Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding met producties,
- de conclusie van antwoord met producties,
- de brief van 24 mei 2017 waarbij de zitting is bepaald,
- de brief van de Rabobank van 8 juni met productie,
- het proces-verbaal van comparitie van 26 juni 2017.
2.De feiten
3.Het geschil
- € 25.000,00, te vermeerderen met rente ex artikel 6:119a BW althans 6:119 BW, vanaf 26 februari 2017 dan wel 1 maart 2017;
- € 1.025,00 aan buitengerechtelijke kosten, te vermeerderen met rente ex artikel 6:119 BW;
- € 1.501,57, aan beslagkosten, te vermeerderen met rente ex artikel 6:119 BW;
4.De beoordeling
de borg verklaart deze borgtocht te hebben gesteld handelend ten behoeve van de normale uitoefening van het bedrijf van de debiteur.” Het voorgaande leidt tot de conclusie dat sprake is van een zakelijke borgtocht.
“Ik kan me herinneren dat jij me hebt verteld dat je door deze deal vrijgesteld zou worden door de Rabobank van jouw persoonlijke borgstelling. Dat was toen een extra reden om voor een deal te gaan die Rendant ook waar kon maken naar de Rabobank. In onze gesprekken met de Rabobank hebben we het wel gehad over de wijze waarop een en ander tot stand is gekomen. [persoon Z] heeft mij aangegeven in die tijd dat met deze deal alles klaar zou zijn. Expliciet gesproken over hoofdelijke aansprakelijkheid van jou is er niet.”In zijn verklaring baseert [persoon Y] zich niet op eigen wetenschap waar hij verklaart dat [gedaagde] niet zou worden aangesproken uit hoofde van zijn borgstelling. Dat namens de Rabobank zou zijn gezegd dat met de deal met Rendant ‘alles klaar zou zijn’ kan niet worden opgevat als een toezegging dat [gedaagde] niet als borg zou worden aangesproken, temeer niet, nu [persoon Y] verklaart dat er niet expliciet gesproken is over de hoofdelijke aansprakelijkheid van [gedaagde] . De verklaring van [persoon Y] kan derhalve niet dienen als onderbouwing van de stelling dat de Rabobank heeft toegezegd [gedaagde] niet aan te spreken op de borgstelling. [gedaagde] heeft deze stelling niet op andere wijze onderbouwd, hetgeen, gelet op de gemotiveerde betwisting van de Rabobank, wel op zijn weg lag. Doordat de gestelde toezegging niet is komen vast te staan, zal de vordering van de Rabobank worden toegewezen.
1.158,00(2 punt × tarief € 579,00)