ECLI:NL:RBROT:2015:7890
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van een fee voor werving en selectie van een kandidaat door een uitzendbureau
In deze zaak heeft [eiser], een uitzendbureau, Hakkesteegt Installatietechniek B.V. aangeklaagd voor het betalen van een fee van € 8.937,20, die voortvloeit uit een wervingsopdracht. De procedure begon met een dagvaarding op 24 juli 2015, gevolgd door een conclusie van antwoord en een vonnis van 3 september 2015 waarin een comparitie van partijen werd gelast. Tijdens de comparitie op 6 oktober 2015 werd het geschil verder besproken.
De kern van het geschil draait om de vraag of er een overeenkomst tot opdracht tot stand is gekomen tussen [eiser] en Hakkesteegt. [eiser] stelde dat zij een kandidaat had aangeboden aan Hakkesteegt, die deze kandidaat vervolgens had aangenomen. Hakkesteegt betwistte echter dat er ooit een opdracht was gegeven aan [eiser] om een kandidaat te werven. De kantonrechter oordeelde dat, hoewel de e-mail van [eiser] mogelijk als aanbod kan worden gezien, er onvoldoende bewijs was dat Hakkesteegt dit aanbod had aanvaard. Hierdoor werd de vordering van [eiser] afgewezen.
De kantonrechter heeft ook geoordeeld dat de nevenvorderingen van [eiser] het lot van de hoofdvordering delen en dat [eiser] als in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten werd veroordeeld, vastgesteld op € 500,00 aan salaris voor de gemachtigde van Hakkesteegt. Het vonnis werd uitgesproken op 5 november 2015 door de kantonrechter.