Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van de onder parketnummer 10/165228-18 ten laste gelegde feiten alsmede bewezenverklaring van het onder parketnummer 10/164089-18 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 251 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaar en onder oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals door de reclassering geadviseerd;
- dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden.
4.Waardering van het bewijs
dieaan een ander toebehoorde, te weten aan [naam slachtoffer 1] , heeft weggenomen met het oogmerk om zich
dezewederrechtelijk toe te eigenen, welke diefstal werd vergezeld en gevolgd van geweld tegen genoemde [naam slachtoffer 1] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, enom, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
dieaan een ander toebehoorde, te weten aan [naam slachtoffer 2] , heeft weggenomen
dezewederrechtelijk toe te eigenen, welke diefstal werd, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen genoemde [naam slachtoffer 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, en om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
tetrekken en/of
dieaan een ander toebehoorde, te weten aan [naam supermarkt] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden;
265 dagenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de proeftijd, die hierbij wordt gesteld op 3 jaar, na te melden voorwaarden overtreedt;
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
dadelijk uitvoerbaarzijn;