Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
[adres verdachte] , [woonplaats verdachte] ,
raadsman mr. W. Suttorp, advocaat te Rotterdam.
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder 1 primair en 3 primair en subsidiair ten laste gelegde;
- bewezenverklaring van het onder 1 subsidiair, 2 en 4 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 92 dagen met aftrek van voorarrest.
4.Waardering van het bewijs
Tijdens het onderzoek op de terechtzitting zijn de aangevers en [naam slachtoffer 3] als getuige gehoord en zijn zij met het filmpje geconfronteerd. Zij hebben zich op hun verschoningsrecht beroepen en een uitleg voor de strijdigheid van hun verklaringen met de opgenomen beelden is uitgebleven. Een en ander is aanleiding om op cruciale onderdelen ernstig aan de juistheid van de verklaringen van de aangevers te twijfelen. Behalve door het letsel dat is vastgesteld bij de aangevers, worden hun verklaringen, waar het de rol van de verdachte betreft, niet ondersteund door enig ander objectief bewijsmiddel. Dat brengt met zich dat de strafrechtelijke betrokkenheid van de verdachte bij de vechtpartij op 16 januari 2016 danwel bij het ontstaan van het letsel van de aangevers niet wettig en overtuigend kan worden bewezen. De verdachte zal dan ook worden vrijgesproken van de onder 1 subsidiair en 2 ten laste geweldsdelicten.