ECLI:NL:RBROT:2016:3897
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling wegens niet-ontvankelijkheid en onvoldoende bewijs van goede trouw
In deze zaak heeft verzoekster op 20 oktober 2015 een verzoekschrift ingediend tot toepassing van de schuldsaneringsregeling. Tijdens de zitting op 4 januari 2016 is verzoekster gehoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoekster geen inkomen heeft en een schuldenlast van € 631.491,76 heeft. Volgens artikel 285, eerste lid, onder f van de Faillissementswet (Fw) moet in het verzoekschrift een met redenen omklede verklaring zijn opgenomen dat er geen reële mogelijkheden zijn voor een buitengerechtelijke schuldregeling. De rechtbank oordeelt dat de enkele omstandigheid dat een schuldeiser het faillissement heeft aangevraagd, niet voldoende is om van een minnelijke regeling af te zien. Verzoekster had eerder een verzoek tot toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling ingediend, maar dit werd afgewezen omdat de benodigde verklaring ontbrak. In de nieuwe aanvraag zijn wel betalingsregelingen aangeboden, maar er is geen gezamenlijk akkoord aan alle schuldeisers gepresenteerd. De rechtbank concludeert dat verzoekster niet aannemelijk heeft gemaakt dat er geen mogelijkheden zijn voor een buitengerechtelijke regeling.
Daarnaast is de rechtbank van oordeel dat verzoekster niet te goeder trouw is geweest in de vijf jaar voorafgaand aan de aanvraag. Verzoekster was enig aandeelhoudster en bestuurder van een failliete vennootschap en heeft zich als borg verbonden voor aanzienlijke bedragen. De rechtbank oordeelt dat verzoekster niet heeft aangetoond dat zij zich heeft ingespannen om haar schulden te voldoen. Ook heeft zij geen bewijs geleverd van sollicitaties, ondanks verzoeken daartoe. De rechtbank concludeert dat er gegronde vrees bestaat dat verzoekster haar verplichtingen in het kader van de schuldsaneringsregeling niet zal kunnen nakomen. Daarom verklaart de rechtbank verzoekster niet-ontvankelijk in haar verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling.