Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het inleidend exploot van dagvaarding van 14 februari 2011, met producties;
- het verstekvonnis van 30 maart 2011;
- de verzetdagvaarding van 19 december 2014, met producties;
- het tussenvonnis in verzet van 13 mei 2015, waarin een comparitie van partijen is gelast;
- de brief van mr. Den Hartog van 9 september 2015, met twee bijlagen;
- de brief van mr. Mahieu van 10 september 2015, met vier bijlagen;
- de brief van mr. Mahieu van 15 september 2015, met bijlage;
- het proces-verbaal van comparitie van 5 oktober 2015, met de daaraan gehechte reactie van mr. Den Hartog van 14 oktober 2015 waarin hij – terecht – stelt dat op pagina 4 van het proces-verbaal had moeten staan dat Montirius heeft verklaard dat het verzet
2.De feiten
(…)
(…)
(…)
(…)