ECLI:NL:RBROT:2017:910
Rechtbank Rotterdam
- Wraking
- M.G.L. de Vette
- W.P.M. Jurgens
- W.J. Roos-van Toor
- J.J. van den Berg
- J. Snitker
- M.M. Dolman
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechters in strafzaak
Op 2 februari 2017 heeft de Rechtbank Rotterdam een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door een verzoeker in een strafzaak. De wraking was gebaseerd op de beslissing van de rechters om een verzoek tot aanhouding van de zaak af te wijzen. De verzoeker stelde dat deze beslissing zo onbegrijpelijk was dat deze alleen verklaard kon worden door vooringenomenheid van de rechters. De rechtbank oordeelde echter dat de beslissing en de onderliggende motivering niet onbegrijpelijk of ondeugdelijk waren. De rechters hadden de afwijzing van het aanhoudingsverzoek gemotiveerd en er was geen sprake van desinteresse in de verklaring van de medeverdachte, zoals door de raadsvrouw werd gesteld. De voorzitter had de raadsvrouw zelfs de mogelijkheid geboden om de medeverdachte ter zitting als getuige te horen. De rechtbank benadrukte dat het belang van een doelmatige en voortvarende procesvoering zwaarder woog dan het verzoek om aanhouding, vooral gezien het feit dat de strafzaak al meerdere keren was aangehouden. De wrakingskamer concludeerde dat er geen schijn van vooringenomenheid was en dat het verzoek tot wraking ongegrond was. De beslissing werd uitgesproken door de voorzitter en twee andere rechters in een openbare zitting.