ECLI:NL:RBROT:2017:5287

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 juni 2017
Publicatiedatum
10 juli 2017
Zaaknummer
10/750091-16
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Mensenhandel en onttrekking van een minderjarige aan het wettig gezag

In deze zaak heeft de rechtbank Rotterdam op 29 juni 2017 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van mensenhandel en het onttrekken van een minderjarige aan het wettig gezag. De verdachte, die een minderjarig meisje had opgehaald uit een gesloten instelling, werd beschuldigd van het faciliteren van prostitutie door het slachtoffer. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de ten laste gelegde feiten, ondanks de verdediging die aanvoerde dat het slachtoffer zelf het initiatief had genomen en dat er geen dwang was gebruikt. De rechtbank benadrukte dat het faciliteren van prostitutie door een minderjarige strafbaar is, ongeacht de wil van het slachtoffer. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en een contactverbod met het slachtoffer. De rechtbank hield rekening met de omstandigheden dat er geen geweld was gebruikt en dat het slachtoffer bijna 18 jaar oud was ten tijde van het delict. De vordering van de benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard, omdat deze pas meerderjarig was op het moment van de vordering. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer voor strafzaken van de rechtbank Rotterdam.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummer: 10/750091-16
Datum uitspraak: 29 juni 2017
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres verdachte] , [woonplaats verdachte] ,
raadsvrouw mr. E.R. van Dijk-Lopes Lima, advocaat te Capelle aan den IJssel.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 15 juni 2017.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. M. Blom heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het onder 1 (met uitzondering van het laatste gedachtestreepje) en 2 ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden waarvan 6 maanden voorwaardelijk met aftrek van voorarrest, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarde dat de verdachte op geen enkele wijze contact zal hebben met [naam slachtoffer] .

