Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.De procedure
- de heer [naam 1], verzoeker;
- mevrouw [naam 2], werkzaam bij de Sociale Dienst Drechtsteden (hierna: SHV).
2.Het verzoek
3.Het verweer
4.De beoordeling
5.De beslissing
van zes maanden;
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 15 september 2015 uitspraak gedaan over een moratoriumverzoek van verzoeker, die in financiële problemen verkeerde en een huurachterstand had. Verzoeker had op 30 juli 2015 een verzoekschrift ingediend op basis van artikel 284 en 287b van de Faillissementswet, waarin hij vroeg om een voorlopige voorziening. De rechtbank had eerder op 31 juli 2015 de behandeling van het verzoek bepaald op 8 september 2015. Tijdens deze zitting werd duidelijk dat verzoeker zijn salaris had gebruikt voor andere schulden en niet voor de huur, wat leidde tot een huurachterstand van meer dan vijf maanden. Verzoeker verklaarde echter dat hij inmiddels zijn financiële situatie had verbeterd en dat de lopende huurbetalingen weer voldaan werden.
De rechtbank beoordeelde of er sprake was van een bedreigende situatie, zoals vereist door de wet. Aangezien verzoeker een vonnis had ontvangen dat ontruiming van zijn woning zou volgen, oordeelde de rechtbank dat er inderdaad sprake was van een dergelijke situatie. De rechtbank weegt de belangen van verzoeker, die in zijn huurwoning wil blijven, tegen die van verweerster, die het vonnis tot ontruiming wil uitvoeren. De rechtbank concludeerde dat het belang van verzoeker zwaarder weegt, gezien de recente betalingen van de huur en de begeleiding die hij ontvangt bij zijn financiële problemen.
De rechtbank heeft daarom het verzoek toegewezen, met de voorwaarde dat de huurtermijnen tijdig worden voldaan. De tenuitvoerlegging van het ontruimingsvonnis werd opgeschort voor de duur van zes maanden, en de huurovereenkomst werd verlengd. Tevens werd SHV, die de buitengerechtelijke schuldregeling voor verzoeker uitvoert, opgedragen om verslag uit te brengen over de voortgang van de regeling. Verzoeker werd niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling, maar kreeg de mogelijkheid om in de toekomst een nieuw verzoek in te dienen.