ECLI:NL:RBROT:2015:4980
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Geschil over onbetaalde factuur en aansprakelijkheid garagehouder voor schade aan auto na tuning
In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Rotterdam op 7 mei 2015, gaat het om een geschil tussen een garagehouder en een consument over een onbetaalde factuur en de aansprakelijkheid voor schade aan een auto. De gedaagde, eigenaar van een Lancia Delta, had de auto voor onderhoud bij de eiser, de garagehouder, gebracht. Na een onderhoudsbeurt op 16 april 2014 brak de distributieriem van de auto, wat leidde tot schade. De eiser vorderde betaling van € 6.349,92 voor verrichte werkzaamheden, terwijl de gedaagde de vordering betwistte en in reconventie schadevergoeding eiste voor de kosten van het herstel van de auto en andere gerelateerde kosten.
De rechtbank oordeelde dat de gedaagde een bedrag van € 497,35 onterecht onbetaald had gelaten, maar wees de overige vorderingen van de eiser af, waaronder de stallingskosten en de kosten voor het huren van een brug. De rechtbank oordeelde dat de eiser zich niet kon beroepen op een retentierecht, omdat een groot deel van de vordering ten onrechte in rekening was gebracht. De gedaagde werd in het gelijk gesteld in zijn vordering tot teruggave van de auto, die binnen zeven dagen moest worden teruggegeven, met een dwangsom voor elke dag dat dit niet gebeurde.
In reconventie werd de eiser veroordeeld tot betaling van € 750,00 aan de gedaagde voor de geleden schade, en ook hier werden de proceskosten gecompenseerd. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van de garagehouder als deskundige partij en de bescherming van de consument in dergelijke geschillen.