Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.De procedure
2.De standpunten
3.De beoordeling
4.De beslissing
.
Rechtbank Rotterdam
Op 7 december 2015 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de beëindiging van de schuldsaneringsregeling van een schuldenares. De rechtbank had eerder op 17 december 2012 de schuldsaneringsregeling uitgesproken. De bewindvoerder heeft op 16 juni 2015 verslag uitgebracht over de beëindiging van de regeling. Tijdens de zitting op 30 november 2015 zijn de schuldenares, bijgestaan door haar raadsman mr. M.A. Oosterveen, en de waarnemend bewindvoerder J. Lagendaal gehoord. De schuldenares had een aantal nieuwe schulden opgebouwd, maar haar raadsman stelde dat deze niet verwijtbaar waren. De schuldenares had haar baan verloren en had te maken met ernstige privéproblemen, waaronder de ziekte van haar zoon. De rechtbank oordeelde dat de schuldenares niet toerekenbaar tekortgeschoten was in de nakoming van haar verplichtingen uit de schuldsaneringsregeling. De rechtbank nam in overweging dat de schuldenares zich onder beschermingsbewind had gesteld en actief op zoek was naar goedkopere huisvesting. De rechtbank concludeerde dat de nieuwe schulden niet aan de schuldenares konden worden toegerekend, en verleende haar de zogenoemde 'schone lei'. De rechtbank stelde ook het salaris van de bewindvoerder vast en bepaalde dat de schuldsaneringsregeling eindigt op het moment dat het vonnis in kracht van gewijsde is gegaan, maar dat de verplichtingen van de schuldenares eindigen op 17 december 2015.