ECLI:NL:RBROT:2015:8981
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- L.A.C. van Nifterick
- A.P. Hameete
- C.F.J. de Jongh
- Rechtspraak.nl
Terecht opgelegde aanslag havengelden door gemeente Goeree-Overflakkee
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 11 december 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, de eigenaar van een boot, en de heffingsambtenaar van de gemeente Goeree-Overflakkee. Eiser had een aanslag havengelden ontvangen voor de periode van 1 april 2014 tot en met 31 december 2014, ter hoogte van € 324,-. Eiser stelde dat hij geen abonnement had afgesloten bij de gemeente en geen gebruik maakte van gemeentelijke diensten, waardoor de aanslag ten onrechte was opgelegd. De rechtbank overwoog dat op basis van artikel 229 van de Gemeentewet de gemeente het recht heeft om havengelden te heffen voor het gebruik van de haven en de diensten die daarbij worden verleend. De rechtbank concludeerde dat eiser wel degelijk gebruik had gemaakt van de haven en de bijbehorende diensten, waardoor de aanslag terecht was opgelegd.
Eiser voerde verder aan dat hij dubbele belasting betaalde, omdat hij huur betaalde voor de ligplaats van zijn boot aan een derde partij, die op zijn beurt havengeld aan de gemeente betaalde. De rechtbank oordeelde dat de huur en het havengeld op verschillende grondslagen zijn gebaseerd en dat de aanslag dus niet onterecht was. Ook de stelling van eiser dat de berekening van de aanslag onduidelijk was, werd door de rechtbank verworpen. De rechtbank concludeerde dat de aanslag correct was berekend op basis van de geldende tarieven.
Uiteindelijk verklaarde de rechtbank het beroep van eiser ongegrond en gaf aan dat er geen aanleiding was voor een proceskostenvergoeding. De uitspraak werd openbaar gemaakt op 11 december 2015, en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Den Haag.