Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 en 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar.
4.Waardering van het bewijs
‘zeer verdacht[is]
voor een niet-accidentele oorzaak’(FPKM-rapport van 21 mei 2014).
‘onvoldoende specifiek voor een forensisch-medische beoordeling’. Ten aanzien van een aantal letsels beoordeelt de FPKM de door de verdachte en zijn partner gemelde toedrachten dat [slachtoffer] het zelf heeft gedaan als passend bij de letsels. Echter, uit onderzoek blijkt dat automutilatie weinig voorkomt op jonge leeftijd. Daar komt bij dat de bij [slachtoffer] geconstateerde letsels niet overeenkomen met de typische presentatie van letsels zoals die als gevolg van automutilatie in de wetenschappelijke literatuur wordt omschreven (FPKM-rapport van 31 maart 2015. De rechtbank komt dan ook tot de conclusie dat de bevindingen bij genoemd onderzoek aanzienlijk beter passen bij de beschuldiging dat de letsels door een ander dan [slachtoffer] zelf zijn toegebracht.
5.Strafbaarheid feiten
1. Mishandeling, begaan tegen een kind dat hij verzorgt of opvoedt als behorend tot zijn gezin, meermalen gepleegd
2. Opzettelijk iemand tot wiens onderhoud of verzorging hij krachtens de wet verplicht is, in hulpeloze toestand brengen en laten, meermalen gepleegd
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden;