In deze zaak vordert de man medewerking van de vrouw voor de verkoop van een woning die deel uitmaakt van een onverdeelde boedel. De man en vrouw hebben samen een woning gekocht tijdens hun relatie van 1992 tot november 2012, waarvoor zij hypothecaire leningen zijn aangegaan. De man stelt dat hij herhaaldelijk heeft verzocht om medewerking aan de verkoop, maar dat de vrouw niet bereid is om deze medewerking te verlenen. De vrouw heeft echter in 2013 ingestemd met de verkoop van de woning, maar vordert nu dat de man niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn vorderingen, tenzij zijn bewindvoerder in het geding verschijnt.
De rechtbank oordeelt dat de man, wiens goederen onder bewind staan, de bewindvoerder moet oproepen om in het geding te verschijnen. De rechtbank stelt vast dat de bewindvoerder, Amadi B.V./ACE Inkomens en Budgetbeheer B.V., de man in rechte moet vertegenwoordigen bij de verkoop van de woning. De rechtbank wijst het verweer van de man af dat hij zonder de bewindvoerder kan procederen. De rechtbank besluit dat de man de gelegenheid krijgt om de bewindvoerder op te roepen en een verklaring van de bewindvoerder in het geding te brengen. De zaak wordt aangehouden voor verdere behandeling.