In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 30 april 2015 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Goudappel Coffeng B.V. en de gemeente Rotterdam. Goudappel Coffeng had deelgenomen aan een meervoudig onderhandse aanbesteding voor het uitvoeren van verkeersmodelonderzoek en advieswerk. De inschrijving van Goudappel Coffeng werd echter geweigerd door het elektronisch inschrijvingssysteem omdat een faxnummer niet was ingevuld. Goudappel Coffeng vorderde dat de gemeente Rotterdam haar inschrijving alsnog in behandeling zou nemen, stellende dat het om een eenvoudige administratieve omissie ging.
De rechtbank oordeelde dat de gemeente Rotterdam niet verplicht was om de inschrijving van Goudappel Coffeng te herstellen. De voorzieningenrechter overwoog dat de gemeente haar aanbestedingsprocedure zodanig had ingericht dat inschrijving niet mogelijk was bij een onvolledige invulling van het inschrijvingsdocument. De rechtbank benadrukte dat het niet alleen ging om het herstel van een administratieve omissie, maar ook om de vraag of Goudappel Coffeng recht had op inschrijving. De gemeente had Goudappel Coffeng op meerdere manieren gewaarschuwd voor de vereisten van de inschrijving.
Uiteindelijk werd de vordering van Goudappel Coffeng afgewezen en werd zij veroordeeld in de proceskosten van de gemeente Rotterdam, die op dat moment waren begroot op € 1.429,-. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. P. de Bruin.