ECLI:NL:RBROT:2015:4059

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
22 mei 2015
Publicatiedatum
10 juni 2015
Zaaknummer
4082094
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Verstek
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een geldsom met rente door de Gemeente Rotterdam

Op 22 mei 2015 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam in een verstekzaak uitspraak gedaan in de procedure tussen een eiser, woonachtig in Beek, en de Gemeente Rotterdam, die als gedaagde niet heeft gereageerd op de dagvaarding. De eiser had de Gemeente Rotterdam bij exploot van dagvaarding van 16 april 2015 aangesproken tot betaling van een bedrag van € 575,39, vermeerderd met rente en kosten. De gemachtigde van de eiser was Aveon, gevestigd te Emmen.

De procedure verliep zonder verweer van de gedaagde, waardoor de kantonrechter verstek verleende. In de beoordeling van de vordering oordeelde de kantonrechter dat de vordering niet ongegrond of onrechtmatig was en dat deze toegewezen kon worden, met uitzondering van de gevorderde rente over de buitengerechtelijke kosten. Dit laatste werd afgewezen omdat niet was aangetoond dat deze kosten vóór de dagvaarding of vóór de ingebrekestelling aan de gemachtigde waren betaald.

In de beslissing werd de Gemeente Rotterdam veroordeeld om aan de eiser € 575,39 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente over een deel van het bedrag vanaf de dag van verzuim tot de dag van algehele voldoening. Daarnaast werd de gedaagde in de proceskosten veroordeeld, die aan de zijde van de eiser waren vastgesteld op € 319,75 aan verschotten en € 100,00 aan salaris voor de gemachtigde. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het méér of anders gevorderde werd afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
zaaknummer: 4082094 \ CV EXPL 15-[.]18059
[uitspraak]: 22 mei 2015
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,
in de zaak van
[eiser],
woonplaats: Beek,
eiser bij exploot van dagvaarding van 16 april 2015,
gemachtigde: Aveon te Emmen,
tegen
de publiekrechtelijke rechtspersoon
Gemeente Rotterdam,
woonplaats: Rotterdam,
gedaagde,
die niet heeft gereageerd.

1.Het verloop van de procedure

Eiser heeft gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, gedaagde te veroordelen aan eiser te betalen € 575,39 met rente en kosten zoals in de dagvaarding omschreven.
Tegen gedaagde is verstek verleend.

2.De beoordeling van de vordering

De vordering komt de kantonrechter niet ongegrond of onrechtmatig voor en wordt dan ook toegewezen, een en ander voor zover hierna niet anders blijkt.
De gevorderde rente over de buitengerechtelijke kosten is niet toewijsbaar, nu niet is gesteld of gebleken dat de kosten vóór dagvaarding dan wel vóór de ingebrekestelling door eiser zijn betaald aan de gemachtigde.

3.De beslissing

De kantonrechter:
veroordeelt gedaagde om aan eiser tegen kwijting te betalen € 575,39, vermeerderd met de wettelijke rente in de zin van artikel 6:119 BW over € 487,00 vanaf de dag van verzuim tot de dag van algehele voldoening;
veroordeelt gedaagde in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van eiser vastgesteld op € 319,75 aan verschotten en € 100,00 aan salaris voor de gemachtigde;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad en wijst af het méér of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. K.J. Bezuijen en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
792