Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
raadsman mr. J.L.A.M. le Cocq d’Armandville, advocaat te Rotterdam.
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder parketnummer 10/731010-17, onder 1 primair, 2 en 3 tenlastegelegde en het onder parketnummer 10-209591-15, onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarden zoals geformuleerd in het rapport van Bouman GGZ, afdeling reclassering, van 4 mei 2017, te weten: meldplicht, behandelverplichting - ambulante behandeling alsmede opname in een instelling voor begeleid wonen of maatschappelijke opvang.
4.Waardering van het bewijs
stillsvan de camerabeelden en de processen-verbaal van de bevindingen van de verbalisanten dat zij de verdachte herkennen. Ook is er door de daders in de winkel een zwarte handschoen achtergelaten. Deze handschoen is onderzocht door het NFI waaruit blijkt dat het DNA-profiel dat is aangetroffen, overeenkomt met dat van verdachte.
stills) van bewegende camerabeelden bevinden. De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat dit te weinig is om de verdachte met voldoende mate van zekerheid daarop te herkennen, met name gelet op het feit dat het om vage afbeeldingen gaat. Om die reden hebben de herkenning van verdachte door de verbalisanten gedaan op basis van foto’s van deze bewegende beelden onvoldoende bewijswaarde. zodat de verdachte ook van deze feiten moet worden vrijgesproken. Ten aanzien van feit 3 dient voorts nog in aanmerking te worden genomen dat de pakken shag die tijdens de doorzoeking in de woning van de verdachte zijn aangetroffen niet door de aangever worden genoemd in zijn aangifte.
5.Strafbaarheid feiten
1.primair.
diefstal gepleegd door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming;
1.diefstal;
2.mishandeling;
3.bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vordering benadeelde partij
9.Vordering tenuitvoerlegging
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 12 (twaalf) maanden;
4 (vier)niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de proeftijd, die hierbij wordt gesteld op 2 jaar, na te melden voorwaarden overtreedt;
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van 13 augustus 2014 van de politierechter in deze rechtbank aan de veroordeelde opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf voor de tijd van
2 (twee) maanden.