ECLI:NL:RBROT:2015:5680

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 juli 2015
Publicatiedatum
5 augustus 2015
Zaaknummer
C/10/11/804 R
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlening van de schone lei in het kader van de schuldsaneringsregeling

Op 29 juli 2015 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlening van de schone lei aan een schuldenares die onder de schuldsaneringsregeling valt. De rechtbank had eerder, op 18 augustus 2011, de toepassing van de schuldsaneringsregeling uitgesproken. De bewindvoerder, E.A. de Snoo, heeft een schriftelijk verslag uitgebracht over de beëindiging van deze regeling. Op 9 juli 2015 heeft mr. A. Karacelik zich als advocaat van de schuldenares gesteld, en op 22 juli 2015 heeft de bewindvoerder de rechtbank geïnformeerd over de laatste stand van zaken. De beëindiging van de schuldsaneringsregeling is pro forma behandeld tijdens de zitting op 29 juli 2015, waarna de rechtbank haar uitspraak deed.

De rechtbank oordeelde dat de schuldenares niet toerekenbaar tekortgeschoten was in de nakoming van haar verplichtingen uit de schuldsaneringsregeling. Geen van de schuldeisers had redenen aangevoerd om tot een ander oordeel te komen. Daarom werd de zogenoemde “schone lei” verleend aan de schuldenares, wat betekent dat de na beëindiging van de regeling bestaande vorderingen, voor zover deze onvoldaan zijn gebleven, niet langer afdwingbaar zijn. De rechtbank heeft ook het salaris van de bewindvoerder vastgesteld en de door hem gemaakte reiskosten. De uitspraak werd openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

De rechtbank bepaalde dat de toepassing van de schuldsaneringsregeling eindigt op het moment dat de slotuitdelingslijst verbindend is geworden, maar dat de uit de regeling voortvloeiende verplichtingen van de schuldenares eindigen op 18 augustus 2015. Tegen deze uitspraak kan binnen acht dagen hoger beroep worden ingesteld door degenen aan wie de Faillissementswet dat recht toekent, en dit kan uitsluitend door een advocaat worden gedaan.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team insolventie
verlening schone lei
insolventienummer: [nummer]
uitspraakdatum: 29 juli 2015
Bij vonnis van deze rechtbank van 18 augustus 2011 is de toepassing van de schuldsaneringsregeling uitgesproken ten aanzien van:
[naam] ,
[adres]
[woonplaats] ,
schuldenares,
bewindvoerder: E.A. de Snoo.

1.De procedure

De bewindvoerder heeft schriftelijk verslag uitgebracht over de beëindiging van de schuldsaneringsregeling.
Op 9 juli 2015 heeft de rechtbank een faxbericht ontvangen van mr. A. Karacelik waarin hij zich heeft gesteld als advocaat van schuldenares.
Op 22 juli 2015 heeft de rechtbank een brief ontvangen van de bewindvoerder met daarin de laatste stand van zaken.
De beëindiging van de toepassing van de schuldsaneringsregeling is pro forma behandeld ter terechtzitting van 29 juli 2015. De uitspraak is bepaald op heden.

2.De beoordeling

De rechtbank oordeelt dat schuldenares niet (toerekenbaar) in de nakoming van één of meer uit de schuldsaneringsregeling voortvloeiende verplichtingen is tekortgeschoten. Geen van de schuldeisers heeft redenen aangevoerd om tot een ander oordeel te komen. Aan schuldenares zal daarom de zogenoemde “schone lei” worden verleend.
De rechtbank zal het salaris van de bewindvoerder en de door deze gemaakte kosten vaststellen.

3.De beslissing

De rechtbank:
- stelt vast dat schuldenares niet toerekenbaar in de nakoming van één of meer uit de schuldsaneringsregeling voortvloeiende verplichtingen is tekortgeschoten;
  • bepaalt dat de toepassing van de schuldsaneringsregeling eindigt op het moment dat de slotuitdelingslijst verbindend is geworden, doch dat de uit de schuldsaneringsregeling voortvloeiende verplichtingen van schuldenares eindigen op 18 augustus 2015;
  • verleent de zogenoemde “schone lei” waardoor de na de beëindiging van de toepassing van de schuldsaneringsregeling bestaande vorderingen ten aanzien waarvan de schuldsaneringsregeling werkt, voor zover deze onvoldaan zijn gebleven, niet langer afdwingbaar zijn;
- stelt het salaris van de bewindvoerder tot 1 oktober 2012 vast op € 588,00 (exclusief de daarover verschuldigde omzetbelasting) en vanaf 1 oktober 2012 vast op € 1.481,65 (exclusief de daarover verschuldigde omzetbelasting) en brengt deze bedragen, voor zover deze niet uit de boedel kunnen worden voldaan, ten laste van schuldenares.
- stelt de door de bewindvoerder gemaakte reiskosten vast op € 37,59.
Dit vonnis is gewezen door mrs. J.C.A.T. Frima, voorzitter, en V.M. de Winkel en C. de Jong, rechters, en in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 29 juli 2015. [1]

Voetnoten

1.