Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van zes maanden met aftrek van voorarrest, waarvan twee maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarden dat de verdachte zich zal melden bij de reclassering en zijn medewerking zal verlenen aan ambulante behandeling.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vorderingen benadeelde partijen/ schadevergoedingsmaatregelen
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van vijf maanden;
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
€ 650,00 (zegge: zeshonderdenvijftig euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 22 juli 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 650,00(hoofdsom,
zegge: zeshonderdenvijftig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 juli 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 650,00 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
11 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
€ 350,00 (zegge: driehonderdenvijftig euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 22 juli 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 350,00(hoofdsom,
zegge: driehonderdenvijftig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 juli 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 350,00 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
7 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;