Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 t/m 3 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 5 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 1 maand voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarden dat de verdachte zich zal gedragen naar de aanwijzingen van de reclassering en zich zal houden aan de bijzondere voorwaarden zoals deze door de reclassering zijn geformuleerd in haar advies van 13 juli 2017;
- tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10/691062-16.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feiten
1. handelen in strijd met het in art. 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd
2. handelen in strijd met art. 26 lid 1 van de Wet wapens en munitie, en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II
3. handelen in strijd met art. 26 lid 1 van de Wet wapens en munitie, en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II, meermalen gepleegd
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.In beslag genomen voorwerpen
9.Vordering tenuitvoerlegging
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 5 (vijf) maanden;
1 (één) maandniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de proeftijd, die hierbij wordt gesteld op 2 jaar, na te melden voorwaarden overtreedt;
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- de veroordeelde zal zich melden bij Reclassering Nederland, zolang en frequent als die reclasseringsinstelling noodzakelijk vindt;
- de veroordeelde zal zich onder ambulante behandeling stellen voor psychologisch onderzoek (inclusief intelligentieonderzoek) en behandeling indien geïndiceerd bij forensische polikliniek De Waag of soortgelijke ambulante forensische zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij de veroordeelde zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven;
- de veroordeelde zal verblijven in een nader te bepalen instelling voor begeleid wonen/maatschappelijke opvang, en zal zich houden aan de aanwijzingen die door of namens de directeur van die instelling worden gegeven, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
- de veroordeelde zal zich inspannen voor het verkrijgen en behouden van een zinvolle dagbesteding en een legaal inkomen, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
tenuitvoerleggingvan het voorwaardelijk gedeelte, groot 2 maanden, van de bij vonnis van 26 augustus 2016 van de meervoudige kamer van deze rechtbank aan de veroordeelde opgelegde gevangenisstraf.