Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 30 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 10 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarden dat de verdachte zich zal houden aan een meldplicht bij de reclassering, medewerking zal verlenen aan zowel een klinische opname als een ambulante behandeling, zal verblijven in een instelling voor begeleid wonen, alsmede zich houdt aan een locatieverbod ten aanzien van het tankstation van [naam tankstation] in [plaats delict] ;
- dadelijke uitvoerbaarheid van het reclasseringstoezicht en de klinische opname.
4.Waardering van het bewijs
toe-eigening
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vordering benadeelde partij
[naam benadeelde]ter zake van het ten laste gelegde feit. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 1600,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente, en een vergoeding van de proceskosten.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 30 (dertig) maanden;
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
€ 1000,- (zegge: duizend euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 19 augustus 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 1000,-(hoofdsom,
zegge: duizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 augustus 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 1000,- vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
20 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;