ECLI:NL:RBROT:2015:4059
Rechtbank Rotterdam
- Verstek
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van een geldsom met rente door de Gemeente Rotterdam
Op 22 mei 2015 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam in een verstekzaak uitspraak gedaan in de procedure tussen een eiser, woonachtig in Beek, en de Gemeente Rotterdam, die als gedaagde niet heeft gereageerd op de dagvaarding. De eiser had de Gemeente Rotterdam bij exploot van dagvaarding van 16 april 2015 aangesproken tot betaling van een bedrag van € 575,39, vermeerderd met rente en kosten. De gemachtigde van de eiser was Aveon, gevestigd te Emmen.
De procedure verliep zonder verweer van de gedaagde, waardoor de kantonrechter verstek verleende. In de beoordeling van de vordering oordeelde de kantonrechter dat de vordering niet ongegrond of onrechtmatig was en dat deze toegewezen kon worden, met uitzondering van de gevorderde rente over de buitengerechtelijke kosten. Dit laatste werd afgewezen omdat niet was aangetoond dat deze kosten vóór de dagvaarding of vóór de ingebrekestelling aan de gemachtigde waren betaald.
In de beslissing werd de Gemeente Rotterdam veroordeeld om aan de eiser € 575,39 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente over een deel van het bedrag vanaf de dag van verzuim tot de dag van algehele voldoening. Daarnaast werd de gedaagde in de proceskosten veroordeeld, die aan de zijde van de eiser waren vastgesteld op € 319,75 aan verschotten en € 100,00 aan salaris voor de gemachtigde. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het méér of anders gevorderde werd afgewezen.