ECLI:NL:RBROT:2017:10829

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
24 november 2017
Publicatiedatum
6 maart 2018
Zaaknummer
10/711062-17
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak wegens onvoldoende bewijs in poging tot woninginbraak

Op 24 november 2017 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van poging tot woninginbraak. De zaak werd behandeld in tegenspraak en de verdachte had een raadsman, mr. R. Tetteroo, die hem bijstond. De officier van justitie, mr. M. Luijpen, eiste bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit en vroeg om een gevangenisstraf van vier maanden onvoorwaardelijk, met aftrek van voorarrest.

De rechtbank heeft het bewijs tegen de verdachte zorgvuldig gewogen. De zaak was gelijktijdig behandeld met andere zaken tegen medeverdachten, maar niet gevoegd. De verdachte was op 12 augustus 2017 in de buurt van een woning in Spijkenisse aangetroffen, waar een poging tot inbraak had plaatsgevonden. Getuigen hadden verklaard dat zij drie jongens bij de woning hadden gezien, maar de verdachte was niet één van hen. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs was om de betrokkenheid van de verdachte bij de poging tot woninginbraak vast te stellen.

Uiteindelijk heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van het ten laste gelegde feit en het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven. Dit vonnis is uitgesproken door een meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit de voorzitter en twee andere rechters, en is openbaar gemaakt op de datum van uitspraak.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummer: 10/711062-17
Datum uitspraak: 24 november 2017
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres verdachte] te [woonplaats verdachte] ,
raadsman mr. R. Tetteroo, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 24 november 2017.
De zaak is gelijktijdig, maar niet gevoegd, behandeld met de zaken onder parketnummers: 10/711064-17, 10/711065-17 en 10/711063-17 tegen medeverdachten: [naam medeverdachte 1] , [naam medeverdachte 2] en [naam medeverdachte 3] .

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. M. Luijpen heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 maanden onvoorwaardelijk met aftrek van voorarrest.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Vrijspraak
4.1.1.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan en baseert zich op het volgende. Na een melding van een omwonende op 12 augustus 2017 rond 00:50 uur is de politie direct naar de [adres delict] in Spijkenisse gegaan waar sprake zou zijn van een poging tot woninginbraak door vier mogelijk Marokkaanse jongens. Er waren weinig mensen op straat. De politie zet de buurt af en treft kort na 00:50 uur in en nabij de [adres delict] verdachte en zijn medeverdachten aan die passen in de beschrijving van de mogelijke daders.
4.1.2.
Beoordeling
Een getuige heeft verklaard dat hij drie jongens aan de voordeur van de [adres delict] te Spijkenisse - waar de politie later een in het voordeurslot gedraaide torxschroef aantreft - heeft zien morrelen. Deze getuige geeft ook aan in welke richting deze drie jongens, kort voor het arriveren van de politie, zijn weggelopen. Drie jongens, de medeverdachten, zijn vervolgens ook aangehouden op locaties die passen bij de aangewezen richtingen. De verdachte was niet één van deze jongens. Hij is wel in de buurt van de genoemde woning aangetroffen, maar de rechtbank kan aan de hand van het dossier niets vaststellen over zijn eventuele rol bij de verweten poging tot woninginbraak. De rechtbank is dan ook van oordeel dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs is voor de betrokkenheid van de verdachte.
De rechtbank zal de verdachte daarom vrijspreken van het ten laste gelegde feit.

5.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

6.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
heft op het geschorste bevel voorlopige hechtenis van de verdachte.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. A.M.G. van de Kragt, voorzitter,
en mrs. V.F. Milders en S. Riege, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. A. van den Bosch, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
Bijlage I
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij
op of omstreeks 12 augustus 2017
te Spijkenisse, gemeente Nissewaard, omstreeks 00.30 uur, althans gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning gelegen aan de [adres delict] weg te nemen goederen en/of geld van zijn/hun gading, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededaders en zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goederen en/of geld van zijn/hun gading onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak en/of verbreking een torxschroef in de cilinder van het slot van de voordeur van die woning heeft/hebben gedraaid, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;