aan de benadeelde partij, waaronder begrepen betaling door zijn mededaders [medeverdachte E] en [medeverdachte D] , tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij en omgekeerd;
feiten 10 en 11:
veroordeelt de verdachte hoofdelijk met diens mededaders [medeverdachte E] en [medeverdachte D] , des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij [slachtoffer M] te betalen een bedrag van
€ 3.046,04 (zegge: drieduizend zesenveertig en vier cent), bestaande uit € 46,04 aan vergoeding van materiële schade en € 3.000,- aan vergoeding van immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 5 juni 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering en bepaalt dat dit deel van de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht;
veroordeelt de verdachte in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [slachtoffer M] te betalen
€ 3.046,04 (zegge: drieduizend zesenveertig en vier cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 juni 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening;
beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 3.046,04 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
40 (veertig) dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
verstaat dat betaling aan de benadeelde partij, waaronder begrepen betaling door zijn mededaders [medeverdachte E] en [medeverdachte D] , tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij en omgekeerd.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. E.M. Havik, voorzitter,
en mrs. I.W.M. Laurijssens en J. Bergen, rechters,
in tegenwoordigheid van D.J. Boogert, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
Bijlage I
Tekst gewijzigde tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1. zaak Sommelsdijk)
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van 01 juli
2016 tot en met 06 augustus 2016 te Sommelsdijk, gemeente Goeree-Overflakkee,
en/of 's-Gravenhage en/of Halsteren,althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen,
opzettelijk [slachtoffer G] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of
beroofd gehouden,
immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) met dat opzet
(telkens)
-
verbleven in de directe nabijheid vandie [slachtoffer G] in zijn/een woning in Sommelsdijk
en
hem aldus belet om de woning te verlaten en/ofbewaakt en/of in de gaten gehouden en/of
- die [slachtoffer G] tijdens één of meer autorit(ten), rijdend tussen (onder meer)
Sommelsdijk en/of Melissant en Schiphol (voortdurend) (bewapend) vergezeld
en/of (aldus) die [slachtoffer G] belet alarm te slaan en/of
- met een of meer (airsoft)wapen(s) op het lichaam van die [slachtoffer G] geschoten
en/of
- die [slachtoffer G] (meermalen) gewurgd door zijn keel dicht te knijpen en/of
- die [slachtoffer G] vastgehouden en/of opgetild en (vervolgens) met zijn hoofd onder water

geduwd en gehouden en/of

- het hoofd van die [slachtoffer G] onder water te duwen en te houden en/of
- water gegoten en/of gespoten over en/of geürineerd op het hoofd van die (op
de grond liggende) [slachtoffer G] terwijl deze een (natte) doek op het gezicht had,
en/of
- het (hoofd)haar van die [slachtoffer G] (gedeeltelijk) weggebrand en/of
- gedreigd om met een kniptang en/of een mes (een)(de) o(o)r(en) en/of
(een)(de) pink(en) en/of de penis en/of (een)(de) te(e)n(en) van die [slachtoffer G] af
te knippen/af te snijden, en/of
- die [slachtoffer G] met een (honkbal)knuppel
en/of een boor, althans een hard voorwerp,
geslagen op benen, armen, voeten, knieën, ribben, rug, penis en teelbal(len) en/of
- die [slachtoffer G] gedwongen voedsel te eten waar afwasmiddel op was gedaan en/of
- die [slachtoffer G] gedwongen dierlijke ontlasting (van een kat) te eten en/of
- die [slachtoffer G] gedwongen menselijke ontlasting (van verdachte) te eten en/of
- bij die [slachtoffer G] een honkbalknuppel in zijn anus geduwd waarna die [slachtoffer G]
gedwongen werd aan deze knuppel te likken en/of
- die [slachtoffer G] opdracht gegeven (telkens) na zijn werk gedoucht/gewassen in zijn
(opgeruimde) woning op verdachte en zijn medeverdachte(n) te wachten en/of hen
binnen te laten en/of
- die [slachtoffer G] (meermalen) opdracht gegeven met verdachte en/of zijn
medeverdachte(n) mee te gaan en/of voor hen werkzaamheden te verrichten en/of
- die [slachtoffer G] (meermalen) (langdurig) mishandeld indien hij door verdachte en/of zijn medeverdachte(n) gegeven opdrachten niet (goed) uitvoerde en/of
- die [slachtoffer G] dreigend de woorden toegevoegd: "Als jij met dit verhaal naar de
politie gaat maken wij jou en je vader af en brengen je moeder naar het
buitenland om daar als hoer te werken" en/of "Als jij zelfmoord pleegt maken
wij je ouders, broers en andere familieleden om" en/of "Ik heb thuis een
vuurwapen" en/of "Als jij de politie waarschuwt zullen wij je vermoorden en je
ouders mee nemen naar een schuur en daar in stukken hakken", althans woorden
van gelijke dreigende aard of strekking,
als gevolg waarvan die [slachtoffer G]
(dusdanig bang is geworden dat hij):
-
geenweerstand kon/durfde te bieden aan (de opdrachten van) de verdachte en/of
zijn medeverdachte(n) en/of
- ( telkens) belet is te gaan waar hij wilde
en/of gedwongen werd om op door verdachte(n) bepaalde tijdstippen aanwezig te zijn op door verdachte(n) bepaalde plaatsenen/of
-
geenhulp in durfde te roepen;
2. ( zaak Sommelsdijk)
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van 01 juli
2016 tot en met 06 augustus 2016
te Sommelsdijk, gemeente Goeree-Overflakkee,
en/of 's-Gravenhage en/of Halsteren, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met voorbedachten rade
meermalen, althans eenmaal, (telkens)
[slachtoffer G] heeft mishandeld door
- met een of meer (airsoft)wapen(s) op het lichaam van die [slachtoffer G] te schieten
en/of
- die [slachtoffer G] te wurgen door zijn keel dicht te knijpen en/of
- het hoofd van die [slachtoffer G] onder water te duwen en te houden en/of
- water te gieten op en/of te spuiten over en/of te urineren op het hoofd van
die (op de grond liggende) [slachtoffer G] terwijl deze een (natte) doek op het gezicht
had en/of
- het (hoofd)haar van die [slachtoffer G] (gedeeltelijk) weg te branden en/of
- met een kniptang en/of een mes (in) een teen van die [slachtoffer G] te verwonden
en/of te snijden en/of
- die [slachtoffer G] met een (honkbal)knuppel en/of een boor te slaan op benen, armen,
voeten, knieën, ribben, rug, penis en teelbal(len) en/of
- bij die [slachtoffer G] een (honkbal)knuppel in zijn anus te duwen waarna die [slachtoffer G]
gedwongen werd aan deze knuppel te likken en/of
- die [slachtoffer G] in de zij en/of tegen de borst en/of tegen het lichaam, armen en
benen te schoppen en/of te slaan en/of
- die [slachtoffer G] te dwingen voedsel te eten waar afwasmiddel op was gedaan en/of
- die [slachtoffer G] te dwingen dierlijke ontlasting (van een kat) te eten en/of
- die [slachtoffer G] te dwingen menselijke ontlasting (van [verdachte] ) te eten;
3. ( zaak Sommelsdijk)
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van 01 juli
2016 tot en met 03 augustus 2016
te Sommelsdijk, gemeente Goeree-Overflakkee,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal, (telkens)
door geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met
geweld en/of bedreiging met (een) andere feitelijkhe(i)d(en) iemand, te weten
[slachtoffer G] , heeft gedwongen tot het ondergaan en/of het uitvoeren van
handelingen die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen
van het lichaam,
namelijk het brengen/duwen/houden van een fles en/of een (honkbal)knuppel in
de anus van die [slachtoffer G] en/of het (vervolgens) dwingen van die [slachtoffer G] om aan
die knuppel te likken;
het geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of de bedreiging met
geweld en/of de bedreiging met (een) andere feitelijkhe(i)d(en) heeft/hebben
bestaan uit het
- (meermalen) schoppen en slaan (met de vuist en/of een knuppel en/of een
boor, althans een hard voorwerp) tegen de armen, benen en romp, althans
het lichaam van die [slachtoffer G] en/of
- (meermalen) onder water duwen van het hoofd van die [slachtoffer G] (waardoor die

[slachtoffer G] in ademnood kwam) en/of

- (meermalen) dreigen om de ouders van die [slachtoffer G] te vermoorden en/of te
ontvoeren indien die [slachtoffer G] niet zou doen wat hem opgedragen werd en/of
naar de politie zou gaan en/of hulp inroepen en/of
- dwingen van die [slachtoffer G] om met ontbloot onderlichaam te gaan zitten op een
fles en/of
- ( vervolgens) schoppen/trappen van die [slachtoffer G] , (mede) tengevolge waarvan die
fles (verder) in zijn anus is binnen gedrongen en/of
- ( met kracht) slaan en/of duwen van die (honkbal)knuppel in de anus van die
[slachtoffer G] waarna die [slachtoffer G] gedwongen werd aan deze knuppel te likken;
4. ( zaak Sommelsdijk)
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van 01 juli 2016
tot en met 06 augustus 2016
te Sommelsdijk, gemeente Goeree-Overflakkee,
en/of 's-Gravenhage en/of Halsteren, althans in Nederland,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal, (telkens)
opzettelijk een persoon genaamd [slachtoffer G] van het leven te beroven,
althans zwaar lichamelijk letsel toe brengen,
met dat opzet
- die op de grond liggende [slachtoffer G] heeft geschopt en/of getrapt tegen het hoofd
en/of het lichaam en/of
- met een honkbalknuppel en/of een boor, althans (een) daarop gelijkend(e)
hard(e) voorwerp(en) heeft geslagen tegen de penis en/of de ballen en/of het
hoofd, althans op/tegen het lichaam van die [slachtoffer G] en/of
- het hoofd van die [slachtoffer G] gedurende enige tijd onder water heeft gehouden
en/of
- de hals/keel van die [slachtoffer G] heeft dichtgeknepen/dichtgehouden,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
5. ( zaak Sommelsdijk) (primair)
hij op of omstreeks 06 augustus 2016
te
Sommelsdijk, en/ofMiddelharnis, gemeente Goeree-Overflakkee,
althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen
door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer G] heeft gedwongen
- tot het aangaan van een schuld, te weten het afsluiten van een of meer
telefoonabonnement(en) bij een of meer telecomprovider(s) en/of
- tot de afgifte van een of meer telefoon(s), geheel of ten dele toebehorende
aan [slachtoffer G] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
medeverdachte(n), te weten een Samsung Galaxy S7 Edge,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit het meermalen,
althans eenmaal (nadat verdachte en/of zijn mededader(s) die [slachtoffer G] gedurende
meerdere achtereenvolgende dagen in vereniging mishandeld hadden)
- ( telkens) (met kracht) met een knuppel en/of een boor slaan op de benen
en/of het lichaam van die [slachtoffer G] en/of
- die [slachtoffer G] dreigend toevoegen dat [slachtoffer G] naar een telecomwinkel moest gaan
en een abonnement moest afsluiten en/of dat [slachtoffer G] niemand mocht laten merken
dat het abonnement onder dwang werd afgesloten, althans telkens woorden van
gelijke aard en/of strekking;
(subsidiair)
hij op of omstreeks 06 augustus 2016
te
Sommelsdijk, en/ofMiddelharnis, gemeente Goeree-Overflakkee,
althans in Nederland,ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen
door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer G] te dwingen tot het
aangaan van een schuld, te weten het afsluiten van een of meer
telefoonabonnement(en) bij een of meer telecomprovider(s) en/of tot de afgifte
van een of meer telefoon(s), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer G]
voornoemd, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), te weten bij telecomwinkel Telecombinatie een KPN-abonnement
en/of een Samsung Galaxy S7 Edge
(nadat verdachte en/of zijn medeverdachte(n) die [slachtoffer G] gedurende meerdere achtereenvolgende dagen in vereniging mishandeld hadden)
- meermalen, althans eenmaal (telkens) met kracht met een knuppel en/of een
boor heeft geslagen op de benen en/of het lichaam van die [slachtoffer G] en/of
- die [slachtoffer G] dreigend heeft toegevoegd dat [slachtoffer G] naar een telecomwinkel
moest gaan en een abonnement moest afsluiten en/of dat [slachtoffer G] niemand mocht
laten merken dat het abonnement onder dwang werd afgesloten, althans telkens
woorden van gelijke aard en/of strekking,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
6. ( zaak Sommelsdijk)
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van 1 juli 2016
tot en met 6 augustus 2016
te 's-Gravenhage en/of te Sommelsdijk, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
door geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met
geweld en/of bedreiging met (een) andere feitelijkhe(i)d(en) iemand, te weten
[slachtoffer G] , heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die bestonden
uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, namelijk
het meermalen, althans eenmaal, (telkens) brengen/houden van de penis van
[betrokkene R] in de anus en/of de mond van die [slachtoffer G] ;
het geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of de bedreiging met
geweld en/of de bedreiging met (een) andere feitelijkhe(i)d(en) heeft/hebben
bestaan uit het
(nadat verdachte en/of zijn mededader(s) die [slachtoffer G] gedurende meerdere
achtereenvolgende dagen in vereniging mishandeld hadden en/of (meermalen)
toegevoegd hadden dat zijn ouders vermoord zouden worden als verdachte iets
zou zeggen of naar de politie zou gaan)
- ( dreigend) toevoegen door hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) aan die
[slachtoffer G] dat deze kon kiezen tussen het hebben van seks met genoemde [betrokkene R] of het
duwen/brengen van een honkbalknuppel in de anus van die [slachtoffer G] en/of
- instrueren van die [slachtoffer G] over wat hij tegen die [betrokkene R] zou moeten zeggen
zodat die [betrokkene R] geen achterdocht zou krijgen en/of zou vermoeden dat de
handelingen tegen de zin van [slachtoffer G] waren en/of
- dreigen dat verdachte, en/of zijn mededader(s) (een) advertentie(s) met een
(naakt)foto (op internet) zouden plaatsen waarin die [slachtoffer G] werd aangeboden
voor seks tegen betaling;
7. ( zaak Oude Tonge)
hij in of omstreeks de periode van 25 juni 2016 tot en met 26 juni 2016
te Oude Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee,
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in
vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk een persoon
genaamd [slachtoffer W] zwaar lichamelijk letsel toe te brengen,
met dat opzet
die op de grond liggende [slachtoffer W] meermalen, althans eenmaal (telkens) tegen/op
het hoofd en/of het lichaam heeft geschopt en/of getrapt;
8. ( zaak Oude Tonge)
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 25 juni 2016 tot
en met 26 juni 2016
te Oude-Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen
[slachtoffer W] meermalen, althans eenmaal, (telkens) heeft mishandeld door
- hem op/tegen het lichaam te schoppen en/of te trappen en/of te slaan en/of
te stompen, en/of
- hem op/tegen het lichaam te taseren, en/of
- ( een) pluk) haren uit het hoofd te trekken/te rukken;
9. ( zaak Oude Tonge) (primair)
hij in of omstreeks de periode van 25 juni 2016 tot en met 26 juni 2016
te Oude Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
door geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met
geweld en/of bedreiging met (een) andere feitelijkhe(i)d(en) iemand, te weten
[slachtoffer W] , heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die bestonden uit
of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, namelijk het
duwen en/of brengen en/of houden van een deodorantbus in de anus van die [slachtoffer W] ,
het geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of de bedreiging met
geweld en/of de bedreiging met (een) ander feitelijkhe(i)d(en) heeft/hebben
bestaan uit het
- schoppen/trappen tegen het lichaam en/of in het gezicht (terwijl die [slachtoffer W]
op de grond lag) en/of
- taseren van die [slachtoffer W] en/of
- trekken van (een pluk) haren uit het hoofd van die [slachtoffer W] en/of
- slaan (met gebalde vuist) in het gezicht en/of tegen het hoofd en/of het
lichaam van die [slachtoffer W] en/of
- geven van (de) opdracht(en) aan die [slachtoffer W] om te kruipen naar de badkamer
en/of (vervolgens) de kleding uit te doen en op handen en voeten te gaan
zitten;
(subsidiair)
hij in of omstreeks de periode van 25 juni 2016 tot en met 26 juni 2016
te Oude Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om door geweld en/of
(een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met geweld en/of
bedreiging met (een) andere feitelijkhe(i)d(en) iemand, te weten [slachtoffer W] , te
dwingen tot het ondergaan van handelingen die bestonden uit of mede bestonden
uit het seksueel binnendringen van het lichaam, te weten door het duwen en/of
brengen en/of houden van een deodorantbus in de anus van die [slachtoffer W] ,
- heeft geschopt/getrapt tegen het lichaam en/of in het gezicht van die [slachtoffer W]
(terwijl die [slachtoffer W] op de grond lag) en/of
- die [slachtoffer W] heeft getaserd en/of
- ( een pluk) haren uit het hoofd van die [slachtoffer W] heeft getrokken en/of
- ( met gebalde vuist) in het gezicht en/of tegen het hoofd en/of het lichaam
van die [slachtoffer W] heeft geslagen en/of
- die [slachtoffer W] opdracht heeft gegeven te kruipen naar de badkamer en/of
(vervolgens) de kleding uit te doen en op handen en voeten te gaan zitten,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
10. ( zaak Battenoord)
hij meermalen, althans eenmaal, (telkens)
in of omstreeks de periode van 4 juni 2016 tot en met 5 juni 2016 te Oude
Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk
[slachtoffer M] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd
gehouden,
immers heeft/hebben hij verdachte en/of zijn mededader(s)(meermalen) die
[slachtoffer M] in een woning, gelegen aan de [adres] ,
- tegen/op een bank geduwd en/of
- de woorden "Je mag niet meer weg en je kunt maar beter meewerken,
want anders gaan er dingen gebeuren" en/of "Ik ga je tong uitsnijden, je
familie uitmoorden en ik heb een plek waar ze je nooit meer vinden" en/of
"ik heb een grote homo neger als vriend, waar ik je aan ga verkopen",
althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking toegevoegd
en/of
- vastgepakt en/of
- vastgebonden met tape en/of
- op de grond neergegooid en/of
- getrapt tegen diens ribben en/of benen en/of hoofd en/of
- gevraagd of hij mensen kende waar geld te halen viel en/of of hij thuis nog
spullen van waarde had, althans woorden van gelijke aard en/of strekking
en/of
- met een kunststof holster op/tegen/in het gezicht geslagen en/of
- een mes tegen de hals/keel en/of de tong en/of de polsen gezet en/of
- met een waterpomptang in de vingers geknepen;
11. ( zaak Battenoord)
hij meermalen, althans eenmaal, (telkens)
in of omstreeks de periode van 4 juni 2016 tot en met 5 juni 2016
te Oude-Tonge, gemeente Goeree-Overflakkee,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen
door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer M] heeft gedwongen tot de
afgifte van een zak met xtc-pillen en/of een computer met toebehoren, in elk
geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer M] , in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit het (telkens)
die [slachtoffer M]
- in een woning, gelegen aan de [adres] , tegen/op een bank
duwen en/of
- de woorden toevoegen: "Je mag niet meer weg en je kunt maar beter meewerken,
want anders gaan er dingen gebeuren" en/of "Ik ga je tong uitsnijden, je
familie uitmoorden en ik heb een plek waar ze je nooit meer vinden" en/of
"ik heb een grote homo neger als vriend, waar ik je aan ga verkopen",
althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking en/of
- vastpakken en/of
- vastbinden met tape en/of
- op de grond neergooien en/of
- trappen tegen diens ribben en/of benen en/of hoofd en/of
- vragen of hij mensen kende waar geld te halen viel en/of of hij thuis nog
spullen van waarde had, althans woorden van gelijke aard en/of strekking
en/of
- met een kunststof holster op/tegen het gezicht slaan en/of
- een mes tegen de keel en/of tong en/of de polsen zetten en/of
- met een waterpomptang in de vingers knijpen.

Voetnoten

1.Zaaksdossier Sommelsdijk, blz. 230