ECLI:NL:RBROT:2017:5503
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van bezwaar tegen vergunning voor gebruik frequentieruimte voor evenement
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 20 juli 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, vertegenwoordigd door mr. drs. E. Kronemeijer, en de minister van Economische Zaken, Agentschap Telecom, als verweerder, vertegenwoordigd door mr. M. Gerdes en mr. E. Kieboom. Eiser had bezwaar aangetekend tegen een besluit van verweerder, waarbij een vergunning was verleend voor het gebruik van frequentieruimte ten behoeve van het evenement 'Kroegentocht Dokkum'. De vergunning was verleend voor de periode van 24 september 2016 tot en met 9 oktober 2016. Verweerder verklaarde het bezwaar van eiser niet-ontvankelijk, omdat eiser geen procesbelang zou hebben. Eiser stelde dat hij als belanghebbende kon worden aangemerkt, omdat zijn moeder naast het perceel woonde van waaruit werd uitgezonden en hij gezondheidsklachten ondervond door de straling.
De rechtbank oordeelde dat het doel van eiser, namelijk het stoppen van het uitzenden via de antennemast, niet meer kon worden bereikt ten tijde van de beslissing op het bezwaar, aangezien de vergunning op 9 oktober 2016 was geëindigd. De rechtbank concludeerde dat verweerder terecht het bezwaar niet-ontvankelijk had verklaard wegens het ontbreken van procesbelang. Eiser had weliswaar immateriële schade geclaimd, maar de rechtbank achtte dit niet aannemelijk. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven.