ECLI:NL:RBROT:2015:2450
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.F. Frankruijter
- A. Pahladsingh
- A.G. van Malenstein
- Rechtspraak.nl
Weigering van verklaring van geen bezwaar voor Projectleider NSS op basis van veiligheidsonderzoek
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 9 april 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, die de functie van Projectleider NSS ambieerde, en verweerder, het Korps landelijke politiediensten (KLPD). Eiser was aangemeld voor een veiligheidsonderzoek bij de AIVD, maar kreeg te maken met een weigering van de verklaring van geen bezwaar (vgb) op basis van persoonlijke gedragingen en omstandigheden. De rechtbank oordeelde dat de functie van Projectleider NSS een zware vertrouwensfunctie is, wat rechtvaardigde dat eiser aan een veiligheidsonderzoek werd onderworpen. De rechtbank concludeerde dat, hoewel de functie niet formeel was aangewezen als vertrouwensfunctie, eiser niet benadeeld was door deze procedurele tekortkoming, omdat de functie materieel als vertrouwensfunctie moest worden aangemerkt.
De rechtbank heeft verder vastgesteld dat de AIVD op basis van het veiligheidsonderzoek tot de conclusie was gekomen dat er onvoldoende waarborgen waren dat eiser de verplichtingen van de vertrouwensfunctie getrouwelijk zou volbrengen. Dit was gebaseerd op eerdere incidenten bij Europol, waar eiser betrokken was bij mogelijke malversaties. De rechtbank oordeelde dat de AIVD en verweerder in redelijkheid konden concluderen dat er sprake was van niet-integer handelen van eiser, wat niet verenigbaar was met de vervulling van een vertrouwensfunctie.
Eiser's beroep op het vertrouwensbeginsel werd afgewezen, omdat er geen ondubbelzinnige toezeggingen waren gedaan door de AIVD of verweerder, maar door zijn werkgever. De rechtbank concludeerde dat het belang van nationale veiligheid zwaarder woog dan de belangen van eiser. Uiteindelijk werd het beroep van eiser ongegrond verklaard, en de rechtbank zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.