Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[gedaagde 1] ,
1.De procedure
- de dagvaardingen van 18 en 23 juni 2015, met producties’
- de conclusie van antwoord, met producties,
- de brief van de rechtbank van 28 oktober 2015,
- de brief met producties van mr. Solstadt, ingekomen ter griffie van deze rechtbank op 6 november 2015,
- het proces-verbaal van de comparitie van 23 november 2015.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
5.De beslissing
3 februari 2016voor uitlating door [eiseres] of zij bewijs leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en / of door een ander bewijsmiddel,
bewijsstukkenwil overleggen, die stukken direct in het geding moet brengen,
getuigenwil laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden maart tot en met mei 2016 direct moet opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen .