ECLI:NL:RBROT:2017:3117
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling op basis van onvoldoende betalingsonmacht
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 10 februari 2017 uitspraak gedaan over een verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling door de verzoeker, die op 10 augustus 2016 een verzoekschrift indiende. De verzoeker heeft vijf schuldeisers, waaronder de Belastingdienst, zijn ex-vrouw en ex-schoonouders. De rechtbank heeft de verzoeker gehoord op meerdere zittingen en kennisgenomen van verschillende stukken, waaronder brieven van de verzoeker en zijn schuldeisers. De verzoeker heeft verklaard dat hij in juni 2016 loonbeslag heeft gekregen van de Belastingdienst en dat hij sindsdien bij zijn vriendin in Krimpen aan den Lek woont. Hij heeft geprobeerd een regeling te treffen met zijn schuldeisers, waarbij de Belastingdienst niet wilde meewerken, maar zijn ex-vrouw en ex-schoonouders wel bereid waren om te wachten op betaling.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de schuldenlast van de verzoeker € 53.720,80 bedraagt en dat hij in staat is om binnen vijf jaar zijn schulden af te lossen. De rechtbank oordeelt dat de verzoeker op dit moment niet verkeert in een toestand van opgehouden te betalen, ondanks het loonbeslag door de Belastingdienst. De rechtbank heeft overwogen dat de bereidheid van de andere schuldeisers om te wachten en de eigen verklaring van de verzoeker dat hij zijn schulden kan aflossen, voldoende zijn om te concluderen dat de verzoeker niet aan de voorwaarden voor toelating tot de schuldsanering voldoet.
De rechtbank wijst het verzoek af, en voegt eraan toe dat zelfs als er sprake zou zijn van een toestand van betalingsonmacht, de verzoeker niet zou zijn toegelaten tot de schuldsanering. Dit is onder andere te wijten aan de afspraken die de verzoeker met zijn ex-vrouw heeft gemaakt over de terugbetaling van de schuld aan haar. De rechtbank concludeert dat de verzoeker niet kan worden toegelaten tot de wettelijke schuldsanering en wijst het verzoek af.