Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1, 2 primair, 3 primair, 4 en 5 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 jaar met aftrek van voorarrest.
4.Geldigheid dagvaarding
- [naam 2] en [naam 3] hebben zich op hun zwijgrecht beroepen.
- [naam 4] heeft aangegeven dat hij via [naam verdachte] is benaderd voor een gesprek met hem, [naam medeverdachte 1] en hun advocaat [naam advocaat] . Hij is overgehaald om [naam bedrijf 1] op zijn naam te zetten om puur fiscale redenen en omdat [naam 3] al te veel bedrijven op zijn naam had. Hij deed niets als directeur en had geen inzicht in de administratie, de dagelijkse werkzaamheden en de activiteiten van [naam bedrijf 1] . [naam 4] gaf aan dat hij zich er niet goed bij voelde, dat hij terug is gegaan naar [naam verdachte] en dat het bedrijf aan een ander werd overgedragen. Dit ging buiten [naam 4] om.
- Uit het onderzoek is verder naar voren gekomen dat in de periode 9 maart 2012 tot en met 25 juni 2012 van de bankrekening van [naam bedrijf 2] € 586.650,- is overgeboekt naar de bankrekening van [naam bedrijf 5] . Van dit bedrag is op 23 maart 2012 € 495.000,- overgemaakt met de omschrijving ‘dividend’. Daarnaast is er in de periode van januari 2011 tot en met augustus 2012 van de bankrekening van [naam bedrijf 2] ruim € 600.000,- overgemaakt naar verschillende ondernemingen. Voor welke tegenprestaties de betreffende ondernemingen zijn betaald is onduidelijk. Tot slot is gebleken dat [naam bedrijf 2] tussen 1 februari 2011 en 28 juli 2011 € 300.000,- heeft overgemaakt naar [naam medeverdachte 1] . Bij de overboekingen staat als omschrijving ’lening’. Een leningsovereenkomst of stukken waaruit blijkt dat [naam medeverdachte 1] de lening heeft afgelost, ontbreken.
- Meerdere getuigen hebben verklaard dat zij eerst voor [naam bedrijf 2] werkten, waarna zij in 2012 en 2013 zijn overgegaan naar [naam bedrijf 4] .
- Hij zegt geen Pools en matig Engels te spreken;
- Hij zegt briefangst te hebben, sinds 2011 gokverslaafd te zijn en psychische problemen te hebben.
- Zijn opleiding is middelbare technische school, gevolgd door een opleiding als automonteur. Daarna is hij pakketjes gaan sorteren bij DPD en is hij bij een drukkerij machines gaan bedienen en is daar later voorman geworden. Nadat hij ziek was geworden, heeft hij [naam bedrijf 9] opgericht. Hij wilde daarmee een uitzendbureau voor kabelwerken beginnen, want zijn vrienden (die ook gokverslaafd zijn) deden dat werk.
- Hij weet niet goed wat er wordt bedoeld met de term ‘juridisch’.
- Hij zegt op zijn manier de werkzaamheden uit de overeenkomst uitgevoerd te hebben, door Poolse mensen met problemen te helpen. Hij zegt zijn leven daarbij op het spel gezet te hebben. Hij kreeg zoveel betaald omdat de werknemers dronken en agressief waren.
‘naar verwachting volgt nu snel het verlossende woord over het al dan niet toekennen van een hypotheek’en hij vraagt om
‘voor de volgende periode kort te sluiten of verdere verloning nog gewenst is en of er eentje terug gedraaid kan worden’. Daarmee is de valsheid van de overeenkomst gegeven.
Direct betrokkenen
Meer over de rol van [naam medeverdachte 1] , [naam 2] en [naam bedrijf 4]
Meer over de rol van [naam medeverdachte 5] en [naam bedrijf 21] .
- [naam medeverdachte 1] had binnen de organisatie duidelijk een sleutelrol. Hij was betrokken bij zowel de faillissementsfraudes bij [naam bedrijf 1] en [naam bedrijf 2] als bij fraudes binnen [naam bedrijf 4] . Binnen [naam bedrijf 4] had hij de feitelijke leiding, in ieder geval voor zover het Nederland betrof.
- [naam verdachte] had een belangrijke rol bij de faillissementsfraudes bij [naam bedrijf 1] en [naam bedrijf 3] . Hij had daarin bij [naam bedrijf 1] samen met [naam medeverdachte 1] de leiding.
- Andere verdachten hadden de rol van zetbaas ( [naam 2] en [naam 3] ) en/of voerden individuele strafbare feiten of onderdelen daarvan uit ( [naam 2] , [naam 3] , [naam 15] , [naam 17] ).
- Tot de criminele organisatie behoorden blijkens het voorgaande ook de vennootschappen [naam bedrijf 4] , [naam bedrijf 1] , [naam bedrijf 2] , [naam bedrijf 3] , [naam bedrijf 17] en [naam bedrijf 19] .
- [naam bedrijf 5] maakt eveneens deel uit van deze organisatie. In de periode dat deze vennootschap de aandeelhouder van [naam bedrijf 4] was (tot 27 maart 2015) was haar bestuurder [naam medeverdachte 1] immers de feitelijke beleidsbepaler van [naam bedrijf 4] , een positie die mede mogelijk gemaakt werd doordat [naam bedrijf 5] dit toeliet.
- Uit het feit dat [naam medeverdachte 4] zowel betrokken was bij de geldstroom [naam bedrijf 4] – [naam medeverdachte rechtspersoon] – [naam bedrijf 17] / [naam medeverdachte 1] als bij de valse arbeidsovereenkomst van [naam 17] , volgt dat hij een rol in de organisatie vervulde. De rechtbank ziet [naam medeverdachte 4] niet als ‘de criminele boekhouder die van alles wist’, maar hij heeft wel meegewerkt aan het plegen van meerdere strafbare feiten door de organisatie. Dat hij dat deels deed nadat hij door zijn klant [naam bedrijf 4] voor een voldongen feit was gesteld (zoals bij de arbeidsovereenkomst volgens hem is gebeurd, hetgeen door het dossier niet wordt weerlegd), doet daaraan niet af. Ook kleinere, maar onmisbare, schakels kunnen onderdeel van een criminele organisatie zijn.
- Niet gebleken is dat [naam medeverdachte 5] tot de organisatie behoorde. Weliswaar wordt ook hij bij vonnis van heden voor meerdere feiten veroordeeld. Echter, dit betreft geen feiten waarop de hiervoor beschreven criminele organisatie zag en er is geen bewijs dat hij wist van de hiervoor beschreven criminele organisatie of opzet had op enige rol daarin.
- [naam bedrijf 21] . maakte geen onderdeel uit van de criminele organisatie. Van een concrete, voldoende substantiële, betrokkenheid van deze vennootschap bij de hiervoor besproken strafbare feiten is niet gebleken.
- In het verlengde van hetgeen over [naam medeverdachte 4] is overwogen, ziet de rechtbank ook [naam bedrijf 20] . als deelnemer aan de criminele organisatie. Zij heeft immers de valse arbeidsovereenkomst en de valse facturen van [naam medeverdachte rechtspersoon] in de administratie van [naam bedrijf 4] verwerkt en de wetenschap van [naam medeverdachte 4] over deze valsheden worden aan deze vennootschap toegerekend. Zijn werkzaamheden vonden plaats in de sfeer van deze rechtspersoon en hij was van die rechtspersoon ook de bestuurder.
- [naam medeverdachte rechtspersoon] maakte geen onderdeel uit van de criminele organisatie. Van alle hiervoor besproken strafbare feiten wordt deze verdachte alleen veroordeeld voor (kort gezegd) de valse facturen van de ‘ [naam bedrijf 17] geldstroom’. Die enkele veroordeling vindt de rechtbank onvoldoende om ook deze vennootschap als lid van de criminele organisatie aan te merken.
Inleiding
Feiten en omstandigheden
.Vanaf dat nummer werd onder meer gebeld naar een telefoonnummer op naam van [naam bedrijf 29] , in gebruik bij [naam medeverdachte 4] en naar een telefoonnummer op naam van [naam bedrijf 30] . [naam bedrijf 30] is een eenmanszaak op naam van [naam verdachte] . [145]
Beoordeling
30 juni 2016, in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal,
188.631euro en goodwill,
30 juni 2016in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen,
188.631euro, en een geldbedrag van (in totaal) 25.000 euro,
188.631euro en
6.Strafbaarheid feiten
2.primair
feitelijk leiding geven aan het medeplegen van bedrieglijke bankbreuk, meermalen gepleegd
3.primair
als feitelijk leidinggevende van een rechtspersoon die in staat van faillissement is verklaard, ter bedrieglijke verkorting van de rechten van de schuldeisers van de rechtspersoon, tezamen en in vereniging met anderen niet voldaan hebben aan de op hem rustende verplichtingen ten opzichte van het voren van een administratie ingevolge artikel 2:10, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek en artikel 3:15i, eerste lid van het Burgerlijk Wetboek, het bewaren en tevoorschijn brengen van boeken, bescheiden en gegevensdragers in die artikelen genoemd, meermalen gepleegd
7.Strafbaarheid verdachte
8.Motivering straf
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 30 (dertig) maanden;