ECLI:NL:RBROT:2015:7907

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
28 oktober 2015
Publicatiedatum
4 november 2015
Zaaknummer
10/661160-15
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak voorhanden hebben van automatische vuurwapens

Op 28 oktober 2015 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van het voorhanden hebben van automatische vuurwapens. De zaak kwam voor de meervoudige kamer van de rechtbank, waar de verdachte werd bijgestaan door haar raadsman, mr. R. Tetteroo. De officier van justitie, mr. R.E.I. Steen, eiste bewezenverklaring van de tenlastelegging en een gevangenisstraf van 21 dagen, met een voorwaardelijke straf van 6 maanden en een taakstraf van 180 uur.

De verdachte werd beschuldigd van het voorhanden hebben van twee mitrailleurs en munitie, die door haar medeverdachte aan haar waren overhandigd. Tijdens de zitting op 14 oktober 2015 werd getuige [medeverdachte] gehoord, die verklaarde dat hij de verdachte vroeg om snel naar huis te komen vanwege wateroverlast en haar vervolgens een tas met wapens gaf om in de kofferbak van haar auto te leggen. De politie vond deze tas met inhoud in de auto van de verdachte, wat leidde tot de beschuldiging.

De rechtbank oordeelde dat, hoewel de verdachte de wapens en munitie kort in haar bezit had, er onvoldoende bewijs was dat zij zich bewust was van de aanwezigheid van deze wapens in de tas. De getuigenverklaring van [medeverdachte] en de camerabeelden gaven geen aanleiding om aan te nemen dat de verdachte wist wat er in de tas zat. De rechtbank concludeerde dat er geen sprake was van het vereiste bewustzijn en sprak de verdachte vrij van het ten laste gelegde feit.

De uitspraak werd gedaan door mr. F.W. van Lottum als voorzitter, bijgestaan door mrs. D.F. Smulders en F.J.W.M. van Dooren. De griffier, mr. M.E.G. Busemeijer genaamd Lagemann, was ook aanwezig. De jongste rechter was niet in staat het vonnis mede te ondertekenen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 1
Parketnummer: 10/661160-15
Datum uitspraak: 28 oktober 2015
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres [adres verdachte] ,
gemachtigd raadsman mr. R Tetteroo, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 14 oktober 2015.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. R.E.I. Steen heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het tenlastegelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 21 dagen met aftrek van voorarrest, alsmede tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar, alsmede tot een taakstraf voor de duur van 180 uur subsidiair 90 dagen vervangende hechtenis.

4.Motivering vrijspraak

Inleiding
Op 6 juli 2015 wordt de verdachte gebeld door haar medeverdachte, de heer [medeverdachte] . Hij vraagt aan haar om snel thuis te komen aangezien er opeens sprake is van forse wateroverlast. Dit werd veroorzaakt door een gat in een radiator in de woning gelegen aan de [adres] alwaar zij samen met hem tijdelijk verbleef.
[medeverdachte] heeft als getuige tijdens de behandeling ter terechtzitting verklaard dat toen zij eenmaal thuis kwam, hij aan haar een grote tas met daarin twee mitrailleurs en munitie had gegeven om deze in de kofferbak van haar auto te leggen. De juistheid van die verklaring volgt uit het daadwerkelijk door de politie aantreffen van die tas met inhoud in haar auto en uit camerabeelden waarop te zien is dat de verdachte de flat verlaat, een tas draagt en heel kort daarna weer terugkomt zonder die tas. Deze tas lijkt sterk op de in de auto aangetroffen tas.
Hiermee staat vast dat de verdachte daadwerkelijk vuurwapens en munitie in bezit heeft gehad, zij het voor een zeer korte periode.
Voorhanden hebben
De vraag is echter of haar het voorhanden hebben zoals bedoeld in artikel 26 lid 1 van de Wet wapens en munitie kan worden verweten. Daartoe is vereist dat sprake is geweest van een meer of mindere mate van bewustzijn bij de verdachte over de aanwezigheid van de wapens en munitie in de aan haar overhandigde tas.
Vooropgesteld moet worden dat de verdachte iedere betrokkenheid bij dit feit ontkent. [medeverdachte] heeft als getuige ter terechtzitting verklaard dat hij niet tegen haar had gezegd wat er in de tas zat. Daarnaast stelt hij een natte doek in de tas te hebben gepropt juist om te voorkomen dat de inhoud van de tas zichtbaar zou kunnen zijn.
Dat lijkt juist te zijn. De tas is tezamen met een natte doek aangetroffen in de kofferbak van de auto. Daarnaast is op de camerabeelden geen doek te zien op de door de verdachte gedragen tas hetgeen doet vermoeden dat de doek toen nog in de tas gepropt zat. Op de beelden is evenmin te zien dat de verdachte in de tas heeft gekeken.
Uit het dossier komt geen enkel feit of omstandigheid naar voren op grond waarvan aanwezigheid van eerdergenoemd bewustzijn kan worden afgeleid.
Dat maakt dat de verdachte dient te worden vrijgesproken van het ten laste gelegde.

5.Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. F.W. van Lottum, voorzitter,
en mrs. D.F. Smulders en F.J.W.M. van Dooren, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. M.E.G. Busemeijer genaamd Lagemann, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 28 oktober 2015.
De jongste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
zij op of omstreeks 06 juli 2015 te [adres]
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
twee, althans één of meer wapen(s) als bedoeld in artikel 2 lid 1 Categorie II
onder 2° van de Wet wapens en munitie, te weten
- een machinegeweer (merk/model Zastava M70-AB2, kaliber 7.62x39mm), en/of
- een pistoolmitrailleur (merk/model CZ (Ceska Zbrojovka) Vz61, kaliber
7.65mm),
zijnde (beiden) (een) vuurwapen(s) in de zin van artikel 1 onder 3° van die
wet, geschikt om automatisch te vuren,
en/of
munitie in de zin van artikel 1 onder 4° van de Wet wapens en munitie, te
weten munitie als bedoeld in artikel 2, lid 2, categorie II van de Wet wapens
en munitie, te weten twee, althans één of meer kogelpatro(o)n(en) van het merk
Igman Konijc (IK) en/of van het kaliber 7.62x39mm,
en/of
munitie in de zin van artikel 1 onder 4° van de Wet wapens en munitie, te
weten munitie als bedoeld in artikel 2, lid 2, categorie III van de Wet wapens
en munitie, te weten
- drieëndertig, althans één of meer kogelpatro(o)n(en) van het kaliber
7.62x39mm, en/of
- zevenentwintig, althans één of meer kogelpatro(o)n(en) van het merk CBC
en/of van het kaliber 7,65mm,
voorhanden heeft gehad;
art 26 lid 1 Wet wapens en munitie