Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Dordrecht,
de naamloze vennootschap Mahuko N.V.,
[gedaagde],
[gedaagde],
1.de naamloze vennootschapMahuko N.V.,
Hoist Portfolio Holding Ltd.,
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter te Dordrecht op 28 april 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen Mahuko N.V. en [gedaagde] over een doorlopende kredietovereenkomst die op 14 april 1998 was gesloten met MNF Bank B.V. De eiseres, rechtsopvolgster van MNF Bank, vorderde betaling van een openstaand saldo van € 3.122,33, vermeerderd met rente en proceskosten. De gedaagde heeft verzet aangetekend tegen een eerder verstekvonnis, waarin zij was veroordeeld tot betaling. De gedaagde betwistte de hoogte van de vordering en voerde aan dat de vordering was verjaard. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde ontvankelijk was in haar verzet en dat de vordering niet was verjaard, omdat deze was gestuit door het instellen van rechtsvervolging. De rechter oordeelde dat de cessie van de vordering van Mahuko aan Hoist rechtsgeldig was en dat Mahuko niet-ontvankelijk was in haar vordering. De gedaagde werd veroordeeld tot betaling van € 2.776,16 aan Hoist, vermeerderd met wettelijke rente, en in de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.