In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 10 september 2015 uitspraak gedaan in een verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling, ingediend door verzoekster, die te maken heeft met een aantal schuldeisers. Verzoekster heeft op 6 juli 2015 een verzoek ingediend om een drietal schuldeisers, waaronder Telfort, te bevelen in te stemmen met een aangeboden schuldregeling. Tijdens de zitting op 3 september 2015 zijn de schuldeisers, met uitzondering van Telfort, niet verschenen. Telfort heeft voorafgaand aan de zitting aangegeven in te stemmen met de regeling, waardoor het verzoek tegen hen is ingetrokken. De aangeboden regeling voorziet in een betaling van 16,78% aan de preferente schuldeiser en 8,39% aan de concurrente schuldeisers, met uitzondering van het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB), dat geen finale kwijting verleent voor hun restantvorderingen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de regeling met het CJIB afwijkt van die met de andere schuldeisers, wat leidt tot een bevoordeling van het CJIB. Dit maakt dat de rechtbank de regeling niet dwingend kan opleggen aan de weigerende schuldeisers, Wehkamp en de Gemeente Rotterdam. De rechtbank heeft besloten de behandeling van het verzoek aan te houden tot 7 december 2015, zodat verzoekster de kans krijgt om het gebrek in het aanbod te herstellen en een nieuwe regeling voor te stellen die voor alle schuldeisers met dezelfde rang gelijkluidend is.