ECLI:NL:RBROT:2016:10401
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Ontslag op staande voet van een verpleegkundige wegens onbevoegde inzage in patiëntendossier
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 29 januari 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen een werknemer, [verzoeker], en zijn werkgever, Stichting Maasstad Ziekenhuis. [Verzoeker], werkzaam als gespecialiseerd dialyseverpleegkundige, werd op 20 november 2015 op staande voet ontslagen omdat hij onbevoegd toegang had verkregen tot het elektronisch patiëntendossier van de broer van zijn schoonzus. De werkgever stelde dat [verzoeker] zich schuldig had gemaakt aan grove schending van de geheimhoudingsplicht en dat er een dringende reden voor ontslag was. [Verzoeker] betwistte dit en verzocht om vernietiging van het ontslag, wedertewerkstelling en doorbetaling van zijn loon.
De kantonrechter oordeelde dat hoewel [verzoeker] een fout had gemaakt door het dossier in te zien, deze fout niet zo ernstig was dat ontslag op staande voet gerechtvaardigd was. De rechter nam in overweging dat [verzoeker] dit deed op verzoek van zijn schoonzus en dat hij niet uit nieuwsgierigheid handelde. De werkgever had niet voldoende aangetoond dat de sanctie van ontslag op staande voet in dit geval proportioneel was. De kantonrechter vernietigde het ontslag en oordeelde dat [verzoeker] weer moest worden toegelaten tot de werkvloer, met een veroordeling tot betaling van zijn achterstallige loon en proceskosten door de werkgever.
De uitspraak benadrukt het belang van de bescherming van medische gegevens, maar ook de noodzaak voor werkgevers om duidelijk te communiceren over sancties bij schending van privacyregels. De kantonrechter concludeerde dat de werkgever niet aannemelijk had gemaakt dat [verzoeker] op de hoogte was van de ernst van de sanctie die hem boven het hoofd hing, en dat de omstandigheden van de zaak een minder zware sanctie rechtvaardigden.