Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- vrijspraak van de onder 1 primair (impliciet primair) ten laste gelegde poging tot doodslag;
- bewezenverklaring van de onder 1 primair (impliciet subsidiair) ten laste gelegde poging zware mishandeling en van het onder 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 dagen met aftrek van voorarrest, alsmede tot een taakstraf voor de duur van 150 uur (75 dagen vervangende hechtenis).
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feiten en verdachte
Standpunt verdediging
Standpunt officier van justitie
Noodweer en noodweerexces
1.Poging tot zware mishandeling
6.Motivering straf
7.Vordering benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 12 (twaalf) dagen, en beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
taakstraf voor de duur van 120 (honderdtwintig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
60 (zestig) dagen;
€ 1.235,27 (duizendtweehonderdvijfendertig euro en zevenentwintig cent), bestaande uit € 235,27 (tweehonderdvijfendertig euro en zevenentwintig cent) aan materiële schade en € 1.000,- (duizend euro) aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 9 oktober 2015 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
22 (tweeëntwintig) dagen;