Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 maanden met aftrek van voorarrest;
- tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10-094577-14.
4.Waardering van het bewijs
Dat de jas van verdachte bij binnenkomst recht naar beneden hing, zonder onevenheden en de rits bijna dicht zat en dat de jas later half open is en dat er een bolling zichtbaar is, maakt nog niet dat dit een voldoende verdenking voor diefstal oplevert.
.De verdachte stond gedurende 3 minuten lang om zich heen te kijken. De verbalisant was de verdachte dan even uit het oog verloren maar zag hem dan vanuit het koffiepad naar de kassa lopen. De jas was toen half open en vertoonde een bolling. Op dat moment is het vermoeden ontstaan dat de verdachte iets onder zijn jas heeft gestopt. Vervolgens liep de verdachte - zonder iets te betalen - voorbij de kassa’s de winkel uit. Op grond van deze feiten en omstandigheden kon een verdenking van diefstal worden aangenomen. Dit brengt met mee dat de staande houding rechtmatig is geweest.
e, gewatteerd
ejas (merk Mos
cow) en lp's en een sleutel bos (met daaraan een huis- en autosleutel) en gereedschap machines en sieraden (o.a. een goud rechthoekig naamplaatje met inscript
ie " [naam] ") ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 1] , zulks nadat hij, verdachte, die weg te nemen goederen en geld onder zijn bereik had gebracht door braak en inklimming;
primair
5.Strafbaarheid feiten
primair
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.In beslag genomen voorwerpen ten aanzien van feit 4
9.Vordering benadeelde partij ten aanzien van feit 1
10.Vordering tenuitvoerlegging
11.Toepasselijke wettelijke voorschriften
12.Bijlagen
13.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden;