Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1. primair, 2. primair, 3. primair, 4., 5., 6. en 7. primair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van dertien jaren met aftrek van voorarrest;
- bevel gevangenneming ten aanzien van de feiten 5., 6. en 7.
4.Waardering van het bewijs
.[naam slachtoffer 1] was die avond op stap in de shisha-lounge Boudoir, gelegen aan de Pompenburg in het centrum van Rotterdam. Hij kwam daar vier bekenden tegen. Een van hen wilde weten of hij geld had. Op diens initiatief is [naam slachtoffer 1] met ze meegegaan en is hij met de vier anderen in een VW Golf gestapt. [naam slachtoffer 1] dacht dat ze naar een afterparty zouden gaan. [naam slachtoffer 1] heeft aanvankelijk van twee personen de voornaam genoemd en van twee anderen de bijnaam. Later heeft hij de vier personen op hem getoonde foto’s voor 100% herkend: [naam medeverdachte 3] ( [voornaam medeverdachte 3] ), [naam verdachte] (‘ [nickname verdachte] ’), [naam medeverdachte 1] ( [voornaam medeverdachte 1] ) en [naam medeverdachte 2] (‘ [nickname medeverdachte 2] ’). De auto reed naar Zevenkamp en daar kreeg hij te horen dat hij geld moest regelen en dat hij zou worden vastgehouden totdat het geld geregeld was. Er werden verschillende bedragen genoemd. Hij werd daarbij geschopt en geslagen en hij kreeg een klap met een vuurwapen op zijn hoofd. Hij moest weer in de auto stappen en werd in de auto opnieuw door diverse personen bedreigd en mishandeld. Hij zag toen dat verschillende inzittenden een wapen hadden. De auto reed naar Rotterdam-Zuid. Tijdens een korte plasstop in IJsselmonde werd [naam slachtoffer 1] geschopt en werden toespelingen gemaakt dat op hem zou worden geschoten. Hij moest weer in de auto stappen en werd meegenomen naar een straat in de buurt van Maashaven waar hij moest uitstappen en de trap van een portiekflat moest oplopen. Een van de daders wilde de deur van een woning op de bovenste verdieping openen en [naam slachtoffer 1] heeft toen in paniek, omdat hij dacht dat hij zou worden vermoord, bij een andere woning aangebeld en om hulp geschreeuwd. Hij heeft een van de daders vastgepakt. In de daarop ontstane worsteling, waarbij [naam medeverdachte 1] een vuurwapen in zijn handen had, zag hij kans om via het trapgat naar beneden te springen. Terwijl hij sprong hoorde hij schoten waarop hij omhoog keek en zag dat [naam medeverdachte 1] op hem richtte. Volgens [naam slachtoffer 1] hadden de daders een aantal spullen van hem meegenomen: sleutels, een jas, geld en zijn paspoort.
op27 november 2016 te Rotterdam tezamen en in vereniging met anderen
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.In beslag genomen voorwerpen
9.Vordering benadeelde partij/ schadevergoedingsmaatregel
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Voorlopige hechtenis/bevel gevangenneming
13.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 5 (vijf) jaar;
€ 17.542,89(
zegge: zeventienduizendvijfhonderdtweeënveertig euro en negenentachtig cent), bestaande uit € 2.542,89 aan materiële schade en € 15.000,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 9 december 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde] te betalen
€ 17.542,89(hoofdsom,
zegge: zeventienduizendvijfhonderdtweeënveertig euro en negenentachtig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 december 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
122 (honderdtweeëntwintig dagen); toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
gevangennemingvan de verdachte ten aanzien van de feiten 5. en 7.