Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
2.Het geschil
3.De beoordeling
Bevoegdheid; toepasselijk recht
- griffierecht € 282,-,
- salaris advocaat
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam werd behandeld, ging het om een renvooiprocedure die voortvloeide uit een eerder ingediende procedure tot beperking van aansprakelijkheid door VT MINERALS B.V. (VTM) na een aanvaring op 3 januari 2011 tussen het binnenschip 'Vlieland' en het zeeschip 'Kevin S'. VTM vorderde dat haar vorderingen als lasthebber van haar aansprakelijkheidsverzekeraar, Steamship Mutual Underwriting Association Limited, in het waterverontreinigingsfonds zouden worden erkend. De rechtbank oordeelde dat de nationale regeling van beperking van aansprakelijkheid ten aanzien van waterverontreiniging niet breder kan worden geïnterpreteerd dan de CLNI-regeling, die in Nederland niet van toepassing is op waterverontreiniging. VTM en Steamship konden hun vorderingen niet indienen in het fonds, omdat de aansprakelijkheid van VTM jegens de Staat en het Havenbedrijf Amsterdam (HbA) voortvloeide uit de aanvaring, en VTM niet aansprakelijk kan zijn voor schade aan zichzelf. De rechtbank wees de vordering van VTM af en veroordeelde haar in de proceskosten.