Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
thans gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting Zuid-West te Dordrecht,
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
bijlage Iaan dit vonnis gehecht.
3.Eis officier van justitie
4.Waardering van het bewijs
Niet is komen vast te staan dat de in het voertuig van de verdachte aangetroffen geldsom van € 65.000,- van misdrijf afkomstig was, nog daargelaten of de verdachte dit wist dan wel had moeten vermoeden. Voorts heeft de verdachte zich op het standpunt gesteld dat hij niet wist dat er geld in de emmer zat.
bijlage IIheeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden.
Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de onder
1, 2 en 3ten laste gelegde feiten heeft begaan op die wijze dat:
deperiode van 19 tot en met 21 juni 2017 in Nederland,
op21 juni 2017 in Nederland,
en/oftelefonisch contact met één of meer mededaders(s) onderhouden, en
envoorhanden gehad,
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.In beslag genomen voorwerpen
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
1, 2 en 3ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden;