Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1, 2, 3, 4, 5 en 6 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarden dat de verdachte zich zal gedragen naar de aanwijzingen van de reclassering, alsmede ambulante behandeling bij het Dok of een soortgelijke instelling;
- tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10/691095-12;
- herroeping van de voorwaardelijke invrijheidstelling, in de zaak met VI-nummer
4.Waardering van het bewijs
Op 21 maart 2016 heeft een tweede levering plaatsgevonden op het adres [adres 2] te Rotterdam. Deze levering is door de verdachte ondertekend met ‘ [valse naam verdachte] ’. Terwijl de chauffeur deze tegels aan het lossen was, werd hij aangesproken door de ‘echte’ [naam hovenier] . Die maakte zich aan de chauffeur bekend, meldde dat hij niet verantwoordelijk was voor de bestelling en zei dat de chauffeur daarom de lading retour moest nemen. Een medewerker van [naam bedrijf 1] heeft toen contact opgenomen met de verdachte. Die beweerde dat hij met [naam hovenier] had afgesproken om op diens naam de bestellingen te doen, omdat dat handig was in verband met de BTW. De verdachte heeft de chauffeur vervolgens ertoe bewogen een deel van de lading achter te laten. [naam hovenier] heeft daarna nog aan [naam bedrijf 1] gemeld dat hij geen toestemming heeft gegeven aan de verdachte om op zijn naam (en met gebruik van zijn zakelijke gegevens) bestellingen te plaatsen. [naam bedrijf 1] heeft nog contact opgenomen met de verdachte over de betaling van de geleverde stenen, maar de verdachte heeft ondanks toezeggingen om te betalen niet betaald.
[naam slachtoffer 6] heeft bewogen tot de afgifte van een geldbedrag van 250 euro, hebbende verdachte telkens met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid
verdachtes, vrouw, dan op 31 maart 2016 200 euro zou komen brengen omdat op 31 maart 2016 zijn,
verdachtes, inkomen op zijn rekening gestort zou worden;
WhatsAppaan die [naam slachtoffer 8] laten weten dat hij, verdachte, een televisie van het merk en type LG 55EG9109 kon leveren en
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
20 november 2017, waaruit blijkt dat de verdachte eerder meermalen is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten. De rechtbank rekent dit de verdachte in strafverzwarende zin aan.
6 december 2017. Dit rapport houdt - voor zover hier van belang - het volgende in.
8.Vorderingen benadeelde partijen
9.Vordering tenuitvoerlegging
10.Vordering herroeping voorwaardelijke invrijheidstelling
22-000595-15, is de verdachte veroordeeld - voor zover van belang - tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden.
11.Toepasselijke wettelijke voorschriften
12.Bijlagen
13.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 18 (achttien) maanden;
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
[naam benadeelde 1] ,te betalen een bedrag
van € 3.650,50 (zegge: drieduizendzeshonderdvijftig euro en vijftig cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 21 maart 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
[naam benadeelde 1]gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij
[naam benadeelde 1]begroot op nihil;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 1]te betalen
€ 3.650,50(hoofdsom,
zegge: drieduizendzeshonderdvijftig euro en vijftig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 21 maart 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 3.650,50 vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
[naam benadeelde 2], te betalen een bedrag van
€ 410,- (zegge: vierhonderdentien euro), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 18 maart 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
[naam benadeelde 2]niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
[naam benadeelde 2]begroot op nihil;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 2]te betalen
€ 410,-(hoofdsom,
zegge: vierhonderdentien euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
18 maart 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 410,- vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
8 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
[naam benadeelde 2]tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 2]en omgekeerd;
[naam benadeelde 3], te betalen een bedrag van
€ 410,- (zegge: vierhonderdentien euro), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 14 maart 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
[naam benadeelde 3]niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
[naam benadeelde 3]gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij
[naam benadeelde 3]begroot op nihil;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 3]te betalen
€ 410,-(hoofdsom,
zegge: vierhonderdentien euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 maart 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 410,- vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
8 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
[naam benadeelde 3]tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 3]en omgekeerd;
[naam benadeelde 4], te betalen een bedrag van
€ 350,- (zegge: driehonderdenvijftig euro),bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 15 maart 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
[naam benadeelde 4]niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
[naam benadeelde 4]gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij
[naam benadeelde 4]begroot op nihil;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 4]te betalen
€ 350,-(hoofdsom,
zegge: driehonderdenvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 maart 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 350,- vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
7 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
[naam benadeelde 4]tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 4]en omgekeerd;
[naam benadeelde 5], te betalen een bedrag van
€ 250,- (zegge: tweehonderdenvijftig euro), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 17 april 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
[naam benadeelde 5]niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
[naam benadeelde 5]gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij
[naam benadeelde 5]begroot op nihil;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 5]te betalen
€ 250,-(hoofdsom,
zegge: tweehonderdenvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 april 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 250,- vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
5 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
[naam benadeelde 5]tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 5]en omgekeerd;
[naam benadeelde 6], te betalen een bedrag van
€ 170,- (zegge: honderdzeventig euro), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 31 maart 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
[naam benadeelde 6]niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
[naam benadeelde 6]gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij
[naam benadeelde 6]begroot op € 5,25;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 6]te betalen
€ 170,-(hoofdsom,
zegge: honderdzeventig euro) ), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 31 maart 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 170,- vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
3 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
[naam benadeelde 6]tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 6]en omgekeerd;
[naam benadeelde 7], te betalen een bedrag van
€ 600,- (zegge: zeshonderd euro),bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 17 april 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
[naam benadeelde 7]niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
[naam benadeelde 7]gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij
[naam benadeelde 7]begroot op nihil;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 7]te betalen
€ 600,-(hoofdsom,
zegge: zeshonderd euro) ), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 april 2016 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 600,- vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
12 dagen; toepassing van de vervangende hechtenis heft de betalingsverplichting niet op;
[naam benadeelde 7]tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[naam benadeelde 7]en omgekeerd;
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van 26 november 2013 (met parketnummer 10/691095-12) van de politierechter van deze rechtbank aan de veroordeelde opgelegde voorwaardelijke
gevangenisstraf voor de tijd van 2 maanden;
[naam slachtoffer 6] heeft bewogen tot de afgifte van een geldbedrag van 250 euro, in elk geval van enig goed, hebbende verdachte (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid