Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder 4 tenlastegelegde;
- bewezenverklaring van het onder 1, 2, 3 en 5 tenlastegelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaar met aftrek van voorarrest.
4.Waardering van het bewijs
Vrijspraak feit 4 zonder nadere motivering
en
eenketting) en een (fiets)sleutel, toebehoorde,
envergezeld van geweld
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
Algemene overweging
8.Vorderingen benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregelen
[benadeelde 1]ter zake van het onder 1 tenlastegelegde feit. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 64,00 aan materiële schade.
[benadeelde 2]ter zake van het onder 5 tenlastegelegde feit. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 217,00 aan materiële schade en een vergoeding van € 2.500,00 aan immateriële schade. Tevens vordert de benadeelde partij een bedrag van € 461,00 aan kosten rechtsbijstand volgens het liquidatietarief.
[benadeelde 3]ter zake van het onder 5 tenlastegelegde feit. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 411,29 aan materiële schade en een vergoeding van € 2.500,00 aan immateriële schade. Tevens vordert de benadeelde partij een bedrag van € 461,00 aan kosten rechtsbijstand volgens het liquidatietarief.
[benadeelde 1]door het onder 1 bewezen verklaarde strafbare feit, rechtstreeks materiële schade is toegebracht zal deze, ondanks de betwisting door de verdachte, worden toegewezen.
[benadeelde 2]door het onder 5 bewezen verklaarde strafbare feit, rechtstreeks materiële schade is toegebracht en de vordering genoegzaam is onderbouwd, zal deze in zoverre worden toegewezen.
[benadeelde 3]door het onder 5 bewezen verklaarde strafbare feit, rechtstreeks materiële schade is toegebracht en de vordering genoegzaam is onderbouwd, zal deze in zoverre worden toegewezen.
[benadeelde 2]en
[benadeelde 3]worden toegewezen voor een bedrag van € 2.500,00 elk aan immateriële schade, er van uitgaande dat de uitkering van deze bedragen door het Schadefonds Geweldsmisdrijven is geschied onder voorwaarde van verrekening conform artikel 6 lid 3 Wet Schadefonds Geweldsmisdrijven.
[benadeelde 1]een schadevergoeding betalen van
€ 64,00, vermeerderd met de wettelijke rente.
[benadeelde 2]een schadevergoeding betalen van
€ 2.717,00, vermeerderd met de wettelijke rente.
[benadeelde 3]een schadevergoeding betalen van
€ 2.911,29, vermeerderd met de wettelijke rente.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) jaar;
[benadeelde 1], te betalen een bedrag van
€ 64.00 (zegge: vierenzestig euro), bestaande uit € 64,00 aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 28 maart 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
[benadeelde 2], te betalen een bedrag van
€ 2.717,00 (zegge: tweeduizend zevenhonderdzeventien euro), bestaande uit € 217,00 aan materiële schade en € 2.500,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 2 maart 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
[benadeelde 3], te betalen een bedrag van
€ 2.911,29 (zegge: tweeduizend negenhonderdelf euro en negenentwintig eurocent), bestaande uit € 411,29 aan materiële schade en € 2.500,00 aan immateriële schade te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 2 maart 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoeding op, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[benadeelde 1]te betalen
€ 64,00(hoofdsom,
zegge: vierenzestig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 maart 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 64,00
vervangende hechteniszal worden toegepast voor de duur van
1 (één) dag; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[benadeelde 2]te betalen
zegge: tweeduizend zevenhonderdzeventien euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 2 maart 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van
vervangende hechteniszal worden toegepast voor de duur van
37 (zevenen dertig) dagen;toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[benadeelde 3]te betalen
€ 2.911,29(hoofdsom,
zegge: tweeduizend negenhonderdelf euro en negenentwintig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 2 maart 2018 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 2.911,29
vervangende hechteniszal worden toegepast voor de duur van
39 (negenendertig) dagen;toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;