Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[eiser] ,
[eiseres],
1.De procedure
- de dagvaarding met producties,
- de conclusie van antwoord met producties,
- de brief van de Rabobank van 20 september met producties,
- de brief van 8 juni 2016 waarbij de comparitie is bepaald,
- het proces-verbaal van comparitie van 13 oktober 2016.
2.De feiten
3.Het geschil
- dat de vordering van de Rabobank op [eisers] in hoofdsom ter zake de hypotheek € 107.082,93 en ter zake de rekening-courantverhouding € 0,00 bedraagt;
- dat op de totale vordering van de Rabobank op [eisers] een bedrag van € 18.806,00 aan ontvangen huurbetalingen en een bedrag van € 10.473,01 als ontvangen uit de boedel, in mindering moet worden gebracht;
- dat op de totale vordering van de Rabobank op [eisers] een bedrag van € 116.941,35 aan verpande vorderingen in mindering moet worden gebracht.