1.GARANTIEOVEREENKOMST ALGEMEEN
Verklaring voor recht – proportionele kosten
Te verklaren voor recht dat zolang de Garantieovereenkomst bestaat, Eneco Holding en EET gehouden zijn om, binnen één week, althans binnen een door de rechtbank in goede justitie te bepalen termijn, nadat Greenchoice daarom schriftelijk heeft verzocht,
( i) zich ten behoeve van Greenchoice, conform de Garantieovereenkomst als borg en garant te verbinden jegens GasTerra en/of (een) andere gasleverancier(s), voor de nakoming door Greenchoice van haar verbintenissen uit de met die leverancier(s), overeengekomen of nog te komen gasleveringsovereenkomst(en);
(ii) tegen vergoeding door Greenchoice van de in artikel 8.5 van de Garantie-overeenkomst bedoelde vergoeding, zijnde het proportionele deel van de voor Eneco Holding en EET verbonden kosten aan de door hen te stellen zekerheden richting de in sub(i) bedoelde gasleverancier(s), en dat;
(iii) Eneco Holding en EET, bij de bepaling van deze door Greenchoice verschuldigde vergoeding, Greenchoice zo veel als mogelijk, moeten behandelen als ware Greenchoice een Eneco groepsvennootschap, en tot slot, dat;
(iv) Eneco Holding en EET verplicht zijn om, op een voor Greenchoice controleerbare en inzichtelijke wijze, schriftelijk duidelijk te maken dat aan sub (ii) en (iii) is voldaan, bij gebreke waarvan Greenchoice Eneco Holding en EET niets, althans maximaal EUR 22.000 verschuldigd is ter zake de in sub (ii) verschuldigde vergoeding ex artikel 8.5 van de Garantieovereenkomst.
Verklaring voor recht-risico- opslag onjuist.
Te verklaren voor recht dat de risico-opslag die Eneco Holding en EET Greenchoice sinds 2013 in rekening brengen, in strijd is met de in artikel 8.5 van de Garantieovereenkomst genoemde verschuldigde vergoeding, althans in strijd is met de bedoeling ervan.
Nakoming Garantieovereenkomst
Eneco Holding en EET te veroordelen om, zolang de Garantieovereenkomst bestaat, binnen één week, althans binnen een door de rechtbank in goede justitie te bepalen termijn, nadat Greenchoice daarom schriftelijk heeft verzocht,
( i) zich ten behoeve van Greenchoice, conform de Garantieovereenkomst als borg en garant te verbinden jegens GasTerra en/of (een) andere gasleverancier(s), voor de nakoming door Greenchoice van haar verbintenissen uit de met die leverancier(s), overeengekomen of nog te komen gasleveringsovereenkomst(en),
(ii) tegen vergoeding door Greenchoice van de in artikel 8.5 van de Garantieovereenkomst bedoelde vergoeding, zijnde het proportionele deel van de voor Eneco Holding en EET verbonden kosten aan de door hen te stellen zekerheden richting de in sub (i) bedoelde gasleverancier(s), waarbij heeft te gelden dat;
(iii) Eneco Holding en EET bij de bepaling van deze door Greenchoice verschuldigde vergoeding, Greenchoice, zo veel als mogelijk, moeten behandelen als ware Greenchoice een Eneco groepsvennootschap, en;
(iv) Eneco Holding en EET te veroordelen om, op een voor Greenchoice controleerbare en inzichtelijke wijze, duidelijk te maken dat aan sub (ii) en (iii) is voldaan, bij gebreke waarvan Greenchoice Eneco Holding en EET niets, althans maximaal EUR 22.000 verschuldigd is ter zake de in sub (ii) verschuldigde vergoeding ex artikel 8.5 van de Garantieovereenkomst;
( v) het voorgaande op straffe van een dwangsom van EUR 100.000 EUR per dag, of deel ervan, dat Eneco Holding en/of EET één van de vorderingen in sub (i) t/m (iv), of van door uw rechtbank in goede justitie te bepalen vorderingen in sub (i) t/m (iv), niet (geheel) nakomt, met een maximum van EUR 50 miljoen.
(vi) te verklaren voor recht dat als Eneco Holding en EET niet voldoen aan het hierna bepaalde onder “Nakoming Garantieovereenkomst” sub (i) tot en met (iii) zij jegens Greenchoice hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de als gevolg daarvan door Greenchoice geleden en nog te lijden schade.
Verklaring voor recht - GasTerra en Statoil
( i) Te verklaren voor recht dat Eneco Holding en EET tekort zijn geschoten in
de nakoming van de Garantieovereenkomst door voor het jaar 2015 ten behoeve van Greenchoice geen garanties
(sureties)jegens GasTerra en Statoil af te geven en dat Eneco Holding en EET hiervoor jegens Greenchoice hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de als gevolg daarvan door Greenchoice geleden en nog te lijden schade.
Veroordeling — inzicht in gas fee
( i) Eneco Holding en EET hoofdelijk te veroordelen om, binnen twee weken na het in deze te wijzen vonnis, op een voor Greenchoice controleerbare en inzichtelijke wijze, schriftelijk duidelijk te maken:
( a) wat voor 2015 de omvang zou zijn geweest van de door Greenchoice ex artikel 8.5 van de Garantieovereenkomst verschuldigde vergoeding, zijnde het proportionele deel van de voor Eneco Holding en EET verbonden kosten aan de door hen te stellen zekerheden richting de gasleverancier(s) met wie Greenchoice voor 2015, of een deel daarvan, een gasleveringsovereenkomst heeft gesloten, én
( b) dat Eneco Holding en EET, bij de bepaling van deze door Greenchoice verschuldigde vergoeding, Greenchoice zo veel als mogelijk, hebben behandeld als ware Greenchoice een Eneco groepsvennootschap;
(ii) bij gebreke waarvan heeft te gelden dat Greenchoice Eneco Holding en EET voor 2015 niets, althans maximaal EUR 22.000 verschuldigd zou zijn geweest.
Veroordeling-vergoeding schade
Eneco Holding en EET hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan Greenchoice van EUR 46.063,34 zijnde de schade als gevolg van het niet afgeven van een gasgarantie jegens GasTerra en EUR 17.678,05 zijnde de schade als gevolg van het niet afgeven van een gasgarantie jegens Statoil, beide bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening.
Verklaring voor recht - GasTerra en Statoil
( i) Te verklaren voor recht dat Eneco Holding en EET tekort zijn geschoten in de nakoming van de Garantieovereenkomst door voor het jaar 2014 ten behoeve van Greenchoice geen garanties
(sureties)jegens GasTerra en Statoil af te geven en dat Eneco Holding en EET hiervoor jegens Greenchoice hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de als gevolg daarvan door Greenchoice geleden en nog te lijden schade.
Veroordeling — inzicht in gas fee
( i) Eneco Holding en EET hoofdelijk te veroordelen om, binnen twee weken na het in deze te wijzen vonnis, op een voor Greenchoice controleerbare en inzichtelijke wijze, schriftelijk duidelijk te maken:
( a) wat voor 2014 de omvang zou zijn geweest van de door Greenchoice ex artikel 8.5 van de Garantieovereenkomst verschuldigde vergoeding, zijnde het proportionele deel van de voor Eneco Holding en EET verbonden kosten aan de door hen te stellen zekerheden richting de gasleverancier(s) met wie Greenchoice voor 2014, of een deel daarvan, een gasleveringsovereenkomst heeft gesloten, én
( b) dat Eneco Holding en EET, bij de bepaling van deze door Greenchoice verschuldigde vergoeding, Greenchoice zo veel als mogelijk, hebben behandeld als ware Greenchoice een Eneco groepsvennootschap;
(ii)bij gebreke waarvan heeft te gelden dat Greenchoice Eneco Holding en EET voor 2014 niets, althans maximaal EUR 22.000 verschuldigd zou zijn geweest.
Veroordeling-vergoeding schade
Eneco Holding en EET hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan Greenchoice van EUR 122.192,27 zijnde de schade als gevolg van het niet afgeven van een gasgarantie jegens GasTerra en EUR 34.141 zijnde de schade als gevolg van het niet afgeven van een gasgarantie jegens Statoil, beide bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening.
Verklaring voor recht - Statoil
( i) Te verklaren voor recht dat Eneco Holding en EET tekort zijn geschoten in de nakoming van de Garantieovereenkomst door voor het jaar 2013 ten behoeve van Greenchoice geen garantie(s)
(sureties)jegens Statoil af te geven en dat Eneco Holding en EET hiervoor jegens Greenchoice hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de als gevolg daarvan door Greenchoice geleden en nog te lijden schade.
Verklaring voor recht - ongedaan maken nadeel en inzicht in gas fee
( i) Te verklaren voor recht dat Eneco Holding en EET jegens Greenchoice hoofdelijk gehouden zijn tot het ongedaan maken van het door Greenchoice geleden nadeel doordat Greenchoice voor de garantie
(surety)voor 2013 EUR 685.833,66 heeft betaald, en
(ii) te verklaren voor recht dat ingeval Eneco Holding en EET
nietbinnen twee weken na het in deze te wijzen vonnis, op een voor Greenchoice controleerbare en inzichtelijke wijze, schriftelijk duidelijk hebben gemaakt:
( a) wat voor 2013 de omvang is geweest van de door Greenchoice ex artikel 8.5 van de Garantieovereenkomst verschuldigde vergoeding, zijnde het proportionele deel van de voor Eneco Holding en EET verbonden kosten aan de door hen voor 2013 gestelde zekerheden richting GasTerra, én
( b) dat Eneco Holding en EET, bij de bepaling van deze door Greenchoice verschuldigde vergoeding, Greenchoice zo veel als mogelijk, hebben behandeld als ware Greenchoice een Eneco groepsvennootschap;
Eneco Holding en EET, in dat geval, hoofdelijk gehouden zijn tot (terug)betaling aan Greenchoice van EUR 685.833, althans EUR 663.833, te vermeerderen met btw en wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding, althans vanaf een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag,
Veroordeling tot ongedaan maken geleden nadeel
( i) Eneco Holding en EET, ingeval van niet nakoming van de gevorderde verklaringen voor recht in sub (ii) (a) en (b), hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan Greenchoice van EUR 685.833, althans EUR 663.833, te vermeerderen met btw en wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding, althans een door uw rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag.
Veroordeling-vergoeding schade
Eneco Holding en EET hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan Greenchoice van EUR 88.670,55 zijnde de schade als gevolg van het niet afgeven van een gasgarantie jegens GasTerra en EUR 61.895,63 zijnde de schade als gevolg van het niet afgeven van een gasgarantie jegens Statoil, beide bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening
Verklaring voor recht - Statoil
(1) Te verklaren voor recht dat Eneco Holding en EET tekort zijn geschoten in de nakoming van de Garantieovereenkomst door voor het jaar 2012 ten behoeve van Greenchoice geen garantie(s)
(sureties)jegens Statoil af te geven en dat Eneco Holding en EET hiervoor jegens Greenchoice hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de als gevolg daarvan door Greenchoice geleden en nog te lijden schade.
Veroordeling-vergoeding schade
Eneco Holding en EET hoofdelijk te veroordelen tot betaling aan Greenchoice van EUR 74.037,01 zijnde de schade als gevolg van het te laat afgeven van een gasgarantie jegens GasTerra en EUR 25.550,21 zijnde de schade als gevolg van het niet afgeven van een gasgarantie jegens Statoil, beide bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening
B VORDERING TEGEN ENECO RETAIL
Eneco Retail te gebieden de veroordelingen van Eneco Holding en EET jegens Greenchoice te gehengen en gedogen.
C. VORDERING TEGEN ALLE GEDAAGDEN
Eneco Holding, Eneco Retail en EET hoofdelijk te veroordelen in de kosten van dit geding, inclusief de kosten voor nasalaris van EUR 131, te vermeerderen met de EUR 68 in geval van betekening van het in deze te wijzen vonnis.
3.2.Greenchoice legt daaraan het volgende ten grondslag. Eneco schiet tekort in de nakoming van de Garantieovereenkomst door niet, of te laat garanties af te geven ten behoeve van de inkoop van gas. Artikel 8.5. van de Garantieovereenkomst, dat de financiële vergoeding bepaalt van de gasgarantie, dient uitgelegd te worden tegen het licht van een van de pijlers onder de samenwerking tussen Greenchoice en Eneco, namelijk dat Greenchoice moet kunnen profiteren van de financiële kracht van Eneco. De op grond van artikel 8.5 af te geven garantie dient te worden verstrekt tegen vergoeding van een proportioneel deel van de kosten die Eneco maakt voor de door haar af te geven zekerheden richting de betreffende gasleverancier.
Het addendum 2013 (en de daaraan gekoppelde gasfee over 2013) is tot stand gekomen door misbruik van omstandigheden en dwaling. Het nadeel dient te worden opgeheven.
Eneco heeft daarnaast ook een garantieverplichting jegens andere gasleveranciers dan GasTerra. Door in 2014 en 2015 geen gasgaranties af te geven handelt Eneco in strijd met haar verplichtingen onder de Garantieovereenkomst. Daardoor lijdt Greenchoice schade.
3.3.Eneco concludeert tot afwijzing van de vordering en voert aan dat artikel 8.5 van de Garantieovereenkomst vanwege onvoorziene omstandigheden als volgt gewijzigd moet worden:
De verplichting tot borgstelling te laten eindigen met ingang van het jaar 2018;
De verplichting tot borgstelling te maximeren, namelijk aldus dat slechts een gasgarantie hoeft te worden gesteld tot maximaal het bedrag van de hoogste verwachte maandexposure van Greenchoice bij GasTerra voor de levering aan consumenten in Nederland;
Buiten twijfel te stellen dat Eneco Holding/EET een marktconforme vergoeding voor de Gasgarantie mag verlangen, mits deze vergoeding qua hoogte vergelijkbaar is met de vergoeding die vennootschappen binnen de Eneco-groep aan Eneco Holding /EET betalen, waarbij onder vergelijkbaar wordt verstaan een gelijk bedrag per kubieke meter gas; en
Buiten twijfel te stellen dat Eneco Holding/EET slechts de Gasgarantie jegens Gas Terra hoeft af te geven, en niet jegens andere gasleveranciers borg hoeft te staan voor Greenchoice.
3.4.Eneco vordert het voorgaande in voorwaardelijke reconventie voor het geval in conventie de overeenkomst niet wordt gewijzigd.