ECLI:NL:RBROT:2017:2951
Rechtbank Rotterdam
- Voorlopige voorziening
- M.A.C. Prins
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening en proceskostenveroordeling in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam op 21 april 2017 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening. De verzoekster, het Erasmus Universitair Medisch Centrum Rotterdam, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken, waarin gedeeltelijke openbaarmaking van documenten op grond van de Wet openbaarheid van bestuur was besloten. De verzoekster vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, maar trok dit verzoek later in en vroeg om een proceskostenveroordeling. De voorzieningenrechter oordeelde dat het verzoek om proceskostenveroordeling niet-ontvankelijk was, omdat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn was ontvangen. De voorzieningenrechter benadrukte dat het betalen van het griffierecht een voorwaarde is voor de inhoudelijke behandeling van het verzoek. De voorzieningenrechter concludeerde dat verzoekster in verzuim was, omdat het griffierecht pas op 14 maart 2017 was ontvangen, terwijl dit binnen twee weken na de mededeling van de verschuldigdheid van het griffierecht had moeten zijn. De voorzieningenrechter besloot het verzoek om proceskostenveroordeling niet-ontvankelijk te verklaren en het betaalde griffierecht terug te storten naar de verzoekster.