ECLI:NL:RBROT:2017:5925
Rechtbank Rotterdam
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid voorzieningenrechter bij verzoek om voorlopige voorziening inzake publicatie sanctiebesluit door NZa
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam op 19 juli 2017 uitspraak gedaan op een verzoek om voorlopige voorziening van een verzoeker die een bestuurlijke boete van € 112.000,- had ontvangen van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) wegens overtredingen van de Wet marktordening gezondheidszorg. De verzoeker had bezwaar gemaakt tegen het besluit van de NZa en vroeg om een voorlopige voorziening om het persbericht dat door de NZa was gepubliceerd aan te vullen met zijn zienswijze. De voorzieningenrechter oordeelde dat hij bevoegd was om kennis te nemen van het verzoek, ondanks dat het persbericht al was gepubliceerd. Dit was gebaseerd op artikel 8:81 lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De voorzieningenrechter merkte op dat het persbericht een uitvloeisel was van het besluit van de NZa om het sanctiebesluit openbaar te maken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob).