Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 2 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feit
1.Mishandeling;
Opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele toebehoort aan een ander, vernielen;
Eenvoudige belediging, terwijl de belediging wordt aangedaan aan een ambtenaar gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, meermalen gepleegd.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vordering benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregelAls benadeelde partij heeft zich in het geding gevoegd: [naam benadeelde] ter zake van de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 827,66 voor materiële schade en een vergoeding van € 750,- voor immateriële schade.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 2 (twee) maanden; bepaalt dat deze gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van de proeftijd, die hierbij wordt gesteld 2 jaar, na te melden voorwaarde overtreedt;
100 (honderd) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
96 (zesennegentig) urente verrichten taakstraf resteert;
48 (achtenveertig) dagen;
€ 1317,66 (zegge: duizenddriehonderdzeventien euro en zesenzestig cent), bestaande uit € 567,66 aan materiële schade en € 750,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 3 januari 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 1317,66 (zegge: duizenddriehonderdzeventien euro en zesenzestig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 3 januari 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening;
23 (drieëntwintig) dagen;