4.Waardering van het bewijs

Uit de inhoud van de bij dit vonnis opgenomen bewijsmiddelen (als bijlage II aan dit vonnis gehecht) is het volgende gebleken.
Vaststaande feiten
Op 12 augustus 2015 heeft de verdachte het slachtoffer [naam slachtoffer] (hierna: [voornaam slachtoffer] ), geboren op [geboortedatum slachtoffer] , opgehaald bij Europoort psychiatrie, zorginstelling Lucertis (hierna: Bavo), een kliniek voor geestelijke gezondheidszorg. In de twee weken die hieraan voorafgaand zijn gegaan heeft de verdachte via de berichtenservice WhatsApp en de e-mail contact gehouden met [naam slachtoffer] . Zij waren met elkaar in contact gekomen via de website [naam internetsite] . Op die website bood de verdachte woonruimte aan.
Op 13 augustus 2015 is [naam slachtoffer] in de woning van de verdachte aan de [adres delict] te Krimpen ad IJssel aangetroffen door de politie. [naam slachtoffer] stond op het punt om door de verdachte naar haar eerste sekscontact te worden gebracht. De verdachte wist op dat moment dat [naam slachtoffer] 17 jaar oud was.
Uit het dossier blijkt voorts dat de verdachte:
- [naam slachtoffer] woonruimte heeft aangeboden tegen betaling van ongeveer € 300,- per maand;
- haar heeft opgehaald bij de Bavo waar ze verbleef met een rechterlijke machtiging;
- wist dat [naam slachtoffer] was weggelopen bij de Bavo;
- kleding/lingerie heeft verschaft aan [naam slachtoffer] en foto’s van haar heeft gemaakt terwijl zij lingerie droeg;
- seksueel contact heeft gehad met [naam slachtoffer] ;
- een telefoon (grijze Nokia) heeft verschaft aan [naam slachtoffer] , terwijl [naam slachtoffer] geen telefoon had;
- samen met [naam slachtoffer] heeft gereageerd op advertenties van mannen die seks zochten; hij hielp haar met het formuleren van de teksten;
- [naam slachtoffer] “tips en tricks” heeft gegeven over de prostitutie-/escortwereld;
- samen met [naam slachtoffer] een afspraak heeft gemaakt met haar eerste klant, waar hij, verdachte, haar naartoe zou brengen. [naam slachtoffer] moest hem daarvoor benzinegeld betalen.
Ten aanzien van feit 1
Standpunt verdediging
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat de verdachte ten tijde van de ontmoeting met [naam slachtoffer] geen wetenschap had van het feit dat zij de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt. Evenmin had de verdachte wetenschap van het feit dat [naam slachtoffer] in een instelling woonde en een psychische stoornis had. Daarbij heeft te gelden dat [naam slachtoffer] degene was die het initiatief heeft genomen om in contact met de verdachte te komen en, terwijl zij bij de verdachte sliep, degene was die seksueel contact met de verdachte wilde. De overige handelingen, ook ten aanzien van het in contact komen met derden, waren vrijwillig en niet verricht onder dwang van de verdachte. De verdachte dient derhalve te worden vrijgesproken, aldus de verdediging.
Beoordeling
Het ten laste gelegde artikel 273f, eerste lid, sub 2 en 5 van het Wetboek van Strafrecht ziet op de bescherming van minderjarigen tegen seksuele uitbuiting door anderen en op het profiteren daarvan. Een minderjarige op enigerlei wijze faciliteren tot een rol in de prostitutie is strafbaar, onafhankelijk van de wil van de minderjarige. Hierbij is niet van belang of een verdachte bekend is met de minderjarigheid van het slachtoffer, aangezien de minderjarigheid een geobjectiveerd bestanddeel is. Door het (trachten) tewerkstellen van minderjarigen in de prostitutie is er in het algemeen sprake van een grote inbreuk op de lichamelijke en geestelijke integriteit van de minderjarige.
Ten aanzien van de in de tenlastelegging genoemde handelingen, te weten het vervoeren, overbrengen en huisvesten, dient bij verdachte sprake te zijn van oogmerk van uitbuiting. Oogmerk veronderstelt tenminste een noodzakelijkheidsbewustzijn ten aanzien van het gevolg. De rechtbank is van oordeel dat het handelen van verdachte, zoals hiervoor is opgesomd, gericht was op het prostitueren van [naam slachtoffer] en haar aldus ertoe te brengen dat zij zich beschikbaar zou stellen voor het verrichten van seksuele handelingen met derden tegen betaling, zodat verdachte kon meeprofiteren van haar inkomsten. Het enkele feit dat deze handelingen niet onder dwang zijn gebeurd, maakt dit niet anders nu [naam slachtoffer] de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt.
Ten aanzien van feit 2
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat [naam slachtoffer] zelf de instelling heeft verlaten en zij vervolgens maar voor korte periode bij de verdachte is verbleven. Gelet hierop is geen sprake van het onttrekken van [naam slachtoffer] aan het over haar gestelde gezag.
Beoordeling
Uit de hierboven opgesomde handelingen van de verdachte volgt naar het oordeel van de rechtbank dat verdachte wetenschap had - [naam slachtoffer] had hem dit ook verteld - van de omstandigheid dat [naam slachtoffer] als minderjarige was weggelopen en zich dus had onttrokken aan het wettig over haar gestelde gezag. De verdachte heeft, na haar bij de Bavo te hebben opgehaald, vervolgens met die wetenschap een regisserende rol gehad in het gedurende die twee dagen verschaffen van onderdak aan [naam slachtoffer] . Daarmee heeft hij een beslissende invloed gehad op het onttrekken en onttrokken houden van [naam slachtoffer] aan het wettig over haar gestelde gezag, welke situatie eerst is geëindigd door het binnentreden van de politie in de woning van de verdachte. Het enkele feit dat deze situatie “slechts” twee dagen heeft geduurd, maakt dit niet anders. De verdachte had reeds direct actie moeten ondernemen om ervoor te zorgen dat zij weer thuis kwam dan wel zou terugkeren naar de Bavo. Door dit na te laten heeft hij zich schuldig gemaakt aan het hem tenlastegelegde feit.
De door de raadsvrouw overig gevoerde verweren ten aanzien van de facebookberichten en het politieoptreden zijn niet voorzien van een duidelijke conclusie en zullen daarom verder onbesproken blijven.
4.1.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 1 augustus 2015 tot en met
13 augustus 20155 oktober 2015 te Capelle aan den IJssel en/of Krimpen aan den IJssel, in elk geval in Nederland,
(lid 1, onder 2°)
[naam slachtoffer] (geboren op [geboortedatum slachtoffer] ), heeft geworven en/of vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen, met het oogmerk van uitbuiting van die [naam slachtoffer] terwijl die [naam slachtoffer] de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt, en/of
(lid 1, onder 5°)
[naam slachtoffer] ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling, dan wel ten aanzien van die [naam slachtoffer] enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [naam slachtoffer] en/of die andere zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handelingen, terwijl die [naam slachtoffer] en/of die andere de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt en/of immers heeft hij
- op verschillende manieren (onder meer via whatsapp en e-mail) contact gelegd
en onderhouden met die [naam slachtoffer] , en/of
- die [naam slachtoffer] opgehaald bij Bavo Europoort psychiatrie, zorginstelling
Lucertis en meegenomen naar zijn, verdachtes, woning, en/of haar aldaar
gehuisvest en/of opgenomen, en/of
-die [naam slachtoffer] een (werk)telefoon en/of kleding verschaft, en/of
- met die [naam slachtoffer] in één bed geslapen en door en/of met die [naam slachtoffer] seksuele
handelingen (laten) verricht(en), en/of
- één of meer (naakt)foto(s) van die [naam slachtoffer] gemaakt teneinde deze te sturen
aan personen waarmee seksafspraken gemaakt zouden worden, en/of
- tezamen met die [naam slachtoffer] een e-mailadres aangemaakt, en/of
- aan die [naam slachtoffer] advies gegeven over het werken in de prostitutie en/of die
[naam slachtoffer] instructies gegeven over hoe zij op (een) internetadvertentie(s)
( [naam internetsite] ) waarin om een prostituee gevraagd werd diende te reageren, en/of
-met die [naam slachtoffer] besproken welke seksuele handelingen zij (met derden) zou
verrichten tegen welke tarieven en/of bepaald welk deel van de inkomsten
[naam slachtoffer] aan hem, verdachte, diende af te staan
en
-een afspraak gemaakt en/of laten maken voor het verrichten van seksuele
handelingen door die [naam slachtoffer] met een derde en/of afgesproken dat hij,
verdachte, die [naam slachtoffer] daarheen zou brengen en in de buurt zou blijven, en/of
-die [naam slachtoffer] , nadat zij bij hem, verdachte, weggehaald was, berichten gestuurd
waarin hij, verdachte, zegt; dat ze labiel is en/of 'wie gaan ze geloven'
en/of 'hebben ze je vrijgelaten uit dat gesticht' en/of dat hij nog iets
(geld) van haar tegoed had en zij goed over haar schouder moest kijken;
2.
hij, op of omstreeks de periode van 12 augustus 2015 tot en met 13 augustus 2015, te Krimpen aan de IJssel, althans in Nederland,
opzettelijk een minderjarige, te weten [naam slachtoffer] (geboren op [geboortedatum slachtoffer]
), heeft onttrokken aan het wettig over die minderjarige gestelde gezag (te
weten het gezag dat haar ouders hadden) en/of aan het opzicht van degene die dat gezag desbevoegd over die minderjarige uitoefende (te weten instelling Bavo Europoort psychiatrie, zorginstelling Lucertis), immers heeft hij, verdachte toen en daar die [naam slachtoffer] opgehaald en/of meegenomen naar zijn huis en/of die [naam slachtoffer] zodanig feitelijk buiten de
invloedssfeer van haar ouders en/of Bavo Europoort psychiatrie, zorginstelling Lucertis gebracht, dat de uitoefening van het gezag door die ouders en/of Bavo Europoort psychiatrie, zorginstelling Lucertis onmogelijk was geworden.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

5.Strafbaarheid feiten

De bewezen feiten leveren op:

1.mensenhandel;

2. onttrekking van een minderjarige aan het wettig gezag en onttrekking van een minderjarige aan het opzicht van degene die dit desbevoegd over hem uitoefent.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
De feiten zijn dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feiten waarop de straf is gebaseerd
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het naar zijn huis meenemen en aldaar laten verblijven van een minderjarig en kwetsbaar meisje dat in een gesloten instelling verbleef met een rechterlijke machtiging. Door haar in aanraking te brengen met prostitutie, heeft hij geprobeerd financieel van haar te profiteren. Dit is een ernstig feit. Mensenhandel waarbij iemand in de prostitutie wordt gebracht is een vergaande en ontluisterende manier van uitbuiting, waarbij de lichamelijke en geestelijke integriteit van het slachtoffer ondergeschikt wordt gemaakt aan de zucht naar geldelijk gewin van de uitbuiters. Het is een feit van algemene bekendheid dat slachtoffers van dergelijke feiten doorgaans nog lange tijd de psychische gevolgen hiervan ondervinden. De maximale strafbedreiging op dit feit is twaalf jaar. Hiermee heeft de wetgever de ernst van het delict tot uitdrukking willen brengen.
De verdachte heeft zich tevens schuldig gemaakt aan onttrekking van het slachtoffer aan het ouderlijk gezag en aan het bevoegde toezicht. Bij het ouderlijk gezag en het bevoegde toezicht staat het belang van het kind centraal en dit behoort door een ieder te worden gerespecteerd. De verdachte heeft het toen minderjarige slachtoffer meegenomen naar zijn woning, zonder dat hij daarvoor de toestemming had van haar ouders of van de kliniek waar het slachtoffer op dat moment verbleef.
Daarmee heeft verdachte in juridische zin het ouderlijk gezag/bevoegde toezicht doorkruist en heeft hij zijn eigen belang boven het belang van het slachtoffer geplaatst.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 20 maart 2017, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de ernst van de feiten kan in beginsel niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Met oplegging van een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf, zoals door de raadsvrouw bepleit, kan niet worden volstaan. Dit geldt temeer nu de verdachte voornemens was [naam slachtoffer] te brengen naar haar eerste (seks)afspraak, terwijl hij op dat moment op de hoogte was van haar leeftijd.
De rechtbank zal, zoals ook door de officier van justitie is gevorderd, aan de verdachte een deels voorwaardelijke gevangenisstraf opleggen. Nu de verdachte op de zitting van 15 juni 2017 heeft verklaard dat het een soort verslaving was om zich met prostituees in te laten en om zich - min of meer - met de prostitutie-/escortwereld bezig te houden, is oplegging van een (deels) voorwaardelijke gevangenisstraf noodzakelijk om de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw soortgelijke strafbare feiten te plegen. Daarnaast zal een contactverbod worden opgelegd met [naam slachtoffer] .
De rechtbank zal aan de verdachte een lagere straf opleggen dan door de officier van justitie gevorderd omdat tevens in het voordeel van de verdachte rekening wordt gehouden met de omstandigheden dat hij geen (lichamelijk) geweld heeft gebruikt om het slachtoffer te dwingen tot prostitutie, dat het slachtoffer niet daadwerkelijk klanten heeft bezocht om seksueel contact te hebben en dat zij bijna 18 jaar oud was (17 jaar en 8 maanden) ten tijde van het delict. Voorts houdt de rechtbank rekening met de omstandigheid dat het bewezenverklaarde geen recent feit is en dat de verdachte sinds de bewezenverklaarde feiten geen soortgelijke strafbare feiten meer heeft gepleegd.
Aan de overige strafmaatverweren gaat de rechtbank voorbij bij gebreke van een duidelijke conclusie.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straf passend en geboden.

8.Vordering benadeelde partij/ schadevergoedingsmaatregel

Als (voormalig) wettelijk vertegenwoordiger van [naam slachtoffer] , heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd [naam benadeelde] ter zake van de ten laste gelegde feiten. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 134,40 aan vergoeding van reiskosten en een vergoeding van € 2.000,-- aan immateriële schade. Daarnaast wordt aanspraak gemaakt op vergoeding van de proceskosten ten bedrage van € 61,04.
8.1.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij dient te worden toegewezen vermeerderd met de wettelijke rente, oplegging van de schadevergoedingsmaatregel en met vergoeding van de proceskosten.
8.2.
Beoordeling
Het formulier ‘Verzoek tot schadevergoeding’ is op 6 juni 2017 ondertekend door
[naam moeder slachtoffer] , de moeder van [naam slachtoffer] . Op 6 juni 2017 was [naam slachtoffer] 19 jaar oud en dus meerderjarig. Op het formulier wordt expliciet vermeld dat de wettelijk vertegenwoordiger het formulier alleen mag invullen wanneer het slachtoffer minderjarig is.
Gelet hierop zal de rechtbank de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaren in de vordering. De vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Uit dit vonnis vloeit voor de verdachte dan ook geen betalingsverplichting voort.

9.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 14a, 14b, 14c, 57, 273f en 279 van het Wetboek van Strafrecht.

10.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

11.Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 12 (twaalf) maanden;
bepaalt dat de tijd van drie dagen, door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot
6 (zes) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de proeftijd, die hierbij wordt gesteld op 2 jaar, na te melden voorwaarden overtreedt;
stelt als algemene voorwaarde:
de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
stelt als bijzondere voorwaarde:
de veroordeelde zal gedurende de proeftijd op geen enkele wijze contact (laten) opnemen, zoeken of hebben met [naam slachtoffer] ;
verklaart de benadeelde partij [naam slachtoffer] niet-ontvankelijk in de vordering;
bepaalt dat de benadeelde partij en de verdachte ieder de eigen kosten dragen.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. J. van Dort, voorzitter,
en mrs. S. Jordaan en D. Visser, rechters,
in tegenwoordigheid van S. Wongsokerto, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
hij in of omstreeks de periode van 1 augustus 2015 tot en met 5 oktober 2015
te Capelle aan den IJssel en/of Krimpen aan den IJssel, in elk geval in
Nederland,
(lid 1, onder 2°)
[naam slachtoffer] (geboren op [geboortedatum slachtoffer] ), heeft geworven en/of
vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen, met het oogmerk
van uitbuiting van die [naam slachtoffer] terwijl die [naam slachtoffer] de leeftijd van achttien
jaren nog niet had bereikt, en/of
(lid 1, onder 5°)
[naam slachtoffer] ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het
verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling, dan
wel ten aanzien van die [naam slachtoffer] enige handeling heeft ondernomen waarvan hij
wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [naam slachtoffer] en/of die andere zich
daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handelingen,
terwijl die [naam slachtoffer] en/of die andere de leeftijd van achttien jaren nog niet
had bereikt en/of
immers heeft hij
- op verschillende manieren (onder meer via whatsapp en e-mail) contact gelegd
en onderhouden met die [naam slachtoffer] , en/of
- die [naam slachtoffer] opgehaald bij Bavo Europoort psychiatrie, zorginstelling
Lucertis en meegenomen naar zijn, verdachtes, woning, en/of haar aldaar
gehuisvest en/of opgenomen, en/of
-die [naam slachtoffer] een (werk)telefoon en/of kleding verschaft, en/of
- met die [naam slachtoffer] in één bed geslapen en door en/of met die [naam slachtoffer] seksuele
handelingen (laten) verricht(en), en/of
- één of meer (naakt)foto(s) van die [naam slachtoffer] gemaakt teneinde deze te sturen
aan personen waarmee seksafspraken gemaakt zouden worden, en/of
- tezamen met die [naam slachtoffer] een e-mailadres aangemaakt, en/of
- aan die [naam slachtoffer] advies gegeven over het werken in de prostitutie en/of die
[naam slachtoffer] instructies gegeven over hoe zij op (een) internetadvertentie(s)
( [naam internetsite] ) waarin om een prostituee gevraagd werd diende te reageren, en/of
-met die [naam slachtoffer] besproken welke seksuele handelingen zij (met derden) zou
verrichten tegen welke tarieven en/of bepaald welk deel van de inkomsten
[naam slachtoffer] aan hem, verdachte, diende af te staan
-een afspraak gemaakt en/of laten maken voor het verrichten van seksuele
handelingen door die [naam slachtoffer] met een derde en/of afgesproken dat hij,
verdachte, die [naam slachtoffer] daarheen zou brengen en in de buurt zou blijven, en/of
-die [naam slachtoffer] , nadat zij bij hem, verdachte, weggehaald was, berichten gestuurd
waarin hij, verdachte, zegt; dat ze labiel is en/of 'wie gaan ze geloven'
en/of 'hebben ze je vrijgelaten uit dat gesticht' en/of dat hij nog iets
(geld) van haar tegoed had en zij goed over haar schouder moest kijken;
artikel 273f, lid 1, sub 1,2 en 5 wetboek van strafrecht
art 273f lid 1 ahf/sub 2° Wetboek van Strafrecht
art 273f lid 1 ahf/sub 5° Wetboek van Strafrecht
art 273f lid 1 ahf/sub 8° Wetboek van Strafrecht
2.
hij, op of omstreeks de periode van 12 augustus 2015 tot en met 13 augustus
2015, te Krimpen aan de IJssel, althans in Nederland,
opzettelijk een minderjarige, te weten [naam slachtoffer] (geboren op [geboortedatum slachtoffer]
),
heeft onttrokken aan het wettig over die minderjarige gestelde gezag (te
weten het gezag dat haar ouders hadden) en/of aan het opzicht van degene die
dat gezag desbevoegd over die minderjarige uitoefende (te weten instelling
Bavo Europoort psychiatrie, zorginstelling Lucertis),
immers heeft hij, verdachte toen en daar die [naam slachtoffer] opgehaald en/of
meegenomen naar zijn huis en/of die [naam slachtoffer] zodanig feitelijk buiten de
invloedssfeer van haar ouders en/of Bavo Europoort psychiatrie,
zorginstelling Lucertis gebracht, dat de uitoefening van het gezag door die
ouders en/of Bavo Europoort psychiatrie, zorginstelling Lucertis onmogelijk
was geworden
artikel 279 wetboek van strafrecht