ECLI:NL:RBROT:2016:4630
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete opgelegd aan instelling wegens overtreding van de Wwft met betrekking tot cliëntenidentificatie
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 23 juni 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen Bureau Financieel Toezicht (BFT) en [eiser], handelend onder de naam [eiser]. Het BFT had aan [eiser] een bestuurlijke boete opgelegd van € 1.500,- wegens overtreding van artikel 3 van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). De rechtbank heeft vastgesteld dat [eiser] in vier van de vijf onderzochte cliëntdossiers niet beschikte over de benodigde identificatiegegevens van zijn cliënten, wat in strijd is met de Wwft. De rechtbank heeft het beroep van [eiser] ongegrond verklaard, omdat hij niet aan zijn verplichtingen heeft voldaan om de identiteit van zijn cliënten te verifiëren. De rechtbank oordeelde dat het BFT bevoegd was om de boete op te leggen en dat de hoogte van de boete, gezien de ernst van de overtreding, gerechtvaardigd was. Tevens werd opgemerkt dat er geen beroepsgronden waren ingediend tegen de aanwijzing tot het volgen van een opleiding of het opstellen van interne procedures. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun recht om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven.